Maatstaf. Jaargang 5
(1957-1958)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 342]
| |
Lucebert
| |
[pagina 343]
| |
Redeker en ik beklimmen de minaret
En kijken in rechte straten zonder één geheim
Toch duizelt het mij, maar het is maar hoogtevrees
In een parkje dicht bij het station
Een jongetje dat voor schooltijd zijn brood op eet
Het is een aardig joch maar spreekt alleen bulgaars
Op de foto die ik van hem heb gemaakt
Kijkt hij ingespannen naar zijn hompje brood
En later zie ik: dit is van Oud Zagora ‘het symbool’
Neceber
Twaalf ruïnen van byzantijnse kerkjes
Op dit schiereiland niet groter dan Spanbroek
Het ruikt er naar natte dozen vol dood haar
Een verpimpelde gids en twee getemde heksen
Gaan ons voor door deze motregens van steen
Terwijl de zwarte zee als een lompe pope
Zijn lange zwarte langoureuse tenen afveegt
Aan de gebroken drempel van dit ontheemde godsrijk
Popelend naar warm licht open lach gemeenzaamheid
Drinken wij meiwijn bij Dionysos Leonidas
Onder toezicht van een zwerm trekkebekkende dwergen en gekken
- Redeker schenkt zijn bruyère-pijp de laatste
Zeerover van dit continent - een kaalkoppig kind
Rijdt op een roestige autoped de branding in
Onder logge nevels nutteloos als bergjes as
| |
[pagina 344]
| |
Schurftige teef luizige ezel knaap in internaatsjas
Verder nog de [verbleekte] rode ster uitgelopen
Partijleuzen verfomfaaide volksgezondheid aanprijzende affiches
Vaal gras dode bomen dode bloemen dode kerken en mensen
Mismaakt Mistroostig of wanhopig vrolijk
Oh de rousseauïst zou zich hier doodschrikken
‘Natuur’ kan ‘dekadenter’ zijn dan heel
Het Hof van Versailles
Tirnovo
In deze stad kan men met suikerbakkers
Of met matrassenmakers vlak aan de afgrond babbelen
Zelfs Dante genoot in de hel dit voorrecht niet
En hoe zondig kan een suikerbakker
Kan zeker een matrassenmaker beroepshalve zijn!
Verschrikkelijk is hier echter niets
Meer de geschiedenis is hier uitgewoond
Op straat gezet d.w.z.
Op het plateau aan de overkant
Ligt ze in de marmeren graven
Van tien macedonische en turkse tirannen
Ook vind ik het vermeldenswaard
Dat ik in deze stad het sportmeisje Penka ontmoette
Zij schonk mij [niet ik haar: bulgaarse emancipatie]
Een bos witte gele blauwe en rode bloemen
Ik ben geen botanicus maar wel op mijn manier
Een liefhebber van De Sport
| |
[pagina 345]
| |
Het rila klooster
Eindelijk eens een klooster met een zebrahuid
En met een buik vol vallende tandenknarsende engelen
Jammer dat in dit mooiste klooster dat ik ooit zag
Geen lieve nonnen maar slechts luizige popen wonen
Maar buiten het klooster dicht bij de woeste
Bergbeek de herberg van de gesnorde Yoegoslaaf
Die laat ons Raki drinken Raki Raki Raki
Zelfs Sonja Prins wordt dronken en die kan wat aan
Des anderen daags word ik met Raki wakker
Met Raki in mijn maag mijn hart mijn neus mijn strot
‘Mijn god ik ga dood’ fluister ik uit 't bed
‘Geef mij papier ik moet mijn liefste 't laatste schrijven’
Maar Redeker geeft geen gehoor, die snurkt en rakiet door
| |
[pagina 346]
| |
Mijn gedichtIk ben het spook een lichtbak
Opgesteld in een donkere nis
Het is niet pluis hier fluis-
tert het juweel dat van het feest
Thuisgekomen door mij wordt verduisterd
Ik ben het schrikbeeld een blik
Op het gevulde ei van mijn verdriet
En de vogel die zijn nestjong
Te pletter laat vallen [zo is zijn soort]
Wordt zachtogig geboren
Ik ben de grote chaos na de brand
Ik ben het huisraad dat druipend
Nog nasmeult en ben het handenwringen
En een bittertje drinken in de klamme nacht
Ik ben de verkoudheid na de grote brand
Ik ben de bleke despoot in de witte ochtend
Zijn klok loopt achter maar zijn hart loopt voor
Op het doodvonnis dat hij straks ondertekent
Ik ben zijn hond ik huil
Als ik mensenvlees ruik
Maar ik heb in jaren dit genot niet meer gesmaakt
Ik ben het meisje dat ik in mijn herinnering
Op een heuvel vol bloemen ontmoet
Ik spreek tot haar zo zacht als de zomerwind
Tot de genezende zieke doet
Zij is zeer bleek en gelijk een herinnering
| |
[pagina 347]
| |
Ik ben de stem die geen stem geeft
Aan wat al reeds stem heeft
Maar die op een pijnlijk zwijgen
Het wonderbeeld van een woord legt
En als het dan van alle angst genezen is
Weet wat ik met dit alles heb gezegd
Het gedicht is een amulet
| |
[pagina 348]
| |
‘Hij die ons zal verlossen’Hij was raar zuur uit een eau de Goulard-
reservoir geboren kreeg hij
Voeten andersom een hart zo krom
Als een leeggestolen stok een kop zo leeg
Als uitgetrokken ondergoed en toch en toch
een speurdersneus vol bloedsporen
Geboren was overstelpt was overstelpt
Overstelpt
En sprak
‘Ik ben de kleinzoon van God’
Lelijk is dat
Niemand mij ziet want ik ben
De wind in travestie ik ben
De grote zoon van de eunuch
Al wat men schreef van mijn geboorte
Is waar de maan was daarbij
De zon was daarbij dag en nacht daarbij
De harp van cactussen klonk mijn zusters
Stonden aan de ramen stijf als manestralen
En keken naar het opblazen van mijn hart
Dat groter werd en groter in die verdoemde kamer
In die vervloekte kamer wrong mijn bloem
Vermoeid zich uit de lichte minnebrieven van het licht
En viel als vlek een munt van tussen de lippen van jupiter
Op de immense schoorsteen van het gratis lederen oog
Een raadsel? dien U dan aan! dit is de wereld
Ook gij zijt tussen spek verwekt
En kunt nu lopen omdat gij van huid verwisselt
Als gij ineenkrimpt of als gij u uitrekt
| |
[pagina 349]
| |
Dit is de wereld maar haast is het de aarde niet
Men heeft mij voorgespiegeld
Dat ik de zon zou kunnen platslaan in de hand
Van het holle heelal maar op mijn tenen staande
Ben ik bedroefd een zwaard
Valt mij steeds op de neus
| |
[pagina 350]
| |
MoeiteEen rode wind verlaat de stervende zon
Maakt heel heet de avond
Hoog op zijn hemelblank terras
Gaat de grootste zoon des hemels zelfs
Achter zijn waaier bezweet
Als achter een ploeg
| |
[pagina 351]
| |
PoppenUit nevenvertrekken waait
Jonge wolken wangen bloesem
Licht over naar troonzaals gouden hart
Wee als zij gelijk bijzit We
Meevoert eerzucht en een zoon
Weldra ontluikt ook noodlot om nieuwe prins
‘Houten toverpoppenvolk wroet onder vloeren’
Zegt Kiang Tschoen zieke keizer Woe
Beambten eunuchen verdenken 10000 ‘lastige’ families
Na groot bloedbad in hoofdstad
Nog wil Woe niet genezen
Eunuch So Wen wijst naar keizerinnevertrek
‘Ook zij ook zoon Koe koesteren
Keizerlijke ziekten zaaiende poppen’
In doodsnood Woe laat beiden doden
Maar ook Kiang Tschoen So Wen vreselijke poppen van vlees
En alle beambten en eunuchen worden omgebracht
Zo beweent Woe We zijn wolken wangen bloesem
| |
[pagina 352]
| |
Het materiaal van de dichtervoor Bert Schierbeek Het gedicht een onzichtbare roman
Begonnen voordat het is begonnen
En het eindigt niet dan met een
Vreselijke blijdschap in het hart
[O bloedende os van mijn verbeelding
Opgehangen tussen twee marmeren wolken
Je bloed druipt op alle dingen die ik aanraak
Of zie zie zo wordt de wereld van lieverlede
Geslacht gereinigd en gegeten]
Steeds de landelijke standbeelden voor steeds of voor ooit
En met het openvouwen van elke krant
Breek ik weer open het graf of ontplooit zich de moederschoot
Als godsbewijs ontpopt elk plot zich als complot
Tegen het vroeger en later
Kousbroek heeft het vliegtuig uitgevonden
Remco gaat nooit dood
| |
[pagina 353]
| |
Vreemd is ditVreemd is dit
Wat strelend wonden slaat
En ze geneest tot groter lijden
En vreemd die glanzende globe voor het
Wankel voorhoofd in weerwil langzaam te
Verpletteren [fluitende pan is gevlucht
Tenslotte spreken de spiegels tot narcis]
Tot licht is nog maar de wind der duisternis
Vreemd is dit
En een slopende stem te geven aan het gehoor
Dat al genoeg gehoord heeft van
Winden die niet waaien van
Wortels die niet worstelen ‘een gentleman
Doet deze heilige dingen in dundruk’
Vreemd is dit
En met deze besmetting de taal zeg: geest
Te slechten en in dit opgeven als opgave
De overgave ‘U heeft ons veel gegeven
Met deze uitleg die ons licht verschafte’
En vreemd deze leegte
Die ons steeds welsprekend omgeeft
Met de laatste waarheid waaruit men niet meer leeft
Maar waarin men stilstaat stilstaat stilstaat verschrikkelijk
Verschrikkelijk het eeuwig te aanschouwen
Hoe boven de wateren de adem wordt ingehouden
En al het bevaarbare water verdampt
|
|