| |
| |
| |
cursief
jan gommert elburg / toch nog een morsig schip - opgeruimde kanttekeningen
Alles op zijn plaats: de duit in het zakje, de dood in de pot, de daad bij het woord. Maar waar doe ik mijn dut?
*
Oud spreekwoord uit Broek in Waterland: Elke paal heeft zijn meeuw.
*
Mokumse srilier: zoek de pont die X over het Y zet.
*
Zo'n piepklein eethuisje, waar ze een perfekte medaillion-de-vlo serveren:.. Maar toch zat-ie met een scheef oog naar mijn broodje tartaar te loeren.
*
Trippel, trappel, trip: 't is de Horse van Sinterklaasje. Of bent u nooit high genoeg geweest om op de hoogte te zijn gekomen.
*
Het ziet er naar uit dat opium de godsdienst voor het volkje wordt. En ik hoop dit nooit in Vrij Nederland te hebben gelezen.
| |
| |
Stel je voor: Hij, de Laatste Rechtzinnige Schuinsmarcheerder. En dan: Tante's Inferno en een Oude Keulse Pot.
*
Even mee naar buiten, op het feest: meisje, er in tuinen.
*
Je hoeft geen rekenwonder te zijn om duizend keer te kunnen terugkomen op een eenmaal genomen besluit.
*
Wat nou, vervuiling? Van de grond kan je nog steeds eten, wanneer je tenminste al dat weggegooide brood lust.
*
Scheer je weg of ik scheer je weg riep hij, zijn mes zwaaiend.
*
Kosmisch bedoeld: ik had mij bezonnen op een vermaning, maar ik bleek er geen ster in te zijn.
*
En de kleine rouwde / om de reine claude.
*
Sprookje: er was eens een televisietoestel dat de hele avond, zonder een kik te geven, naar een gezin keek.
| |
| |
Holland is niet van hol maar van hout afgeleid. Nou èn, Klaas Hollander, troost je dat?
*
Daar had die Belg echter alweer zijn Ukkel voorgespeld.
*
Het geurt hier naar klaver en pasgemaaid gras, maar daar zullen ze ook wel weer een spuitbus tegen hebben.
*
Je vergist je man, Jan Publiek heet tegenwoordig Ronald. And dont you forget it!
*
Slagzin die ik maar nergens kwijt kan: een centrifuge die u het water in de mond doet lopen.
*
Nergens een kamer vrij, maar overal Zimmer Frei, want: Duitser, overtreffende trap van lieve duit.
*
Oorlogskreet van margarine: boter aan de galg! Het is alleen jammer dat je er zèlf van die dierlijke vetzuren mee ontwikkelt.
*
Een advertentie verschilt daarin van een verzekeringskontrakt, dat het addertje niet alleen in de kleine lettertjes schuilt.
| |
| |
Devies van een badplaats: pluk de dagjesmens.
*
Transistorjeugd: er in geluisterd.
*
Noem mij nóg een volk dat het woord ‘zonde’ gebruikt, wanneer ze bedoelen dat iets jammer is.
*
Weggooifles: overblijfsel van uitvloeisel.
*
De dodelijke kogel fluit altijd eerst het volkslied.
*
Vermaning van mijn goede vader: ontijdig opblijven betekent voortijdig opraken. Trouwens, wanneer je aan het werkwoord ‘nachtbraken’ denkt, moest je al misselijk worden.
*
Om iets leuks terug te doen: de kondukteur werd in mekaar getremd.
*
Het gangstermeisje: Remco, ik laat je schieten.
| |
| |
Gangster: in die lage rotflats loop je altijd tegen de lamp.
*
Geld moet rollen; vooral vlug, dan stinkt het minder.
*
Voorzanger: zo zo: la la.
*
Woord dat je nooit meer hoort gebruiken: frenetiek. Woord dat je steeds meer zou horen te gebruiken: schizofrenetiek.
*
Als al die fabrikanten al die droomwensen echt moesten vervullen, werd het hier een verrekt zedeloze bende.
*
Genoeg geweend, sprak de volwassen geworden dichter streng: tranen ga uit mijn ogen.
*
Zomers kunstgenot in Rome: duizenden balkonscenes, in die nieuwbouwwijken.
*
TV, het medium dat tevergeefs blijft roepen: is er een intelligentie aanwezig?
| |
| |
De stijgende welvaart levert velen een binnenveringsmaitresse op.
*
In de publiciteit zijn: een behoorlijk betaalde job op de mesthoop.
*
Je zou het zo'n reklamepief wel eens in zijn gezicht willen zeggen, maar dat is hij al jaren geleden kwijt geraakt.
*
Ook in afgelegen natuurgebieden komt de mens steeds meer op de proppen. Anders gezegd: in elk bosje loert de papieren tijger.
*
‘Maanzaad en zonnepit’: pakkende titel, al zou ik niet weten waarvoor.
*
Vindingrijk: hij had een fles uitgevonden met twee halzen; één voor de wijn en één voor het water. Vervolgens ging hij in de journalistiek.
*
Voetbal: Leerdammer kaasje.
| |
| |
Wie met zijn kop tegen de muur loopt, stoot vaak op fossielen.
*
Als ik het nu over de maan heb, en de zilveren rimpeling, en de geur van kruizemunt, wordt u dan echt niet handtastelijk?
*
Ik bouw heel bewust aan mijn imidzj: ik spuug vaker op mijn parket dan op mijn afkomst.
*
Winterwit vol printen. Maar geen van al die prentbriefkaarten beschrijft de kou van de voet in de laars.
*
Herfst in de Ardennen. En ik daar als God in Frankrijk, als Coninck van Castanniën. Wat ik doe met al die geraapte rijkdom? Poffen.
*
Een wijs man haalt alleen tamme kastanjes uit het vuur.
*
Voorstel voor nóg een slagzin: mevrouw, kies eieren voor uw held.
*
Ik vind het nooit gek, wanneer ik weer zo'n kogelronde middelbare man ‘in het geweer’ zie komen.
| |
| |
Pooiersauto: knalpot voor meneer.
*
Is dit er een? Sommige mensen zien je in de krant staan zoals ze je in bad zouden zien zitten. Ik daarentegen vind het één vervelender dan het ander.
*
Dennegroen, vele malen gedecoreerd. En de kwispelende aanbidding van de - Duitse - herders. O gezegend de kribbebijter die nu ook het kindje raakt.
*
En, Jezus nog toe, mijn haver dan, vroeg de os kribbig aan de ezel.
*
Verdacht? Allicht! Een blanco strafregister, maar geen dito vel.
*
Kan je wel, een neger zwart maken!
*
Gek, je hoort eigenlijk nooit iemand geprezen worden wegens rassencriminatie.
*
Tja vriend, wanneer je jezelf niet zo ziet zitten, dan helpen zelfs geen kontaktlenzen.
| |
| |
Best mogelijk van die kandelaar. Maar om de smerigheid likt de kat zichzèlf.
*
Hoe spreekt een Hollands bewindvoerder meestal zijn Engels? What you call... Stain call, wel te verstaan.
*
Van ‘brood op de plank’ naar ‘gas op de plank’. En als je nou denkt dat iemand daar rouwig om is...
*
De vergelijking tussen H. Mullisch en H. Gorter gaat dan misschien niet op, hij gaat in elk geval meesterlijk af.
*
Al die trimmers in het bos, tegenwoordig, is toch eigenlijk ook een soort milieuverontreiniging.
*
Poëzie? Ik produceer de ene bizonder fraaie regel na de andere, zoals sommige mensen een splinter uit hun duim halen.
*
Ster-reklame: hardnekkige ontsteking aan de beeldbuis.
*
Beter met de helm geboren dan er mee gestorven.
| |
| |
Geheim dat de Engelsen je nooit zullen verklappen: hoe ze, en waar ze, die erwten zo kleuren.
*
Ach, natuur... Wat hèb je aan zo'n hanekam. Dat rotbeest wil zich toch nooit laten verzorgen.
*
Bos, wakker wordend in de lente:... als je me nou bebladert...!
*
Afschuwelijke wandeling, de scheidsrechter floot bij elke uilebal en de dokter liep de hele tijd kwetsen te verbinden.
*
Ik, tegen zoon (5): Pas op met dat scherpe stokje, straks steek je je zusje een oog uit. Dochter (4): Dan spelen we blindemannetje.
*
In de kathedraal van Chartres. Dochter (5): Alle gekken kijken!
*
Ik, jaren geleden, lichtelijk beschonken achter mijn machine: Man - ontmanning / brand - ontbranding...(?) Dochter (6), jaren later: Uitgestorven - ingestorven - hi ha ho. Van haar familie moet ze het hebben.
| |
| |
En hierna fors de kikkers gedrild, en de klikspanen uitgeroeid.
*
Hij ruilde zijn vurige volbloed voor een keurige bolhoed.
*
Ken je die, van die man die zo zwaar ziek was dat hij door zijn bed zakte?
*
En heb je ooit nog dat sonnet geschreven met als rijmideeën: ‘omstreeks twaalf’ en ‘uw ronde heupen?’
*
Dichten over een ongelukkige liefde: het van de deken schreeuwen.
*
Nee, kanéél; met twee... eh... pootjes.
*
Roodhuiden van velerlei pluimage! riep het opperhoofd, opverend. En de zeerovers deinsden af met de kous op de kop.
*
Holle frasen klinken het best.
| |
| |
In het voorjaar is veel meer oorbaar dan in het najaar laakbaar.
*
Auto = zelf. Begrijpt u nu waarom die krassen op de lak u zo'n pijn doen?
*
Goede morgen mevrouw, tegen flatneurose helpt oa gegarandeerd het wonen in een Boliviaanse hut.
*
Wie zegt ‘je moest je schamen’ bedoelt altijd ‘je moet je schamen’ maar kàn niet anders dan in verleden tijd spreken.
*
Asjemenou, een héél concert in C groot voor zo'n nietig picolootje?
*
Lelijkerd, ga van die foto af.
|
|