Maatstaf. Jaargang 29
(1981)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 75]
| |
[pagina 76]
| |
Zadkine: Monument for a Devastated GirlAls antwoord op mijn laatste wanhopige brief
stuurde mijn liefste me deze kaart,
beschreven in haar fijne handschrift
met hartelijke maar oppervlakkige
woorden, als altijd oppervlakkig, en
waarom? Hebben we elkaar te lang
niet gezien?
‘Ha Marianne. Wat een tragiek
spreekt er uit dit beeld hè?’
Inderdaad.
| |
[pagina 77]
| |
[Heb ik dat geschreven van die oranje rozen]Heb ik dat geschreven van die oranje rozen?
Maar wanneer - dat moet geweest zijn toen
ik nog normaal was!
Nu lig ik zelf in bed. Ik zie jullie wel
slikken als je binnenkomt, en naar
de ramen kijken. Ik glimlach in mijn bed of
crimson joy, drie dekens bedekken
mijn rottingsproces. Jullie blijven nooit lang.
Soms ga ik er 's nachts even uit
om te kijken of de ramen wel goed sluiten
en om de gordijnen wat dichter te trekken.
Eindelijk berust ik en geniet.
| |
[pagina 78]
| |
Vakantie in Luxemburg '79Tegen een berg in Wiltz
ligt een leeuw.
Hij verslindt niet.
Hij geeuwt.
Even verderop zit op een tak
een grijze aap die uit verveling
zijn eigen staart opeet.
Hij heeft nog een klein stompje
helderrood vlees.
Een schildpad ligt op zijn rug
in de zon
bruin te worden.
Maar de grootste attractie:
naast de dierentuin zit een invalide
debiel in een duivenhok het gaas
grijs te schilderen
en lacht als hij je ziet.
|
|