Maatstaf. Jaargang 25(1977)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 97] [p. 97] Wijnand Steemers Maaltijd Rond zeilt onze blik, van de jenever, Terug van aangenipt, naar een wazige merel. 't Verklikt de trek. Het venster maakt meer leven: Haar oeuvre barst eruit en verwoest onze wereld. Op schrikken we. Zij wuift. ‘Jongens, eten Komen!’ Waarop onze ruggen zich krakend strekken, Ietwat stramme spieren in de eigengereide nekken De neuzen laten zwenken naar geuren die door de reten In de blinden inviteren. Klaargestoomd slenteren We naar de zelfbouwkeuken. De blanke sikkel Zwelt als men tuurt door bobbels in de ramen. Zaligspreken we gebakken spek. Na het enteren Der hongersnood krijgt de kraan weer schik in zijn nikkel. Onze bloemkooloren hardhorend voor 't zagend boze in de achterkamer. Vorige Volgende