Alfred Kossmann
De familie Haman
[Zoals in de vorige aflevering reeds terloops werd meegedeeld, heeft het bestuur van de Haagse Jan-Campertstichting op 25 en 26 november van het afgelopen jaar een confe rentie georganiseerd over de literaire polemiek. De referaten werden gehouden door Anton van Duinkerken, H.A. Gomperts en Evert Straat. De bijeenkomsten werden voorgezeten door Alfred Kossmann, die tevens optrad als discussieleider. Kossmann's inleiding en de teksten van de gehouden referaten treft de lezer in deze aflevering aan - Red.]
Dames en heren, de man die hier voor u staat kan moeilijk iemand anders zijn dan Godevaert Haman en zonder twijfel zijn de sprekers van vanavond en degenen die morgen zich in de discussie zullen werpen op een of andere manier vermaagschapt aan de familie Haman. U herinnert zich dat Godevaert, de knappe vader van de knappe Vincent, aan het eind van Willem Paap's boek gelijk kreeg. We kunnen aan zijn wijsheid denken zoals zijn nazaten eraan dachten: ‘Waarom die strijd? Zij allen immers komen in de vaderlandsche chrestomathieën als een vriendenkring bij elkander te staan’.
Wie niet van de familie Haman is, zal zich nooit of te nimmer kunnen verzoenen met het idee van een conferentie over literaire polemiek. De conferentie, die ons hier zo vriendschappelijk bijeenbrengt, veronderstelt namelijk terecht, dat onze meningsverschillen bepaald geen levenszaak voor ons zijn. Wij mogen dan in geschrifte elkaar met nadruk onze waarheid zeggen, persoonlijke conflicten zijn daar niet het gevolg van. In de kroeg, bij jury-vergaderingen of op conferenties drukken wij elkaar hartelijk de hand en maken wij elkaar beleefde en gemeende complimenten.
Natuurlijk: zelfs als wij niet leden van de familie Haman waren, hadden wij gelijk. De mens is interessanter dan zijn standpunt. Ook als men iemand verfoeit om zijn meningen,