Maatstaf. Jaargang 33(1985)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 28] [p. 28] Raymond Carver Gedichten Geluk Zo vroeg dat het vrijwel nog donker is buiten. Ik sta bij het raam met koffie en de gebruikelijke dingen van de vroege ochtend die doorgaan voor gedachten. Als ik de jongen en zijn vriend zie aankomen over de weg om de krant te bezorgen. Ze hebben een pet op en truien aan en de ene jongen heeft een tas over zijn schouder. Ze zijn zo gelukkig dat ze zwijgen, de jongens. Als het kon zouden ze denk ik gearmd lopen. Het is vroeg in de morgen, en samen doen ze dit. Ze komen langzaam dichterbij. Aan de hemel verschijnt meer licht, hoewel de maan nog bleek boven het water hangt. Zoveel schoonheid dat een ogenblik dood en streven, liefde zelfs, er los van staan. Geluk. Het is er onverwachts. En laat zich echt niet vangen in commentaar op de vroege ochtend. [pagina 29] [p. 29] Ons eerste huis in sacramento Dit is me nu wel duidelijk - - toen al waren onze dagen geteld. Na onze eerste week in dat huis dat gemeubileerd was met de spullen van een ander, verscheen er op een avond een man met een honkbalknuppel. Waarmee hij wou uithalen. Ik was niet de man die hij dacht dat ik was. Uiteindelijk wist ik hem daarvan te overtuigen. Hij huilde van frustratie toen zijn woede hem verlaten had. Dit had allemaal niets te maken met Beatlemania. De week daarop kwamen er vrienden van ons uit de bar waar we allemaal dronken met vrienden van hen naar ons huis - - en we pokerden. Ik verspeelde het huishoudgeld aan een onbekende. Die later ruzie kreeg met zijn vrouw. Uit frustratie joeg hij zijn vuist door de keukenmuur. Daarna verdween ook hij voor altijd uit mijn leven. Toen we vertrokken uit dat huis waar niets het meer deed, vertrokken we om middernacht met een gehuurde aanhangwagen en een lantaren. Wie weet wat de buren gedacht hebben toen ze mensen midden in de nacht hun huis zagen verlaten? De lantaren die rondging voor de ramen zonder gordijnen. De schaduwen die door de kamers trokken en hun spullen in dozen deden. Ik had van nabij meegemaakt waartoe frustratie een man kan brengen. Hij huilt ervan, hij slaat met zijn vuist door een muur. Hij gaat dromen van het huis dat het zijne is aan het eind van de lange weg. Een huis met muziek, behagen en welwillendheid. Een huis dat niet eerder bewoond is geweest. [pagina 30] [p. 30] Volgend jaar Die eerste week in Santa Barbara was niet het ergste wat er gebeurde. Zich bedrinkend viel hij zich de tweede week een gat in zijn hoofd, even voor hij college moest geven. In de cocktailbar nam zij die tweede week de microfoon uit handen van de zangeres en croonde haar eigen levenslied. Danste daarna. En viel daarna flauw op de tafel. Dat is ook het ergste nog niet. Ze moesten die tweede week naar de gevangenis. Hij reed niet, dus ze verbaliseerden hem, trokken hem een pyjama aan en voerden hem af naar de detox. Zeiden dat hij moest gaan slapen. Zeiden dat hij 's ochtends kon informeren naar zijn vrouw. Maar hoe moest hij slapen als ze het niet goed vonden dat hij de deur van zijn kamer dichtdeed? Het groene licht uit de gang drong naar binnen, en het geluid van een huilende man. Zijn vrouw had men verzocht het alfabet op te zeggen aan de kant van de weg, midden in de nacht. Dat is al vreemd. Maar de agenten lieten haar op één been staan, haar ogen dichtdoen en proberen met haar wijsvinger haar neus aan te raken. Wat ze allemaal niet kon. Ze ging de gevangenis in wegens verzet tegen haar aanhouding. Hij betaalde haar borgtocht toen hij uit de detox kwam. Ze reden verpletterd naar huis. Dit is het ergste niet. Hun dochter was juist die nacht weggelopen. Ze had een briefje neergelegd: ‘Jullie zijn allebei gek. Geef me alsjeblieft een kans. Kom niet achter me aan.’ Dat is het ergste nog niet. Ze bleven denken dat ze de mensen waren die ze zeiden te zijn. Luisterden naar die namen. Vreeën met de mensen met die namen. Nachten zonder begin die niet eindigden. Praatten over een verleden alsof het echt gebeurd was. Hielden zich voor dat volgend jaar om deze tijd, volgend jaar om deze tijd alles anders zou zijn. [pagina 31] [p. 31] Anathema Het hele gezin leed. Mijn vrouw, ikzelf, de twee kinderen en de hond, met haar jongen, die dood geboren werden. Wat er restte van ons leven teerde weg. Mijn vrouw werd aan de kant gezet door haar vriend, de eenarmige muziekleraar die haar enige contact was met de buitenwereld en het geestelijke. Mijn eigen vriendin zei dat ze er niet meer tegen kon en ging weer naar haar man. Het water werd afgesloten. Heel die zomer lag het huis te zinderen. De perzikbomen waren dood. Ons kleine bloemperk lag er vertrapt bij. De remmen van de auto begaven het, en de accu liet het afweten. De buren spraken niet meer met ons en gooiden de deur voor onze neus dicht. De cheques die we uitschreven kwamen retour - - tot er ten slotte helemaal geen post meer werd bezorgd. Alleen de sheriff ondernam de tocht van tijd tot tijd - - met huilend dat het overal heen wilde maar niet naar ons een van de beide kinderen op de achterbank. En toen kwamen er muizen in drommen het huis binnen. Gevolgd door een reuzenslang. Mijn vrouw zag hem in de kamer liggen zonnen bij de levenloze tv. Wat ze ermee deed is een verhaal op zich. Ze heeft hem zijn kop afgehakt, op die vloer daar. En hakte hem toen hij bleef kronkelen doormidden. We zagen in dat we niet langer stand konden houden. We waren verslagen. We wilden op onze knieën vallen en zeggen vergeef ons onze zonden, vergeef ons ons leven. Maar het was te laat. Te laat. We hadden niemand die wilde luisteren. We moesten toezien hoe het huis werd gesloopt de grond omgeploegd, waarna we in vier richtingen werden uiteengedreven. [pagina 32] [p. 32] Mijn vaders portefeuille Lang voor hij dacht aan zijn eigen dood, zei mijn vader dat hij dicht in de buurt wilde liggen van zijn ouders. Hij miste ze zo toen ze er niet meer waren. Mijn moeder wist nog dat hij dat wel eens zei en ik wist het nog. Maar toen de adem zijn longen verliet en er geen levenstekenen meer waren, bevond hij zich in een stad op 820 kilometer van waar hij het liefst wilde zijn. Maar wel mijn vader. Ook dood had hij geen rust. Ook dood moest hij nog één tocht maken. Heel zijn leven had hij graag gezworven en nu was er nog een laatste plek waar hij heen moest. De begrafenisondernemer zei dat hij het kon regelen, geen punt. Er viel vaal licht door het raam op de stoffige vloer waar we die middag wachtten tot de man uit het achterkamertje kwam en zijn rubber handschoenen afstroopte. De lucht van formaline hing om hem heen. Hij was een grote man, zei de begrafenisondernemer. Begon ons toen te vertellen waarom hij het prettig wonen vond in dit kleine stadje. Deze man, die zoëven mijn vaders aderen had geopend. Wat gaat het kosten? zei ik. Hij pakte zijn pen en zijn blocnote en begon te schrijven. Eerst de kosten van de behandeling. Vervolgens begrootte hij à 14 cent per kilometer het transport van het stoffelijk overschot. Maar de begrafenisondernemer moest ook weer terug, vergeet dat niet. Plus, zeg, zes maaltijden en twee overnachtingen in een motel. Hij rekende nog even. Doe er 210 dollar bovenop voor zijn uren en zijn moeite en dan komt het op zoveel. [pagina 33] [p. 33] Hij dacht dat we misschien bezwaar zouden maken. Hij had vaag iets van kleur op zijn beide wangen toen hij opkeek van zijn getallen. Hetzelfde vale licht viel op dezelfde vale plek in de stoffige vloer. Mijn moeder knikte alsof ze het begreep. Maar ze had er geen woord van begrepen. Het was allemaal even ondoorgrondelijk voor haar, zoals alles sedert ze het huis uit was gegaan met mijn vader. Ze wist alleen dat het geld ging kosten wat er gebeurde. Ze stak haar hand in haar tas en haalde mijn vaders portefeuille eruit. Wij drieën, die middag in dat kamertje daar. Onze adem, die kwam en ging. We keken enige tijd naar de portefeuille. Niemand zei iets. Al het leven was uit die portefeuille verdwenen. Hij was oud en kapot en vuil. Maar het was mijn vaders portefeuille. En zij maakte hem open en keek erin. Trok er een handvol geld uit, bestemd voor deze laatste, onthutsende tocht. Vertaald door Sjaak Commandeur Vorige Volgende