ook niet. Hij voerde twistgesprekken met God, maar anders dan Van Ginkel voor de Avro, ranja vergeleken bij de bittere drank van Van Randwijk.
Le Poole zegt: hij geloofde niet in God, hij was een mystikus. De Gaay Fortman: hij was een christen. Ada: de éne keer zei hij: er is niets, en dan zei hij weer: waar is het dan alles voor nodig, als er helemaal niets is?... als je zo twijfelt, dan geloof je wel! Wagenaar natuurlijk was Van Randwijk een gelovig mens, onherroepelijk gelovig, maar niet in de zin, dat hij overal God bij moest roepen.
Bert Bakker vond de kerkdienst bij zijn begrafenis een anneksatie. Ik meen, dat er niets te annekseren viel. Van Randwijk behoorde bij ‘Gods volk onderweg’, dat vreemde gezelschap van hopenden en hopelozen. De kerk is ook buiten de kerk.
Van Randwijk was binnen en buiten. Spreekt hij over God, dan valt altijd het woord barmhartigheid. Een minimum, maar het was aanwezig in zijn eksistentie als het diepste geheim van de kosmos. Niet vrijblijvend. Die barmhartigheid werkte normatief in zijn leven. Vanuit die barmhartigheid kwam hij terecht bij de vragen van recht, vrijheid, menselijke waardigheid. Zo werd zijn leven een leven in dienst van het leven.
Was Van Randwijk een politikus? Hij was wel waarlijk een politikus, maar zijn politiek had een dimensie, die in wat wij gewoonlijk politiek noemen, ontbreekt. Dat was het profetische, het visionaire en, wat mij betreft, het apokalyptische, waarover hij spreekt - vreemd en eigen - in zijn uitval tegen Smit en Krooshof. Hij wilde politikus zijn en was het ook, maar hij hief zichzelf als politikus ook altijd weer op.
Gedichten zijn er niet meer uitgekomen, al kondigden ze zich wel eens aan. Soms - onder een gesprek door - schreef hij een paar regels op een stukje papier of op de achterkant van een doosje met kleine sigaartjes, maar ze kwamen niet tot voltooiïng. Hij werd opgevreten door het leven, de mensen en: ‘Het kantoor verslindt, vernietigt mijn kracht’. Hij was de laatste jaren moe en vermoeid, meer dan we dachten.
Hetty van Klaveren heeft gewoon geen zin om hem te bewonderen. Geen wonder, ze was altijd in verzet tegen hem.