Over de medewerkers
E.B. de Bruyn (1905) reisde en studeerde in verscheidene Europese landen. Van 1939 tot 1973 was hij in Marokko werkzaam als agronomisch vertaler. Diende van 1943 tot 1946 bij de Nederlandse en Engelse marine. Woont in Malaga. Publikaties: Sex en Eros bij Martialis (1979), plus een reeks autobiografische verhalen in Maatstaf.
Dana Hokke (1930) studeerde Nederlands en was tot voor kort werkzaam in het onderwijs. Zij schreef artikelen voor vaktijdschriften en werkt incidenteel mee aan het radioprogramma ‘Wat een taal’. Dichtbundel: Gebroken wit.
Chris Honingh (1951) studeerde twee jaar Nederlands en Engels en volgde een opleiding eerstegraads bevoegdheid tekenen. Is part-time docent machineschrijven. Heeft niet eerder gepubliceerd.
Esther Jansma (1958), archeologe, woont en werkt in Amsterdam. Gedichten in Maatstaf, De Tweede Ronde en Bzzlletin. Binnenkort verschijnt haar debuutbundel Stem onder mijn bed.
Geert van der Kolk (1954) werkte als free-lance journalist in Oost-Europa, Midden-Amerika en de Verenigde Staten. Verhalenbundel: De nieuwe stad. Hij woont sinds 1981 in Amerika.
Petra Kottman (1956) was achtereenvolgens leerling psychiatrisch verpleegkundige, correctrice, Milva en assistente op een eindredactie. Studeert algemene taalwetenschap in Leiden. Publiceerde gedichten in Maatstaf.
Casper Markesteijn (1946) is leraar Nederlands. Recenseerde enige tijd voor Het Vrije Volk. Houdt zich bezig met jeugdliteratuur en publiceerde gedichten in o.a. vn's Blauw Geruite Kiel.
Geerten Meijsing, voorheen Joyce & Co., publiceerde onder meer de Erwin-trilogie (Erwin, Michael van Mander en Cecilia) en de met de ako-literatuurprijs bekroonde verhalenbundel Veranderlijk en wisselvallig. Op dit laatste werk is een vervolg in voorbereiding.
Hans van Straten is dichter, journalist en schrijver. Schreef een Werkman-biografie en een kroniek van Nederlandse moordzaken (Moordenaarswerk). Recent werk: De omgevallen boekenkast.
Fernando Venâncio (1944, Mértola, Portugal) woont sinds 1970 in Nederland. Docent aan de afdeling Portugees van de Utrechtse universiteit. Publiceert regelmatig in Portugese literaire tijdschriften. Verhalenbundels: Noites de Amsterdao (1982) en Um selvagem ao piano (1987).
Victor Vroomkoning (1938) publiceerde drie dichtbundels. Ontving de tweejaarlijkse Frans Masereelprijs voor poëzie (1983). Publiceerde in diverse literaire tijdschriften.
Kristien Warmenhoven (1949) is slavist. Vertaalde werk van Zosjtsjenko, Koezmin, Anna Achmatova e.a., alsook de briefwisseling van Boris Pasternak met Olga Freidenberg. Werkt momenteel aan de vertaling van ‘Gedicht van het einde’ van Marina Tsvetaeva.
Kees Winkler (1927), ex-redacteur van Propria Cures, studeerde af in de geneeskunde en was van 1962 tot en met 1987 bibliothecaris aan het
Auteursrechtelijk beschermd