Jacques den Haan Talking shop
De prullenmand school
Bij vorige gelegenheden heb ik de tomeloze energie vermeld, waarmee vooral in de Angelsaksische landen de biografie beoefend wordt. Recente voorbeelden, waarover ik het verder niet hebben zal: Curtis Cate, George Sand: A Biography, van 741 pagina's, een opvolger van Lélia van André Maurois uit 1953, die met een voorwoord begon: ‘Waarom George Sand?’ Een ander voorbeeld is Virginia Spencer Carr, The Lonely Hunter. A Biography of Carson McCullers van 600 bladzijden en met 625 voetnoten.
De Amerikaanse schrijver Gore Vidal rekent dit de democratie aan. In een artikel over een levensbeschrijving van het echtpaar Roosevelt in zijn Collected Essays schrijft hij: ‘Helaas heeft Mr. Lash geen weerstand kunnen bieden aan de huidige mode in de populaire biografie: hij stopt er alles in. De Prullenmand School laat aan de lezer de taak over de rotzooi te arrangeren, die de schrijver heeft verzameld... Niets is belangrijker dan iets anders. Bankrekeningen, uitnodigingen voor parties, begrafenissen... alles wordt op een koele democratische manier gepresenteerd. Op z'n slechtst is het resultaat een “geleerd relaas”, op z'n best een levendige “soap opera”.’ Deze laatste kwalificatie lijkt mij geschikt voor de levensbeschrijving waarover ik het dan wél wil hebben: Georg S. Kaufman and His Friends van Scott Meredith, groot iets meer dan 700 pagina's al zijn daar dan meer dan 50 bladzijden bibliografisch materiaal en index bij inbegrepen. De lectuur ervan wordt aanzienlijk verlicht door de talloze anecdotes, die het niet zo opwindende relaas op een gelukkige wijze onderbreken. Hoe vaak een bepaald stuk is opgevoerd, waar het over ging, wat voor vaak zonderlinge lieden er in speelden, waar de première plaats vond, wat de pers er van zei, wat het heeft opgebracht en voor hoeveel de filmrechten zijn verhandeld. En dat alles dan van de tientallen stukken, die Kaufman heeft geschreven of geregisseerd, die bijna alle in hun tijd enorme successen hadden in Amerika en soms ook in Engeland en die ons nu en hier weinig te zeggen hebben. Er zijn natuurlijk uitzonderingen: The Man Who Came to Dinner bijvoorbeeld, The Late George Apley, Kaufman's toneelbewerkingen en regie van The Postman Always Rings Twice, Steinbeck's Of Mice and Men, Guys and Dolls, van oorsprong van Damon Runyon. Kaufman werkte bij voorkeur
met iemand samen. In de beginperiode met Marc Connelly, later met figuren als Moss Hart, een enkele maal met Alexander Woollcott, wat niet zo'n succes was, op latere leeftijd vaak met zijn tweede vrouw Leueen MacGrath en in 1957 is er samenwerking geweest met de veelzijdige Peter Ustinov. Met Edna Ferber heeft hij zo'n 24 jaar af en aan gewerkt. Zij was de schrijfster van het wereldsucces Show Boat, een roman die haar rijk maakte. Ze werd nog rijker toen Florenz Ziegfield er een musical van maakte samen met Oscar Hammerstein ii. Het is drie keer verfilmd. Ze is ongetrouwd gebleven en dat uit onbeantwoorde liefde voor Kaufman, die haar werk waardeerde, maar het daarbij liet.
Een van de oorzaken van die zucht naar collaboratie was zijn gestadige onzekerheid. Iedere première zag hij met de dood in de schoenen tegemoet en dat terwijl zijn leven lang zijn successen veel talrijker zijn geweest dan de flops. Een van zijn ‘collaborators’ Howard Teichmann zei van zich zelf en de anderen: ‘Als toneelschrijver kon niemand van ons tegen Kaufman op. Van de 18 van ons, die met Kaufman geschreven hebben, waren er maar drie