Maatstaf. Jaargang 12(1964-1965)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 740] [p. 740] Wim Gijsen Bedenkingen bij Genesis Proeve van een nieuwe poëzie In de holte van zijn goddelijke navel had hij de materie kunnen houden, nu en in al zijn eeuwigheid. Hij had kunnen blijven wat hij was: zijn eigen interpretatie een geest boven de wateren, een miljoen maal de dichtheid van water. Maar wat is god zonder publiek: een praatpaal in niemandsland, ongekend, daarom niet bestaand, onbestaanbaar. Dus dreef hij de materie uiteen van onvoorstelbare dichtheid tot onvoorstelbare leegte en verdomd hij neemt de tijd voor zijn drama als in een barre skandinavische film: Merlyn, die broeierig op zijn eigen tafel kijkt. De eerste miljoenen jaren gebeurt er weinig; hier en daar klonteren brokken materie bijeen, vormen klompjes met aders waarbinnen vloeistoffen onder druk opstijgen, lichte steensoorten en metalen insgelijks, aan de randen verhardend tot korst en erts. In de ruimte (maar waar begint ruimte?) werd het leger en leger, al zou je dat vanuit ons gezichtspunt niet zeggen. Maar om te laten zien dat het toch wel leeg werd, stel u voor: een één-oog houdt in zijn vuist met uitgestrekte arm de aarde vast en loert met dat ene oog naar de twee uiterste punten [pagina 741] [p. 741] op de middellijn van dat bolletje, de arm groeit en groeit, alles bij wijze van spreken natuurlijk, tot de hoek waaronder onze cycloop de aarde ziet nog maar twee boogsekonden bedraagt. Zo'n afstand, daarvoor zou ons gezegende licht een dikke drie jaar nodig hebben om af te leggen 95 miljoen maal 300.000 kilometer, dat is dan één parsec, één voetstap van god en onze beste oren kunnen hem nu al op een 2000 miljoen parsec horen sluipen in een gebied waar sterrenevels sneller dan het licht ons ontvluchten, voorgoed onbereikbaar, niemals dagewesen. En zoiets snapt geen hond, zomin als duidelijk is waarom een strekkende meter steeds verder gelegd in de absolute ruimte geen meter meer is maar iets minder. Of is er een nog ongezien verband tussen beide fenomenen? Iemand zou eens moeten nagaan hoelang het nog duren kan voor we van god en alle mensen verlaten met alleen maar ons eigen melkwegstelsel zitten opgescheept. Wordt hier ruim baan gemaakt voor een komende tragedie of is ook god gehoorzaam aan zijn eigen wetten en keert alles als in een achterwaartse film naar zijn navel terug? één grote verzoendag waarop materie en anti-materie, broertje en zusje tot nader order een nieuw onvolkomen huwelijk aangaan? Als ik dat allemaal bedenk bespringt mij de verraderlijke gedachte dat het niet waar is: Tiemen Groen, de heer Spaak, ja zelfs de Paus, Andromeda, de sterrenevel m13 [pagina 742] [p. 742] het is allemaal één grote belazerij een gedachte van hem die wij god zijn gaan noemen en in wiens dissocieerende bestaan wij als minimale monaden rondkruipen, blaffend in zijn bange dromen onze listigste vogel: een computor. Vorige Volgende