werden weer in de bananendozen gedaan retour België, waar ze en bloc geveild zijn.
Die voorzitter uit Terneuzen was, merkwaardig genoeg, bij Peeters, of liever bij diens postbus terechtgekomen via de Maatstaf-erotiekspecial van 1987. Ik schreef daarin over mijn nooit verschenen ‘Encyclopedie van de wip’ (wat de werktitel is) en Peeters stelde, niet voor de eerste keer (zie ook mijn Aretinostuk; nr. 10, 1984), het prachtige beeldmateriaal beschikbaar.
Peeters' belangstelling voor erotica is geboren uit een interesse voor een aanverwant genre, de zogenaamde ‘Sittengeschichte’. Terwijl zijn vrouw, zoals ze zelf zegt, eindjaren zestig begin zeventig, nog ter kerke ging, las Peeters Fuchs, Hirschfeld, en niet te vergeten het Bilder Lexikon, het enorme naslagwerk over zeden geschiedenis en de sensuele kunsten dat nooit meer geëvenaard zal worden.
Het vervolg is een bekend verhaal: van boeken kwam het tot geïllustreerde boeken, vervolgens tot mooi gebonden geïllustreerde boeken, en ten slotte tot grafiek die niet tekstgebonden is. In iets meer dan tien jaar tijd groeide de collectie uit tot een van de fraaiste van ons land, althans voor zover dat gebied overzienbaar is, want nog steeds blijft veel onder de roos, en lang niet alles bereikt de reguliere veilingcircuits.
De zedengeschiedenis heeft de inhoud van Peeters' collectie voor een belangrijk deel bepaald. Zijn voorkeuren gaan nog steeds uit naar thema's als prostitutie en kuisheidsgordels, en de relatie tussen seks en dood. Daarnaast zijn er een aantal auteurs (Haraucourt, Louÿs) waarvan hij iedere uitgave moeilijk te versmaden vindt, en grafisch kunstenaars (Fingesten, Rassenfosse, Van Maele) die niet breed genoeg in de collectie vertegenwoordigd kunnen zijn. Het liefst geeft hij zijn voorkeuren echter wat algemener aan: prenten met een humoristische inslag, en vrouwen die duidelijk plezier beleven aan datgene wat de prent in beeld brengt.
Dat erotica van een hoog kwaliteitsniveau ook een goede investering zijn, zal hij niet ontkennen. Een aquarel van de mysterieuze Fransman van Poolse komaf, Rojan, veranderde in 1970 nog voor gemiddeld 400 gulden van eigenaar; diezelfde aquarel zou nu op een veiling gemakkelijk 3000 gulden opbrengen. Handelen in erotica doet Peeters echter slechts met mate en ‘als dat zo uitkomt’: binnen de kleine wereld van eroticaverzamelaars kent men elkaar al snel van veilingen en beurzen, en ‘net als postzegelverzamelaars’ heeft men elkaar soms ook wat te bieden.
Voor deze erotiekspecial maakte Peeters op verzoek van de redactie een keuze uit zijn verzameling. Het enige dat ik hem namens de redactie vroeg, was ook aandacht te besteden aan het erotisch ex libris, een substantieel onderdeel van zijn collectie, en met name aan de relatie tussen eros en liber. Het resultaat gaat in dit portfolio.
Slechts één ex libris is op mijn speciaal verzoek toegevoegd. Het behoorde niet tot Peeters' keuze, maar ik vond dat het niet mocht ontbreken omdat de man met het sikje, en ondanks dat sikje, toch heel erg op Martin Ros lijkt.
Geïnteresseerden in de collectie, uitgezonderd voorzitters van gezelschappen ter bevordering van de erotische kunsten, kunnen zich tot Frans Peeters wenden via Postbus 9045, Tilburg.