overgeplaatst naar zeventien.
‘Herr Schaffner, das war so ein Lärm heutenacht!’
‘Es tut mir leid, Madame, das war eine Reisende die Magenschmerzen hatte.’
‘Es war wirklich schrecklich, Herr Schaffner! Ich habe überhaupt nicht geschlafen! Überhaupt nicht!’
‘Madame, ich konnte ja nichts machen...’
‘Conduttore, due caffé, pregol’
‘Subito signore!’
‘U had misschien beter even mijn man kunnen waarschuwen, kondukteur, als er iemand maagpijn had. Mijn man is ten slotte niet voor niets arts.’
Hij keek in het grijnzende gezicht van een ongeveer veertigjarige vrouw.
‘Ze had op negentien geslapen’, wist hij plotseling, dat was vlak naast éenentwintig - als er iemand in de wagen hem nu belazerde was zij het wel!
Maar hij had het gevoel, dat ze allemaal wisten wat er aan de hand was. Al die blikken, die steeds weer nieuwsgierig naar de gesloten deur van kabine éenentwintig gingen en dan grijnzend terug naar hem.
Het was ook zo'n schreeuw geweest, die Claire had uitgestoten toen zij voor de laatste keer klaarkwam - iets om een schilderij van te maken. De schreeuw!
‘Mevrouw, daar heb ik helemaal niet aan gedacht!’
‘Dat is dan Jammer kondukteur, want om u eerlijk de waarheid te zeggen was het toch wel een lawaai vannacht.’
‘Ich habe überhaupt nicht geschlafen!’
‘Het spijt me, mevrouw, ik wilde niemand lastig vallen...’
‘Dat is dan niet erg gelukt, kondukteur.’
‘Mijn ekskuses, mevrouw.’
Hij was teruggelopen naar éenentwintig om z'n dasje aan te doen en fluisterend - maar waarom fluisterde hij