‘de Veroveraar’ en ‘Atie's huwelijk’ zette ze een typisch Hollandse wereld op de planken, op een speelse, geestige manier, modern in dien tijd, met een sprankelenden dialoog en onvergetelijke uitspraken, zoals: ‘Wat is het toch jammer dat de deugd niet een beetje aantrekkelijk is’.
Het stuk dat het meeste stof heeft doen opwaaien en dat min of meer een schandaalsucces had, was ‘de Paladijn’, waarin heel Amsterdam gnuivend een toentertijd zeer bekend publicist herkende, die iederen zondag een opbouwend artikel in zijn courant placht te schrijven. Mevrouw Simons kende hem niet persoonlijk en in haar Paladijn ging ze eigenlijk meer in het algemeen de schijnheilige braafsprekerigheid te lijf, dan dat ze dezen braven en in zekeren zin talentvollen hoofdredacteur een hak wilde zetten. Maar Jan C. de Vos, die de hoofdfiguur creëerde, liet in zijn grime geen twijfel, wie hem voor ogen stond en het Amsterdamse schouwburgpubliek loeide van enthousiasme, toen het den nobel gebarenden, nobel sprekenden Paladijn voor zich zag. Mevrouw Simons schrok bijna van het succes, ook op punten waar ze dat niet speciaal had verwacht, b.v. toen de Paladijn waardig verkondigde, dat hij nooit ‘Jaeger’ maar altijd ‘Jansen en Tilanus’ droeg, lag de zaal flauw van het lachen. Het was een detail, dat de auteur als passend bij haar schepping zelf had bedacht, maar het bleek een van zijn stokpaardjes te zijn! Wel een bewijs, dat de figuur echt levend was geworden.
In zekeren zin is het merkwaardig, dat deze, in het daaglijks leven schuchtere en onzekere vrouw zich in haar werk zo uitbundig, soms meedogenloos, fel en dwaas kon uitleven. Alsof ze nooit genoeg revanche kon nemen op haar strenge, conventionele opvoeding; alsof haar altijd nog dwars zat, dat ze haar weg om zich te uiten zo moeilijk had gevonden.
In den omgang, als gastvrouw, was ze gedistingeerd. Ze zag er in haar smaakvolle huis allerliefst uit. Op straat, schichtig en schutterig, wekte ze den lachlust van de kinderen op, zoals ik tot mijn schrik merkte. Haar charme had de bescherming van het veilige huis nodig; ze verschrompelde als ze aan de buitenlucht werd blootgesteld.