Maatstaf. Jaargang 33(1985)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 41] [p. 41] Mickey Walvisch Gedichten Doorndonsje Tempel der lusten, Honderd jaar rustte jij Met een bontje toegedekt, Totdat die faun in berevacht, Jou Doorndons Wekte tot gloeiend lava, Maar niet de liefde had Het vuur te blussen. O Prins der Liefde, Haast je toch Om Doorndons met tere lust In slaap te wiegen, Eer zij verbrandt. De liefde tot de lippen Doofstom omhullen elke nacht Een mannen- en een vrouwenlijf Elkaar perfect pawloviaans. Van poeze bere poeze bere, Wiegen zij elkaar in slaap. Maar dromend baart zij veel te dikwijls dode kinderen En als zij wakker met hem praat, Kan hij haar meestal niet verstaan. Begeerte: een moeras, De liefde tot de lippen. [pagina 42] [p. 42] Verneukt Ik ben verneukt. Ik kon niet eerder weten. Ik had je veel te lief. Maar ik hield van vaderbeer, Met kleverige kleutervulling. Van erudiet geconverseer, Als surrogaat voor creativiteit. Van eerlijkheid, Wanneer je een verleiding biechtte. En o wat was je fijntjes leuk Ten koste van de minderheid. Ach dat wat ik voor liefde hield, Was hartstocht die me vrat. Vorige Volgende