Maatstaf. Jaargang 10(1962-1963)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 107] [p. 107] Lizzy Sara May [Gedichten] Embleem voor K Ik buig voor je grote pasja zonder taboes ontspannen held op divans en op sokken ik beluister je anonieme stemmen o harlekinade op klanken van schönberg en je wilt je nog wel niet laten kennen maar ben je wel doorzichtig jij die doorziet de burgerpiraat in het ornaat van zijn sprookjeslatijn ik buig voor je en ik trek me aan je op nu de kelners weer verschijnen als het wisselen der seizoenen de kelders onbewoonbaar blijken niet hittebestendig nu we allemaal naar de hel gaan ik buig voor je mijn groot embleem met de moed der hoop [pagina 108] [p. 108] Laudate Dominum Een portret achteraf De gehoornde kop de schouders behangen met bladeren de vingers bewierookt hij zit grijnzend zijn eigen dood te bekijken wie kocht mij wie kocht mij de moed in de ogen te zien en zie de clowns zij dartelen aan zijn voeten zij bekogelen elkaar met muziek en hij zit en grijnst veldheer ben ik was ik over water aan de rand van modder en moeras speelde ik boeman voor weke vrouwen geweldig heb ik gespiegeld zoals de daad een woord opfrist en zie de clowns zij dartelden aan zijn voeten en bekogelden elkaar met kussens en hij zat en grijnsde [pagina 109] [p. 109] gewassen ben ik nu gekuist van al mijn waterige vergezichten men heeft mij gedoopt en vlekkeloos verschijn ik voor de vrouwen de weke verschrompelend in de aanblik van mijn steeds kleiner wordende dimensies alleen de clowns zij wenen en spelen met het losse kruit dat ik ze gaf om zacht te branden maar toch zij wenen Vorige Volgende