Maatstaf. Jaargang 38(1990)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 72] [p. 72] Jaap Harten Letterkundig Museum in de Juffrouw Idastraat 1 Beneden steeds die astmahoest van Gerrit Borgers meer nicotine dan zuurstof leek het soms wel gulle happer tijdens vergaderingen in een literair modemagazijn waarin maskers van makers maar nooit lekker voorjaar waarin grijze dossiers maar nooit popmuziek en een leeszaal voor strafregels over al die dode mevrouwen en mijnheren drukwerk is oorzaak van bedruktheid tenzij een flitsend lampje ontploft A flirt met B in de studiezaal wat kan Potgieter ons nou toch verdommen jazeker, ogen en steelse lippen plegen overspel in dit stoffige boudoir 2 vaste baan van 9 tot 5 maar vaak spijbelde ik in het schaduwarchief hongerig als een muis naar kaas. het liefst opende ik de doos ‘Nescio’ sarcofaag vol cahiers en notitieboekjes, de verwarming suisde. ik las: ‘een groot dichter zijn en dan vallen, in de volheid der tijden.’ het jeukte in mijn schedel van jaloezie en geluk. [pagina 73] [p. 73] alleen zijn met een dierbare dode in een kelder van onze residentie, ook Gerrit Achterberg liep hier in doodvakantie, van Noordeinde via Gerzon tot de Passage: Den Haagje tikt er tegen en het zingt - voorbij de laatste stad 3 op zolder schreef ik gedichten in de stoel van Couperus illegale muze en illegale sigaret onder hanebalken en het dakraam zo komt de zon zonder dollen naar binnen en tolt in je kop 4 beneden nog altijd vlijtig pennen van legale studenten over ‘Awater’ en ‘Een winter aan zee’ de waanzinsonnetten van Willem Kloos het verschoten behang van ‘De avonden’ en Vijftigers met tijgersnorren toch: poëzie vervliegt en proza vervluchtigt ieder paspoort van taal wordt ingeleverd hoor! een draaiorgel jankt bij de Kneuterdijk O Muze R.I.P. - na 5 uur bevrijd, mevrouw Aalbregt de werkster veegt alle snippers aan en sluit fluitend de deur Vorige Volgende