Maatstaf. Jaargang 16(1968-1969)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 497] [p. 497] [Nummer 7] a. roland holst [gedichten] in afwachting De lucht, het licht - zij geven al blijk dat haar huid en open ogen in aantocht zijn: het uur verstrijkt eindeloos naar 't beloofd moment. Zijn alle vogels weggevlogen? Nog wordt haar stap niet op het grind gehoord. Hij luistert en hij slaat zijn ogen neer, een en al oor zolang het licht nog leeg van haar is en het uitkijken maar verstoort. Hij weet dat zolang zij er nog niet is, er overal gevaar is, en hoort geritsel van bedrog dat dan weer hier en dan weer daar is. Zou zij, voor hij haar zelf kan horen, hem dan ter elfder ure toch nog gaan verloren? [pagina 498] [p. 498] [pagina 499] [p. 499] schets in handschrift van het hierachter volgende gedicht ‘voor het laatst’ [pagina 500] [p. 500] voor het laatst De geladen polen van bronst en dood naderen elkander. (Snel verscholen de bleke deugden zich) ontbloot staat het trots lichaam voor het laatst. Uit het steil glas dat niets weerkaatst knettert de ontlading: met zijn graf meet zich een man, en legt het af. - Vorige Volgende