Maatstaf. Jaargang 38(1990)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 75] [p. 75] Victor Vroomkoning Gedichten Roeping Van taal en nog eens taal vervuld, zou ik met rijm jongleren, ritme slaan uit ongeschoolde tongen, het vers op ieders keel zetten. In plaats daarvan gebeurde het dat ik mijn stem verloor aan orde, idealen aan ontleden, lyriek aan cijfers en rapporten. God, ik werd steeds holler vat. De overvloed die ik bezat vermorste ik in overvolle klassen, op vergaderingen, ouderavonden. Van leegheid ben ik zat. [pagina 76] [p. 76] Meisjes Lente in de klas. Achterin probeert er een verkeerde benen uit een drie- kwart afgedankte spijkerbroek. Halver- wege werpen jongens ongemakkelijke blikken naar de dikste die haar borsten te veel ruimte heeft gelaten. Maar binnen handbereik de glazen prinses in een vlies van witte zijde, met donzen oksels en twee water- vallen goudblond hooi tot in haar schoot, de twee vluchtheuveltjes erbovenuit. Het knoopje van haar navel verspringt ja en nee mee op haar adem. Soms lijk ik weer een jongen als ik thuiskom van zo'n transparante dag. Vorige Volgende