Maatstaf. Jaargang 14
(1966-1967)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 835]
| |
[pagina 836]
| |
richard p. marsh
| |
[pagina 837]
| |
psychose, en zouden in een kritieke toestand door een toekomstige dictator gebruikt kunnen worden als een verradelijk hulpmiddel bij de indoktrinatie.Ga naar eind2 De verscheidenheid van opinie weerspiegelt zich, zoals zo vaak, in een verscheidenheid van terminologie. De onderzoekers uit vroeger jaren noemden ze ‘psychotomimetica’, omdat ze verondersteldlen dat deze middelen in iemand die ze gebruikte een kortstondige model-psychose teweeg brachten, compleet | |
[pagina 838]
| |
met hallucinaties en paraoide waandenkbeelden van grandeur en vervolging. De ervaring leerde echter, dat sommigen van hen die het middel gebruikten hardnekkig weigerden om in een psychose te geraken, zelfs niet voor kortere tijd, maar helemaal opleefden met groot vertoon van positief gezonde symptomen, en melding begonnen te maken van buitengewone spontane vergrotingen van het inzicht in zichzelf. Daarop stelde iemand Ga naar voetnoot3 het woord ‘psychedelica’ voor als alternatief voor ‘psychotomimetica’. ‘Psychedelisch’ is op griekse leest geschoeid en betekent eenvoudig ‘de-geest-blootleggend’. Dit houdt in, dat deze middelen de gebruiker er niet zozeer toe brengen in een psychose te geraken, als wel zijn geest bloot te leggen, hoe die ook zij, om hem open te stellen voor inspectie. Het geschilpunt is dus of deze middelen psychotomimetisch zijn of psychedelisch - of ze vernauwen of verruimen. Als ze ons reduceren tot een toestand van krankzinnigheid, dan hebben ze misschien een beperkte waarde voor zorgvuldig gecontroleerde psychiatrische research, maar houden ze nauwelijks beloften in voor geestelijke bevrijding op grote schaal. Als ze ons echter zelfinzicht schenken en ons in onze eigen geest binnenlaten, dan houden ze grote beloften in. Over het algemeen waren de commentatoren hetzij psychotomimeticisten, hetzij psychedelicisten. Ze zagen de middelen of wantrouwend als potentiëel gevaarlijke bronnen van geestelijke stoornissen, of optimistisch als goed bruikbare, bijna magische middelen om te komen tot zelf-ontdekking en zelf-verwerkelijking. Er zijn uiteraard ook wel tussenliggende stellingen ingenomen, maar niet zo vaak als de feiten zouden rechtvaardigen. | |
[pagina 839]
| |
Er zijn tenminste drie redenen, alle drie van semantische aard, waardoor het komt, dat deze ambivalente houding het meest wordt aangenomen. In de eerste plaats is daar het feit, dat de taal die beschikbaar is voor een gesprek over de ervaringen die deze middelen geven eenvoudigweg niet tegen die taak is opgewassen. Dr. Timothy Leary heeft daarover elders geschreven in dit nummer. De essentie van het probleem is volgens de mening van de schrijver van deze regels, dat men een proces niet in een vakje kan stoppen. De statistische subject-predikaat, ding-en-proportie-taal die wij geërfd hebben van onze cultuur kan de beweeglijke,dynamische ervaring van degene die het middel gebruikt niet gemakkelijk bevatten. De ervaring is non-dualistisch en multi-interpretabel. Als men de ervaring van het middel in woorden weer wil geven, kan men net zo goed proberen de kosmos in een hutkoffer te persen. Dan is daar de in het Westen overheersende houding ten aanzien van het lichaam, een van puriteins wantrouwen. We vinden veelal dat dingen van de geest op de een of andere manier iets in sluieren gehulds en onstoffelijks moeten zijn. Wanneer men suggereert dat de geest een funktie van de hersenen is en dus geopend kan worden met een chemisch middel, wordt dit begroet als een lichtelijk oneerbaar voorstel. Wat goed voor ons is moeten we niet al te gemakkelijk kunnen verkrijgen. Voorts moet de geest geheel van lichamelijke smetten vrij gehouden worden, of anders helemaal genegeerd. Ten slotte worden we geconfronteerd met een speciale vorm van schuld-door-associatie. Een zeker aantal ‘far-out beat’ figuren hebben de hand kunnen leggen op voorraden uit de zwarte handel in de nieuwe psychofarmaca en ze voor de kick ingenomen. Sommigen zijn vervolgens een beetje swingend en gekscherend over hun ervaringen aan het praten gegaan. Het gevolg hiervan was, dat vele mensen met verantwoordelijkheidsgevoel zich zowel afgestoten als bedreigd gingen voelen, om vervolgens in een semantische valkuil te storten door het middel de eigenschappen van zijn gebruikers toe te lichten en de middelen zelf als uitsluitend gevaarlijk af te schilderen. | |
[pagina 840]
| |
Om deze drie redenen en nog een aantal andere is het moeilijk om objektieve gegevens omtrent deze middelen te verkrijgen. En het is ontzettend moeilijk om over ze te praten. Dit is wel heel ongelukkig aangezien de manier wearóp er over gepraat wordt voor een goed deel bepaalt hoe ze zullen werken, of ze positief psychedelisch of negatief psychotomimetisch zijn. Vele onderzoekers met verantwoordelijkheidsgevoel beklemtonen het belang van ‘set’ en ‘setting’ als determinatieve factor voor de uitwerking van deze middelen.Ga naar voetnoot4 De verwachtingen van de proefpersoon, zijn stemming op het moment van het innemen en de materiële en sociale omgeving bepalen klaarblijkelijk in aanzienlijke mate de aard van de subjektieve ervaring. Als de ervaring tegemoetgetreden wordt met een houding van wetenschappelijke nieuwsgierigheid, met een soort eerbied voor de mogelijkheden van de menselijke geest, zullen de resultaten heel anders zijn dan wanneer men ze gebruikt alsof men naar een fuifje ging. Aangezien iemands houding zozeer vorm gegeven wordt door zijn taal en er misschien wel onlosmakelijk van is, doet het er toe hoe men over de ervaring praat, vooraf, tijdens en daarna.Ga naar voetnoot5 Het maakt ook wat uit of men het middel inneemt met de vagelijk schuld-beladen verwachting zijn hoofd kwijt te raken, of in het serene vertrouwen dat men tot zichzelf wordt gebracht. Om kort te gaan: voor de ervaringen met dit soort middelen geldt hetzelfde als voor elke ervaring: de betekenis ligt primair | |
[pagina 841]
| |
in de persoon, niet in het middel, dat alleen maar blootlegt. Wat het vrijmaakt, krankzinnigheid of extatisch inzicht, is afhankelijk van de proefpersoon en de omstandigheden. Zodoende is de ervaring een semantische ervaring. Het is de ervaring van het creëren en ontdekken van nieuwe betekenissen. Mischien is dit de meest zinvolle manier om deze te beschouwen, dat ze een heleboel licht brengt in de duisternis die het communicatie-proces en de principes van de semantiek omgeeft. Er is een buitengewoon groot aantal manieren waarop zij dat doet, maar vanwege ruimtegebrek zullen we er hier slechts zeven bespreken. 1 Het opheffen van de symboliserende funktie. Veel mensen die een van deze middelen gebruiken of in de literatuur snuffelen, worden sterk getroffen door de ongelooflijke vermogens van de mens tot het produceren van symbolen en beelden. Huxley, Watts, Dunlap, Newland en anderen hebben hierover levendig en soms welbespraakt geschreven. De schrijver van deze regels stond, ten tijde van zijn eerste LSD-ervaring, perplex door de ontdekking van de fantastische vruchtbaarheid van zijn eigen beelden- en symbolenproduktie. Hij onderging de ervaring, geboren te worden, voelde zich getransformeerd in mythologische personen, zweefde gracieus door prachtige grotten van glinsterend ijs en schitterende, vergulde gothische kathedralen, en stond met diep ontzag te kijken hoe zich hele patronen van edelstenen vormden en vervormden in een eindeloze afwisseling van mandala-achtige vormen, viervoudige wonderen van ongelooflijke schoonheid, modificerend in eindeloze variaties van zichzelf, oplossend in rondwentelende sterrenstelsels van oneindige afmeting en betekenis uitbarstend in vrije dansvormen van unieke schoonheid met een totale spontaneiteit volgens allerwonderlijkste patronen. Bovenal was daar de ervaring van licht. Dit deed zich voor in menigerlei vorm: als een ‘Diamanten Centrum’ van ongelooflijke schittering (en op de een of andere manier ook van ongelooflijke betekenis); als een structuur van levende vlammen, zichzelf vormend tot veelvoudige configuraties, in een | |
[pagina 842]
| |
soort visueel equivalent van de muziek, die uit de grammofoon kwam; zichtbaar als de muziek zelf, waargenomen, direct door het inwendige oog in drie-dimensionale vormen die gloeiden van binnen; en als glanzende velden, oevers, wallen, forten, bomen en rivieren van levende juwelen. We komen hier meteen bij het probleem van de intensionaliteit. Klaarblijkelijk was deze inwendige gloed niet, zoals Korzybski zou zeggen, extensioneel. Hij stond niet open voor publieke inspectie en verificatie. Niemand anders dan de schrijver kan de realiteit van dit schouwspel bevestigen. En toch scheen de realiteit er van buiten kijf: het scheen zelfs een realiteit van een hogere orde dan de extensionele werkelijkheid van alleman, en leek ook een veel hogere betekenis te hebben - of liever betekenis-an-sich te zijn, niet zozeer een symbolisatie van een andere werkelijkheid alswel de handeling van het symboliseren zelf; niet iets te betekenen maar werkelijk betekenis-an-sich te betekenen.
Kenneth Boulding heeft gezegd dat het vermogen van de mens, een overvloed aan inwendige beelden te verwekken tegelijkertijd zijn grootste glorie en zijn grootste bedreiging is.Ga naar voetnoot6 Het stelt hem in staat die reisgidsen uit te werken die hem op een zinvolle manier door het ieven geleiden, maar ook die bedriegelijke die hem doen verdwalen in de jungle. Met andere woorden: Het helpt hem te intensionaliseren en te extensionaliseren. Extensionalisering en intensionalisering, het openbare en het persoonlijke, spelen door elkaar. De ruwe feiten die het universum oplevert zijn chaotisch en zinloos, totdat ze in een bepaald stramien gepast worden, en betekenis | |
[pagina 843]
| |
en verband krijgen.Ga naar eind7 Dan dienen ze als een nuttige reisgids om ons op een voldoening gevende manier door het leven te sturen. De betekenis van de dingen echter ligt noch geheel in die dingen zelf, noch helemaal in ons, het is meer een vloeiende stroom tussen buiten en binnen - met bijzondere nadruk op binnen. Nauwkeuriger gezegd: betekenissen lijken te worden ontdekt, maar in feite worden ze vervaardigd. Onder LSD schijnen we oog in oog te komen staan met dat deel van ons innerlijk waar betekenissen worden gemaakt, waar het patroonteken-proces zich in zijn zuiverste vorm voltrekt. Iemand die dit eens heeft gezien zal het niet gauw vergeten, en veronderstellen dat iemand die eens zijn intensionaliteit in geïsoleerde vorm heeft gezien, daarna beter toegerust zal zijn deze over te halen hem te dienen en minder gauw zal worden misleid door kaarten waarvoor geen terrein bestaat. 2 De ervaring van Eenheid. Een van de meest verrassende kenmerken van de LSD-ervaring is dat de namen van allerlei dingen niet langer meer toepasselijk schijnen, ofschoon ze nog heel helder voor de geest staan. Dit voorwerp heet tafel en dat heet een stoel, net als vroeger, maar nu ziet men iets verrukkelijk amusants in het beplakken van die dingen met etiketjes. De schellen vallen iemand van de ogen. Het verschil tussen de tafel en de stoel wordt nog steeds als reëel genoeg ervaren, maar het wordt ook onderkend als volstrekt willekeurig, een conventioneel onderscheid dat heel goed vervangen zou kunnen worden door eindeloos veel andere onderscheidingen die even conventioneel zijn. De Eenheid van alle dingen wordt opeens helder zichtbaar in haar laaiende eenvoud. Tegenstellingen storten zich met donderend geraas in elkaars armen. Elke afzonderlijke eigenschap is nog steeds als zodanig herkenbaar, maar nu is het illusoire karakter van hun afzonderlijkheid overduidelijk. Groot en klein, nat en droog, pijn en lust worden niet langer gezien als diametraal tegenovergestelde paren, maar meer als punten op een continue lijn. Evenzo vergaat het lelijkheid en schoonheid, liefde en haat, mannelijk en vrouwelijk, en al het andere. Evenzo | |
[pagina 844]
| |
en meer in het bijzonder geldt dit overeenkomst en verschil, wanneer degene die met LSD experimenteert tot zijn vreugdevolle verbazing ontdekt dat het onderscheid dat hem van anderen doet verschillen, een maskerade is voor de identiteit die hem met hen verbindt. Dit kan worden geinterpreteerd als een mystieke doctrine, zeker, en als zodanig zal het door de meer verstarde positivisten als tamelijk vervelend en inhoudsloos worden ondervonden. Maar de meer flexibel ingestelden zullen de semantische juistheid erkennen van het idee dat de dingen en eigenschappen die ons leven vullen, althans tot op zekere hoogte, verbale constructies zijn die afsterven door het afsterven van de namen die hen deden ontstaan. 3 Het doorzien van de ‘game’-struktuur. Van al het goeds dat de ervaring met psychedelica kan doen, is dit misschien wel het grootste en het meest bij-blijvende. De schrijver, professor aan een college, herinnert zich tijdens zijn derde LSD-ervaring te zitten staren naar de arts, die het middel had toegediend, in het verbaasde en bevrijdende besef dat de man net zo min een dokter is als hijzelf een professor. Zowel de ‘professor’ en de ‘dokter’ waren, zo leek het nu, een klaarblijkelijke fraude, ofschoon beiden een graad hadden, erkend door de bevoegde autoriteiten. Wat meer is, deze ontdekking bleek bevrijdend en uiterst verfrissend te werken. Twee ‘game-players’, de een zich verstoppend achter de doktersrol, de ander spelend dat hij een professor is, hadden hun kostuums uitgetrokken, het spel het spel gelaten en zaten nu, dank zij LSD, tegenover elkaar in een toestand van zuivere, naakte realiteit. Het gevoel van verlichting en ontspanning was onvoorstelbaar.
Timothy Leary behoort tot degenen die de nadruk hebben gelegd op de ‘game’-vormige aard van het grootste deel van het menselijke gedrag. Hij heeft een ‘game’ gedefinieerd als een gevestigde culturele sequens, die gekarakteriseerd wordt door rollen, regels, doelstellingen, rituelen, taal, waarden en strategieën.Ga naar eind8 Dit is een erg beknopte definitie die eigenlijk elke menselijke gedragsvorm omvat, en wel in het bijzonder die, | |
[pagina 845]
| |
welke we niet gemeen hebben met andere dieren. Leary is hierover aangevallen door zijn critici die tegen hem inbrengen dat wanneer iemand zijn ‘games’ zou afzweren, hij tevens de meest zinvolle menselijke activiteit zou afzweren, met inbegrip bij voorbeeld van de wetenschappelijke ‘game’. Uiteraard zweert men in feite noch de wetenschappelijke ‘game’, noch enige andere af, mits deze dienstbaar is. Maar, als men verstandig is, probeert men door de ‘game’-struktuur heen te zien en stelt men zich voortdurend de vraag: is deze rol nu de beste om te spelen teneinde mijn mogelijkheden als mens te verwerkelijken? Wanneer men alle ‘games’, alle ‘rollen, regels, doelstellingen, rituelen, taal, waarden en strategieën’ verwerpt, verwerpt men daarmee tegelijkertijd de hele beschaving, gezond verstand, rijpheid, betekenis, en elke mogelijkheid om menselijk te zijn in plaats van niet meer dan dierlijk. Maar ze al te serieus te nemen is minstens even destruktief, of nog erger. Zowel voor conservatisme als voor liberalisme zijn wel argumenten aan te voeren, en men kan kiezen of men de dood van de verstarring wil sterven, dan wel de dood van de vormloosheid. Hoe het echter ook zij, het eerste lijkt het afschuwelijkste vooruitzicht. In ieder geval zal een bevrijding gedurende zes uur van de tirannie van het ego, een vakantie die genoten is door velen van hen die LSD gebruikt hebben, Iemand waarschijnlijk niet gunstig predisponeren om het ego ooit weer de absolute macht te hergeven waaraan het was gewend. Het ego is de sociale ‘game’ par excellence, absoluut noodzakelijk voor ons | |
[pagina 846]
| |
voortbestaan en toch een tyran die onze groei en onze diepste bevrediging in de weg staat. Jay Haley heeft op amusante, maar indringende manier aangetoond welke onvoorstelbare subtiele manoevres het ego uitvoert in dat eeuwigdurende spel van baas boven baas dat psychoanalyse wordt genoemd.Ga naar voetnoot9 Het ego, zegt hij, is het baas-boven-baas-orgaan, dat er altijd naar streeft de baas te worden of te blijven, en daarom altijd rusteloos en op zijn hoede is. In navolging van een anonieme britse geleerde stelt Haley dat de analyse spontaan en succesvol beëindigd zal worden zodra de patiënt het punt bereikt ‘waarop het hem eigenlijk niets meer kan schelen of de analyst dan wel hijzelf de relatie domineert.Ga naar voetnoot10 Op dat moment is de patiënt genezen. Hij heeft door de ‘game’ heengezien, en hoewel zijn ego nog steeds werkt als het integrerende systeem dat zijn persoonlijkheid bij elkaar houdt, is het transparant geworden en domineert het het zelf niet meer. Zonder enige twijfel is er een langdurige psychoterapie voor nodig vóór het ego blijvend zijn rol als dienaar in plaats van meester van het zelf zal accepteren. De LSD-ervaring echter kan de gebruiker van het middel een verrassende glimp laten zien van hoe het leven zou kunnen zijn als het ego overgehaald kon worden, zijn greep wat te verslappen. Dit zou het terapeutische proces heel wel kunnen versnellen; evenals het terapeutische proces helpt de LSD-ervaring rijker en dieper te maken. In ieder geval komt de ‘game’-vormige. linguistische en conventionele aard van het ego de LSD-gebruiker dikwijls helder voor ogen te staan. 4 Ontvankelijkheid. Elk moment van het communicatie-proces is even belangrijk, maar misschien is het In onze door achterdocht | |
[pagina 847]
| |
beheerste tijd toch wel het ontvangen van berichten dat ons in het bijzonder in moeilijkheden brengt. De meesten van ons coderen graag genoeg, maar we zijn, in de regel, niet bijzonder geïnteresseerd in decoderen. We praten, maar we luisteren niet. We zetten de radio aan om hem vervolgens te negeren. We zijn er op gebrand, onze ideeën op anderen over te dragen, maar niet om naar ze te luisteren. Onder LSD leren vele mensen wat het betekent in absolute zin present te zijn. Aangezien ze tijdelijk hun rollenspel hebben verlaten en door hun eigen behoefte baas boven baas te zijn hebben heengezien, kunnen ze zich permitteren zich bewust te worden van onverschillig wat waarmee hun omgeving, uitwendig of inwendig, zich aan hen voor mag doen, zonder de wens te koesteren er iets aan te veranderen. Voor het ogenblik althans hebben ze niets te verliezen door te luisteren. Misschien durven ze zelfs naar zichzelf te luisteren, mogelijk voor het eerst in hun leven. Onder deze omstandigheden kunnen merkwaardige dingen gebeuren. Andere mensen kunnen worden ervaren als precieus, onvoorstelbaar complex en uiterst wonderlijk. De materiële omgeving kan één grote verrassing worden. Men kan het gevoel krijgen dat men niet kijkt naar een boek, een tafel of een stoel, maar naar Het Boek, De Tafel of De Stoel. Met een parafrase op Aldous Huxley: het Absolute schijnt uit alle windrichtingen op iemand in te stromen.Ga naar voetnoot11 Muziek wordt ongelooflijk anders: oude paradepaarden als Beethoven's Vijfde Symphonie warden weer fris en krachtig. Een plaat van een in een ver verwijderde opnamestudio rond een microfoon gedromd koor vult de kamer letterlijk met engelen. De muziek krijgt samenhang en gaat leven. Ze kan zelfs zichtbaar worden, doorschijnend van innerlijke gloed. Schilderijen gaan bewegen en openen zich in al hun dimensies. | |
[pagina 848]
| |
Kleuren worden intens en bovennatuurlijk stralend. Voorwerpen in de natuur, zoals bergen en bomen krijgen een aureool van schoonheid en druipen van betekenis. De wereld van iemands innerlijk gaat voor hem open, zowel de verdrongen wereld van het persoonlijk onbewuste, als de oerstaat van het kollektief onbewuste, dat al bestond voor wij er waren in de vorm van archetypen. Men mag een blik werpen op wat Huxley ‘de antipoden van de geest’ noemt, dat wil zeggen: de wereld van de Visionaire Ervaring.Ga naar voetnoot12 De levende wezens, de tuinen, de zeeën van licht die hij ziet, vervullen hem met ontzag en vredige gevoelens.
Semantisch bezien heeft de toestand van het absoluut-betrokkenzijn bij de uiterlijke en de innerlijke werkelijkheid minstens twee voordelen. In de eerste plaats maakt het iemand mogelijk zich zowel uitwendig als inwendig af te stemmen op dat terugkoppelingsmechanisme, dat hem in staat stelt de fouten, die hijzelf maakt tijdens het coderen, te corrigeren. Hij is in staat het ruisniveau in de verschillende communicatienetten waar hij bij betrokken is te verlagen, door zijn berichten in code te brengen op een nieuwe manier, totdat zij de betekenissen bevatten die hij wil dat ze bevatten. In de tweede plaats maakt het de mens mogelijk te leven in de wereld van het werkelijke, van het feitelijke, in plaats van in de irreële en lege werkelijkheid van de geprefabriceerde abstractie. Het maakt hem mogelijk de wereld te ervaren, in plaats van er alleen maar over te denken, en er eindelijk werkelijk in te gaan leven. In Huxley's woorden: Eens losgerukt te worden van de wortels van de alledaagse ervaringswereld, voor een paar tijdloze uren de uitwendige en de inwendige wereld te zien, niet zoals deze zich voordoen aan | |
[pagina 849]
| |
een dier dat bezeten is van woorden en ideeën, maar zoals ze ervaren worden, direct en onvoorwaardelijk... dit is een ervaring van onschatbare waarde voor iedereen, en in het bijzonder voor de intellectuee1.Ga naar eind13 5 Het beleven van de schaduwzijde. Deze jungiaanse uitdrukking wordt gebruikt vanwege de plastiek ervan. In Jung's opvatting is de schaduw de verdrongen, duistere zijde van iemands persoonlijkheid, de tegenhanger van de collectieve, aanvaarde zijde, die zo te zeggen baadt in het ‘licht’ van het bewustzijn. Het is de bron van veel naars en ‘slechts’ in het menselijk gedrag, ofschoon de bevrijding ervan paradoxalerwijze kan resulteren in een zekere hoeveelheid ‘goeds’. Dit komt doordat de schaduw niet alleen de destructieve en valse elementen van de persoonlijkheid bevat, maar ook veel dat alleen maar als slecht en satanisch ervaren wordt, maar dat in feite alleen maar onbekend is, onbeproefd en onaanvaard. Om in theologische termen te spreken: God is nergens meer zonder de enthousiaste en vurige medewerking van Satan, zoals Genesis, het Boek Job, het verhaal van de verzoeking in de woestijn, dat van de verzoeking van Boeddha door Mara en andere religieuze mythen en documenten aantonen. Onder LSD kan de schaduw op explosieve wijze bevrijd worden. Inderdaad is dit een van de risico's, die het gebruik van dit middel met zich meebrengt, en vormt het tevens een reden waarom bij de toediening ervan zorgvuldig geselecteerd en gecontroleerd moet worden. In de paar bekende gevallen waarin LSD schadelijk heeft gewerkt, door het versnellen van zware depressie, psychose of zelfs zelfmoord, was er óf sprake van een ‘schaduw-probleem’, óf er was iets mis met de geestelijke instelling van degene die het middel gebruikte, hetzij met de omgeving waarin hij verkeerde, of met beide. Als de schaduw slecht geïntegreerd is in de rest van het ego, kan de bevrijding ervan - het opborrelen van verdrongen materiaal uit het onbewuste - een min of meer onherstelbare paniek teweeg brengen, die leidt tot een desintegratie van het zelf. Aan de andere kant is het zo, dat als de proefpersoon ongezonde verwachtingen heeft, of als de omgeving dreigende of niet als | |
[pagina 850]
| |
aangenaam ervaren voorwerpen herbergt, dan kan het loslaten van de schaduw, zelfs voor een redelijk goed geïntegreerd individu, wel eens meer zijn dan hij kan verdragen. Maar als alle kandidaten voor het gebruik van LSD zorgvuldig geselecteerd worden, en als het middel onder de beste omstandigheden wordt toegediend, dan blijkt er absoluut geen gevaar te bestaan. In ieder geval is het zo, dat iemand die ervaren heeft hoe schaduw zijn bewustzijn kwam overspoelen, dit niet licht zal vergeten, of het nu vrij mild was of heel aangrijpend. Ter illustratie moge hier dienen de ervaring, die de schrijver had, geboren te worden (een ervaring die, in Jung's termen, zowel een schaduw-ervaring als een archetypale kan zijn geweest): deze ervaring was mild in zoverre dat ze niet buitengewoon angstaanjagend was, maar toch was ze onvergetelijk. Een even sterke indruk in 's schrijvers geheugen maakte de metamorfose die een arts die de zitting bijwoonde onderging van afwisselend een afschuwelijke duivel en een stralende heilige, en een knappe vrouw van middelbare leeftijd, die afwisselend veranderde in een frisse jonge maagd en een afzichtelijke, tandeloze heks. De confrontatie met de schaduw kan echter ook aangrijpend zijn in plaats van mild. Ze kan intense angst teweegbrengen of zelfs onkontroleerbare paniek.Ga naar voetnoot14 De proefpersoon kan zich hulpeloos afgesneden gaan voelen van de rest van de wereld, of hij kan hem gaan bevolken met wezens uit zijn eigen fantasie. Volkomen integere metgezellen die alleen maar het welzijn van de proefpersoon voor ogen staat, kunnen gezien worden als gedegenereerde misdadigers aan wie niet valt te ontvluchten. Men kan zich gaan voelen alsof men gelokt is in de een of andere diabolische valstrik, opgezet door kwaadaardige wezens in een gemeen achterafstraatje van onze beschaving. Het is niet te verwonderen, dat het onder deze omstandigheden wel eens | |
[pagina 851]
| |
voorgekomen is dat proefpersonen probeerden geweld te gebruiken of te ontsnappen. En toch ligt er, van semantisch oogpunt uit althans, iets heel waardevols in zulke ervaringen, gesteld dat ze met succes doorleefd worden. Deze waarde ligt in de bevestiging die zulke voorvallen geven voor de realiteit van projectie. De veranderingen vonden geenszins plaats in de twee mensen, maar uitsluitend in hem die de verandering ervoer. Het waren uitsluitend veranderingen in de betekenis van de mensen, terwijl die betekenis gecreëerd werd en toen door hun waarnemer geëxtensionaliseerd. Evenzo zijn de meer angstwekkende soorten ervaring waarvan melding is gemaakt, zoals de metamorfose van vriendelijke helpers tot gedegenereerde monsters, uitsluitend het gevolg van projectie, een feit dat met eert verrassende helderheid duidelijk wordt nadat de uitwerking van het middel afneemt.
Een merkwaardige eigenschap van LSD en de andere nieuwe middelen is, dat de veranderingen van perceptie die ze teweegbrengen gewoonlijk niet het niveau van de hallucinatie bereiken. Het is opmerkelijk dat de gebruiker zich over het algemeen bewust blijft gedurende de tijd dat zijn waarneming gestoord is. De door iedereen ervaren realiteit blijft zijn aanknopingspunt. Zodoende is hij in staat, zijn eigen projecties te bestuderen terwijl ze verschijnen. In extreme gevallen echter kan het zijn dat de gebruiker van de ene hallucinatie in de andere rolt, en in dat geval moet de herkenning van zijn eigen projectie even uitgesteld worden. In beide gevallen voltooit de gebruiker de ervaring met een verruimd bewustzijn van zijn eigen vermogen, betekenissen en waarden te creëren, die oppervlakkig beschouwd buiten hem lijken te liggen. Daar komt uiteraard nog bij, dat er ook veranderingen zijn in de betekenis die men aan zijn eigen innerlijk wezen toekent. Het opgraven van onbewust materiaal door psychoanalytische methoden kan gemakkelijk worden geïnterpreteerd als een semantisch proces, een opheldering van innerlijk bewustzijn en | |
[pagina 852]
| |
waardering. Wat betreft de duurzaamheid, kan het zijn dat de psychoanalytische methode superieur is aan LSD-terapie - hoewel dit verre van zeker is - maar de LSD-methode is veruit superieur inzoverre dat de werveling van beelden die ze oproept zo dramatisch en overrompelend is dat ze onvergetelijk zijn. 6 Het ontdekken van de Liefde. Mensen die LSD hebben genomen, kennen niet ‘al de antwoorden’, ook hebben ze niet al hun problemen opgelost alleen maar doordat ze het middel hebben gebruikt. Maar ze voelen zich vaak opmerkelijk op hun gemak in het gezelschap van anderen die met het middel kennismaakten - een verschijnsel dat, wanneer het door anderen wordt waargenomen, somstijds een bron van ergernis is, omdat het gemakkelijk verkeerd geinterpreteerd wordt als een teken van clan-geest. De reden voor het feit dat LSD-gbruikers zich zo dikwijls goed op hun gemak voelen in elkaars gezelschap, is eenvoudig dat ze, althans voor kortere tijd, door de ‘game’-struktuur hebben heengezien; ze voelen zich niet alleen minder geneigd tot aanvallen, maar ze zijn ook betrekkelijk immuum voor aanvallen. Ze voelen zich betrekkelijk vrij om hun remmingen los te laten en staan gewoon open tegenover elkaar. Maar er is meer. Onder LSD hebben ze gevoeld wat liefde is - misschien voor de eerste keer. De liefde die zij gevoeld hebben, heeft een merkwaardig karakter. Dank zij hun ervaring met de schaduwzijde en het uit die hoek komende verboden materiaal, hebben zij de onverbrekelijkheid gezien, de wezenlijke eenheid van liefde en haat, en zij hebben (in het ideale geval althans) deze eenheid geaccepteerd. Kort samengevat: zij hebben hun eigen gevoelens aanvaard - niet alleen de ‘goede’ maar de nare, de ‘slechte’, evenzo - en ze voelen zich er prettig bij. Omdat ze zichzelf hebben toegestaan te haten, kunnen ze zichzelf nu ook toestaan om lief te hebben. Omdat ze toegegeven hebben dat ze bang zijn, kunnen ze zich nu heel veilig voelen in elkaars nabijheid. Nog opmerkelijker dan dit is echter het feit dat ze zich kunnen herinneren hoe het is om lief te hebben zonder jalouzie of de noodzaak van bezit. Doordat ze het rollenspel doorzien hebben en de leugenaar die | |
[pagina 853]
| |
het ego is hebben ontmaskerd, hebben ze, althans gedeeltelijk, afstand gedaan van hun behoefte baas-boven-baas te zijn en althans iets van de verdedigingswerktuigen, waarmee het ego zichzelf handhaaft, op de vaalt gegooid. Het ego is uiteraard moeilijk stuk te krijgen, maar het is verduiveld intelligent en zijn hulp kan worden aangewend in de campagne om het zelf op de knieën te krijgen. Niemand heeft een bewuste behoefte om te lijden en zodoende kan het ego zijn greep iets verslappen wanneer het ervan overtuigd is dat dit in zijn eigen belang het best is. Het ego, dat zijn eigen irrealiteit heeft gezien begint zich te ontspannen: hoe kan ik jaloers worden op jou of door jou afgestoten worden, hoe kan ik willen jou te bezitten, als ik jou ben? Als het onderscheid tussen jou en mij niet meer is dan een kwestie van etiketteren, en mijn identiteit met jou de werkelijkheid, wat heb ik dan te vrezen? 7 Het verkrijgen van een Zelf. In het voorgaande is impliciet een rudimentaire persoonlijkheidsleer gegeven. Sterk gesimplificeerd zouden de hoofdkenmerken de volgende zijn: sommige LSD-gebruikers hebben het gevoel dat ze kennis hebben vergaard, door directe ervaring, van een aspect van hun zelf dat anders is dan dat waaraan ze gewend waren. Het is alsof ze een tweede zelf hebben ontdekt. Dit tweede zelf wordt ervaren als een soort Unitair Zelf, terwijl het bekende, alledaagse zelf het toneelzelf zou kunnen warden genoemd. Het Unitaire Zelf schittert en straalt werkelijk. Het bestaat uit een aantal ogenschijnlijk eindeloze dimensies, die zich niet voordoen in het gewone bewustzijn, maar die soms op ontzagwekkende wijze aanwezig zijn in een bewustzijn dat door LSD verruimd is. Door zijn ogenschijnlijke onbegrensheid kan de gebruiker het gevoel krijgen dat het hem verbindt met alle andere mensen en schepselen. Vandaar de term Unitair. Het ‘game’-zelf daarentegen bestaat uit een accumulatie van de rollen, regels, doelstellingen, taalsystemen, waarden en strategieën die men erfde van zijn kultuur. In plaats dat het unitair werkt, neigt het ‘game’-zelf ertoe onderscheidmakend te werken. Het is het orgaan van het streven baas-boven-baas te | |
[pagina 854]
| |
zijn. Terwijl het unitaire zelf het individu verbindt met andere individuen, stelt het ‘game’-zelf hem tegen hen op in een subtiele strijd om de sociale suprematie. Wanneer de gebruiker zijn ‘game’-zelf ondekt, zal hij er toe neigen het met enige minachting te beschouwen. Hij kan onder de invloed van het middel het idee krijgen dat hij zijn leven wil wijden aan de dienst van het Unitaire Zelf. Toch voelt hij, als de uitwerking van het middel wegebt, het ‘game’-zelf zich weer kalmpjes installeren. De voornaamste effekten van de LSD-ervaring zijn misschien te danken aan de wisselwerking van deze twee zelven. Indien het ‘game’-zelf zich na een experiment met het middel weer volledig installeert, dan heeft de LSD-ervaring een goede kick en een nogal verwarde herinnering gegeven, maar niet veel meer. Indien het ‘game’-zelf zichzelf niet weer voldoende herstelt, dan is de gebruiker verloren voor de maatschappij, of hij is verdoold geraakt in een psychose. Als daarentegen het ‘game’-zelf en het Unitaire Zelf zich min of meer hebben verweven, bij wijze van spreken, zodoende een zekere mate van transformatie hebben teweeggebracht in de opvattingen van de gebruiker omtrent zichzelf, dan is hij een stap verder gekomen tot een toestand van individualiteit-in-relatie, die inhoud geeft aan de term psychologische rijpheid. Een gebruiker die dit bereikt, voelt zich als een deel van de maatschappij als geheel, zelfs deel van de hele kosmos, en toch op unieke wijze zichzelf en waardevol in zijn singulariteit.
Het gevoel van zaligheid dat sommige LSD-gebruikers ervaren, komt voort uit een ervaring van eenheid met de kosmos. De gebruiker voelt zich wezenlijk één met iets dat hij ziet als een ongelooflijk glorieus geheel. Aan de andere kant resulteert de paniek, die door sommige gebruikers wordt ervaren, uit hun vastklampen aan het ‘game’-zelf, waarvan de deels frauduleuze aard uit de doeken is gedaan door de werking van het middel en welks voortbestaan in zijn huidige vorm bedreigd is. Dit is een punt waarop gevaar voor psychose kan lijken te dreigen. Laten we daarom onze centrale vraag. het antwoord | |
[pagina 855]
| |
waarop zo allesbeslissend kan zijn voor de toekomst van ons ras, nog eens stellen: zijn de nieuwe middelen psychotomimetisch of zijn ze psychedelisch, psychose-nabootsend, of leggen ze de geest bloot? Wat zijn ze? Het antwoord is afhankelijk van de omstandigheden. Voor wie ooit de verruiming van het bewustzijn en het onthullen van het Unitaire Zelf heeft ervaren, kan er geen twijfel over bestaan: zij zijn onmiskenbaar psychedelisch van uitwerking. Maar iedereen die wel eens een psychotische episode heeft meegemaakt - vergezeld van een paranoide angst, geweld en pogingen daaraan te ontkomen en tot zelfmoord neigende depressie - weet, dat de middelen ook heel goed psychotomimetisch kunnen zijn (en verdenkt ze er misscreen van zelfs psychotogeen of psychose-verwekkend te zijn). Maar zoals gebruikelijk is een ambivalente instelling niet in overeenstemming met de feiten. Niet ‘hetzij-hetzij’, maar ‘zowel-als’ is de juiste vorm. Het is van wezenlijk belang deze nieuwe middelen met een flexibel waardensysteem aan te pakken, omdat ze zo ingrijpend en subtiel inwerken op de psyche. Ze zijn niet alleen psychedelisch, ze zijn ook psychotomimetisch. Meer nog: ze zijn psychedelisch, omdat ze psychotomimetisch zijn, en psychomimetisch, omdat ze psychedelisch zijn. Het is een schrikwekkende ervaring de waarheid omtrent jezelf te ervaren, te ontdekken dat wij allemaal tot op zekere hoogte bedriegers zijn die maar ‘doen alsof’, uitgekiende ‘game-players’ die er altijd op uit zijn baas-bovenbaas te zijn over onze medespelenden. En dit is de ervaring die de nieuwe middelen ons kunnen geven. Zij laten ons op psychedelische wijze zien wie en wat we zijn, en soms reageren we daar psychotomimetisch op met angst. In een dergelijk geval resulteert de angst uit het feit dat ophouden met zich-uitsluitend-te-identificeren met het ‘game’-zelf en zich in plaats daarvan een beetje meer te vereenzelvigen met het Unitaire Zelf, in psychologische zin is, te sterven voor wat we zijn, om geboren te worden voor datgene wat we kunnen worden (‘to die to what we have been in order to be bom to what we are capable of becoming’). Het is niet te verwonderen dat | |
[pagina 856]
| |
sommige gebruikers, als ze gekonfronteerd worden met deze doodsdreiging, plotseling in paniek geraken. En toch heeft zelfs de paniek waarde, heeft zelfs de psychotomimetische angst psychedelische voordelen. ‘De hel’, heeft Joe K. Adams opgemerkt, ‘is even leerzaam als de hemel’.Ga naar voetnoot15 Iemand die opeens met verrassing bemerkt dat hij heimelijk met zijn eigen uitwerpselen zit te spelen doet er beter aan zich kalm te houden en op te houden zich allerlei airs te geven. Nu eenmaal openlijk gebleken is dat hij coprofiel is, hoeft hij niet langer bang te zijn voor ontdekking. Evenzo is het ook tijdens de ervaring geestelijk-met-de-billen-bloot-liggen, die laat zien dat men in zich niet alleen een berg glinsterende juwelen met zich draagt, maar ook een nest schorpioenen, een uiterst bevrijdende ervaring. De verdedigingssystemen worden lamgelegd. Het is niet meer nodig te doen alsof. Het wordt gemakkelijker om openlijk toe te geven dat men agressief is, vijandig, angstig, streberisch, lichtelijk paranoid en ernstig verslaafd aan het baas-boven-baas willen zijn. En dit maakt op zijn beurt weer mogelijk dat men stappen gaat ondernemen, die een verandering teweeg kunnen brengen. Het is medisch een waarheid als een koe dat de patiënt soms ‘minder moet worden’ om beter te worden. Vele mensen die onder psychoterapeutische behandeling staan, melden dat toegenomen angst het voorspel is voor het afnemen ervan. Een van de redenen hiervoor is, dat psychoterapie gedeeltelijk een shock-behandeling is, die de patiënt dwingt, door hem zijn eigen foutieve opvattingen over motieven voor zijn gedrag te laten zien, zijn verdediging op te geven. De behandeling doet pijn, maar is essentieel voor verdere groei. LSD en de andere nieuwe middelen kunnen gelijksoortige resultaten geven op een verrassende manier en met ongelooflijke snelheid. Het kan natuurlijk ook zijn dat ze dat niet doen. Ze kunnen | |
[pagina 857]
| |
zelfs, als ze niet op de juiste wijze worden toegediend, schadelijk zijn voor de gebruiker. Het grootste probleem schijnt te zijn hoe men vertrouwenwekkende omstandigheden kan krijgen. Als dit vertrouwen in gebreke blijft, kan het zijn dat de LSD-gebruiker zijn verlies van ‘game’-zelf gaat identificeren als een verlies van identiteit, en in paniek raakt. Als het vertrouwen daarentegen ongeschokt blijft, kan het gebeuren dat hij het gevoel krijgt eindelijk zijn ware gedaante te hebben gekregen. Deze ‘ware gedaante’, dit Zelf, is datgene wat alle benoeming en elke ‘game’ te boven gaat. Het wordt,gewoon ervaren als datgene wat een soort volkomen niet-kategorisch integrerend systeem van kreatieve eenheid kent. Het is het bewustzijn zelf: de Tao, het Naamloze, de Weg die niet ‘bereisd’ kan worden. Wat het ook is, dat spontaan en vrijelijk aan het werk is om vorm, patroon en betekenis te geven - dit is wat de LSD-gebruiker misschien gaat ontdekken dat hij is. Zonder dat hij daarentegen vertrouwen heeft in de momentane situatie en in zichzelf, en zelfs in de kosmos als geheel, kan het gebeuren dat hij zijn metgezellen ziet als monsterachtig en dreigend. Zijn situatie zal dan, zij het in uitwat opgeblazen vorm, gelijk zijn aan die van de gewone man onder gewone omstandigheden: hij moet vertrouwen zien te bereiken in het levensproces, of sterven. |
|