vriendelijk mogelijk te glimlachen ofschoon de tranen van de plotselinge alcoholinjectie haar nog in de ogen stonden. Hierna zette hij het blad op het tafeltje, legde een enorm en hagelwit servet onder haar kin, bond zich eenzelfde exemplaar onder de zijne: ‘Jetzt geht 's los... oder... Nein,’ zei Peter tegen zichzelf, ‘man soll immer mit den Flüssigkeiten anfangen.’ En zo kreeg Anne haar derde medicijn toegediend en haalde der Peter zijn eigen achterstand even in. Nu was het dan zover en Anne kreeg een bord met twee knapperige broodjes waaruit twee verbazend hete worsten piepten op haar borstbeen gezet.
‘Thüringer Würstlein,’ zo lichtte der Peter toe. ‘Erst kommt das Fressen,’ zo vond hij.
‘Und dann die Moral,’ zo vulde Anne aan die zich een heel stuk beter was gaan voelen. Ze kon waarachtig haar hoofd al weer oprichten zonder de bliksemschicht in het achteronder te voelen. ‘Nehmen wir noch einer, was?’ riep Peter smakkend.
‘Machen wir,’ giechelde Anne.
‘Hopla!’ zo begeleidde Peter het konijnegebaar. Hierop hapten ze verder. Anne kon nu al zóver voorover buigen dat ze de kruimels op het bordje terug kon laten vallen.
‘Geht's?’ vroeg Peter.
‘Schön,’ lachte Anne ditmaal naar waarheid terwijl ze het glas aannam.
Jammer genoeg worden ze, naarmate de avond vordert steeds moeilijker te verstaan ofschoon der Peter en die Anna zelf daarvan geen hinder lijken te ondervinden.
Wèl struikelde der Herr Bürgermeister laat op de avond, op weg naar zijn kamer over Annes beddesprei.
‘Mein Gott tut's weh Peter?’ vroeg Anne rechtop zittend vanuit de kussens.
‘Verdammt noch mal,’ hoorde ze hem nog zeggen maar Anne kreeg haar nieuwe vriend niet meer te zien want Peter vond het veiliger naar zijn eigen Schlafzimmer te kruipen.
Laat in de ochtend werd Anne wakker en probeerde eens voorzichtig of ze kantelen kon. Want kantelen is de weg tot staan en staan is welhaast lopen, voetje voor voetje maar toch! Zo kwamen ze elkaar in de hal tegen en Herr Bürgermeister wist zijn Vaders wandelstok te vinden. En ‘Bitte, danke, bitte, danke,’ wist Anne de tocht die inmiddels urgent was geworden, te volbrengen. Mede dankzij de constantheid van het menu kon zij Peter 's avonds zelfs in de mooie kamer bij de open haard gezelschap houden. Meestal begint men elkaar onder zulk soort omstandigheden omtrent het eigen leven voor te lichten, maar Thüringer Wurst en Jägermeister ten spijt kwam vooral Peter aan het woord wegens de taalbarrière. Der Peter had zijn vrouw verloren en daar jankte hij nu een beetje om ‘keine Kinder Gott sei Dank’. En die Anne was gescheiden wat ook ‘schade’ mocht heten.
‘Schuldlos?’ vroeg der Peter nog. Anne haalde haar schouders op: ‘Was heisst.’
‘Was heisst,’ vond der Peter nu ook. Bovendien had Peter ‘sich verliebt,’ Anne keek hem vragend aan, ‘in ein junges Mädchen’.
‘Nah also,’ vond Anne.
‘Zu jung,’ vond der Peter zelf.
‘Ach was,’ wist Anne.
‘Meinst du,’ vroeg Peter. ‘Meinst du das Anna fünfzehn Jahre verschil?’
‘Nah ja,’ vond Anne, ‘wenn man einander liebt? Hoe oud?’
‘Vijfentwintig,’ Peter geneerde zich een beetje.
‘Dat is toch geen kind meer,’ vond Anna.
‘Meinst du das Anna?’ vroeg Peter.
‘Is het niet onhandig?’ vroeg Anne opeens, ‘ik hier? Het kan toch zijn dat ze denkt...?’
‘Ja, ja,’ zei Peter geheimzinnig.
‘Ik bedoel, dat ze misschien...?’
‘Ja, ja,’ meende Peter.
‘Het hele dorp weet toch dat ik hier...’
‘Ja, ja,’ glimlachte Peter, het hele dorp ‘die ganze Gegend’ en hij wees royaal om zich heen.
‘Opzet?’
‘Ja,’ knikte der Peter.
‘Wirklich?’
‘Ja!’
‘Dat ze jaloers wordt?’
‘Hm, hm!’ en daar namen ze nog een Jägermeister op. Zum Wohl! Zum Glück! Een hartelijke samenzwering! En plotseling werd het zo vrolijk in de mooie kamer zonder bloemen dat ze elkaar