Maatstaf. Jaargang 5
(1957-1958)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermdLola de ValenceZoveel schoonheid valt alom het oog ten deel
dat, vrienden, ik begrijp 't schommlen van harts balans;
maar men ziet flonkeren in Lola de Valence
de onverwachte charme van een rose en zwart juweel.
nederlands van m. mok
| |
[pagina 245]
| |
CHARLES BAUDELAIRE
Naar een tekening van Edouard Manet [1862] | |
[pagina 246]
| |
Je te donne...Je te donne ces vers afin que si mon nom
Aborde heureusement aux époques lointaines,
Et fait rêver un soir les cervelles humaines,
Vaisseau favorisé par un grand aquilon,
Ta mémoire, pareille aux fables incertaines,
Fatigue le lecteur ainsi qu'un tympanon,
Et par un fraternel et mystique chaînon
Reste comme pendue à mes rimes hautaines;
Être maudit à qui, de l'abîme profond
Jusq'au plus haut du ciel, rien, hors moi, ne répond!
- O toi qui, comme une ombre à la trace éphémère,
Foules d'un pied léger et d'un regard serein
Les stupides mortels qui t'ont jugée amère,
Statue aux yeux de jais, grand ange au front d'airain!
| |
[pagina 247]
| |
Aan jou dit vers...Aan jou dit vers, opdat, wanneer mijn naam soms vindt
Op goed geluk zijn weg naar veel latere jaren
En eens 's avonds een droom in den menschgeest doet varen,
Als een schip aangewaaid op machtigen stormwind,
De herinnering aan jou, gelijk de onzeekre sagen,
Den lezer zoo vermoeit als wien een tredwiel bindt,
En zich met broederlijk mystische keten windt
Aan mijn hooghartig rijm dat haar blijft mededragen;
Vervloekt wezen, aan wie van diepen afgronds schrik
Tot hoogsten hemel anders niets beantwoordt dan ik!
- O jij, schim die zich hier een vluchtig spoor slechts baande,
Die lichtvoetig vertrapt, met onbewogen blik,
De stompe stervlingen die je zo bitter waanden,
Beeld met je gitten oog, engel onsterfelijk!
nederlands van victor e. van vriesland
|
|