Maatstaf. Jaargang 12(1964-1965)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 279] [p. 279] Jan Wit De klerken Voor alle penvoerders en inktvermorsers, de ‘geestelijken’ niet uitgezonderd. De klerken horen in kerken, in kerken alleen voor hen en hun soort. De klerken horen in kluizen. Maar nee: de klerken behoren barrevoets langs de wegen te gaan van het onomwonden latijn naar de bedeesdere volkstaal. Bedelheren, armen van geest. Ganzeveren en ezelsvel. Vis in de vasten en vlees als het valt. Vedel en fluit en over de heide. Mori in taberna; leven is beter. Stetit puella; liggen kan zij ook. En daarom: de klerken behoren met of zonder dispensatie in bed. Vorige Volgende