Maatstaf. Jaargang 9(1961-1962)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 332] [p. 332] Albrecht Goes / 1908 Lautespielender engel Stimme des Engels: Sprich mich nicht an! Ich kann dir nichts erwidern. Ich höre nur der Laute Lobgesang. Ich hab ein Amt, begreif: den heilgen Liedern Zu dienen, Klang bei Klang. Doch fürchte nichts! Denn über allen Worten Und allem, was geschieht und je geschah, Klingt dieser Ton und tönt an allen Orten. Wag's und stimm ein, und du bist ganz mir nah. [pagina 333] [p. 333] Harpspelende engel De engel zegt: Spreek niet tot mij. Ik kan geen antwoord geven. Ik luister maar, terwijl het speeltuig zingt, of 't heilig lied - en daarvoor moet ik leven - wel altijd zuiver klinkt. Maar wees niet bang. Mijn liederen doordringen al wat zich sprekend luid maakt, ook wat gij mij zeggen wilt. Probeer slechts mee te zingen, en zie, we zijn elkander zeer nabij! Vorige Volgende