Maatstaf. Jaargang 7(1959-1960)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 582] [p. 582] M. Mok [Gedichten] Vijftig jaar in memoriam S. Vijftig jaar geleden kwam haar licht boven de einder van de tijd geschoven, een stip waaruit de rode vlam van haar bestaan zich heeft omhooggerekt. Vijftig jaar geleden sprak de dood zijn vonnis over haar, begon de reis op ongenade en genade binnen de grenzen van een lot. Eén kwart is weggeslagen uit die muur van jaren. Door de diepe bres ziet mij een onbewogen hemel aan, die van het woord dat ik haar na wou zenden de vleugelslag versteent. April '56 [pagina 583] [p. 583] Frontgebied Spervuur van het verdriet. Miljoenen ogen schieten vonken in mijn huid; miljoenenvoud loopt een geluid zich in mijn oorgewelf te niet. Wild ren ik voor de doden uit. Over mijn lichaam schuift het frontgebied nachtwaarts. Elke ster die openschiet waaiert dezelfde vonkenregen uit. Mijn benen scheuren wonden in het blinde onderhout van de duisternis. Ik val schreeuwend voorover in het vuur. Ik voel hoe zich de wateren ontbinden en door mijn lichaam stromen. Uur na uur verspreiden zij hun stem in het heelal. Vorige Volgende