a. roland holst
de ‘die-hard’
Al ben ik dan inwendig - van klimaat, zou ik zeggen - bepaald anti-demokratisch, ik ben, even bepaald, allerminst gesteld op de zogenaamde ‘die-hard’. Hij kan mij zelfs gestolen worden. He likes to be hard, but prefers to leave the dying to others.
In de oorlog kon Wilhelmina, afgedwongen beveiligd in Engeland, het niet verkroppen dat zij het voorbeeld van Willem de Zwijger niet kon volgen.
Van haar volk waren het niet zelden juist zij, die in vredestijd doorgingen voor halfzacht, die hun leven er in het verzet aan waagden.
Maar de ‘die-hard’ keek wel uit. Zijn levensrecept bleek toen opeens gekenschetst te kunnen worden door de term: liever blooie Pietje dan dooie Pietje. Niet zodra echter stonden, na de bevrijding, de seinen weer op veilig, of zij kwamen, zo gauw als ze maar konden, weer op de proppen als ‘die-hards’, als luidbiaffende ‘die-hards’.
Wil men in die rol uitmunten, dan is het wel zaak dat men goed in de duiten zit. Want dat betekent macht, en macht heeft de ‘die-hard’ broodnodig, al was het maar om geen slag in de lucht te slaan als hij zijn grote mond opzet. Zonder duiten kan hij het dus niet klaarspelen, want macht of overmacht door persoonlijkheid of door begaafdheid ontbreekt hem. Trouwens: had hij die wel, hij zou geen ‘die-hard’ zijn.
Overmoedig door die tweederangsmacht, rekent hij erop