Maatstaf. Jaargang 29
(1981)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 17]
| |
MiddelaarsIn deze kamer wachten de opgeschrevenen,
elk met bewijs van zijn verzekering.
Van hun nummers houdt men aantekening
om t.z.t. de kosten te verevenen.
Alfabetisch geordend in hangmappen
wordt pijn papier. In code brengt men kort
nieuws over van de dood, die zijn boodschappen
beperkt en liefst tot onze komst opschort.
| |
[pagina 18]
| |
OnderzoekZijn naam is afgeroepen waar hij zat.
Naakt voorgeleid en in wit licht gevoerd
wordt hij onder een filter vastgesnoerd.
Inkt merkt zijn huid. Een naald opent een vat,
jodium zet krap zes liter bloed in brand.
Zijn ogen smelten, op zijn tong ligt as.
‘Niet ademen.’ Hij ademt niet. Contrast
ontstaat in hem, hij toont zijn binnenkant.
| |
[pagina 19]
| |
DonkerNiet langer tegen het doodgaan ingedekt
nu K. 581, snijdend
van zoetheid, hem uit zijn gedoente wekt,
ziet hij de takken buiten, waarop ijzel
de plaats inneemt van knoppen, en verlangt
helder te zijn, een kind dat een bal vangt,
en hoort het droge ruisen van ijsregen
in kaal zwart hout, het donker leunt ertegen.
|
|