Maatstaf. Jaargang 3(1955-1956)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 29] [p. 29] Christine Meyling Gedichten Studie in daglicht Verder kijkend dan mijn neus lang is zie ik alleen een kind dat bang is in het oorverdovende licht van de dag ik weet niet wat of het kind daar zag misschien een man met een houten been twee parende honden een gek of alleen een ander kind dat ontzettend bang is omdat het ook verder keek dan zijn neus lang is. Geen zomer De zomer fietste voorbij een roodharige jongen er werd gezongen maar het was te zacht om later nog op terug te komen natuurlijk hingen er wel meisjes uit het raam: ze waren te klein om op te eten en trouwens niet rijp er liep een lange kever door de lucht dat is waar ik zou het haast vergeten en dan de witte kaars van de nacht van de nanacht een bruid die een groot gebeuren verkondigt als sneeuw of als voetstappen in een luisterspel hoor de moordenaar is gevonden maar de zomer de zomer fietst langzaam voorbij roodharige jongen geen zomer voor mij. [pagina 30] [p. 30] Dag dag Deze dag was een grote dag nu wordt hij steeds kleiner straks gaat hij dood hij sterft in de klok een eenvoudig graf voor zo een groot man. Avond Voor Vicky van Norden - Tan Chinese meisjes lopen de avond binnen achter ogen gaan kleine lampions aan lichtwijzers in een pas begonnen land ik vouw - om niet te wit te blijven - mijn oogharen als waaiers open waarachtig een dik geel jongetje speelt op de rand van mijn balkon gevaarlijk? kom hij blijft wel hangen aan zijn vlecht heel voorzichtig slaan de uren van de avond om en om alles is geheim en heerlijk een verhaal om zacht te lezen in een porceleinen taal mandarijnen om te eten meisjes om méer van te weten schaduwfeest op grote schaal ik bouw een theehuis van papier dit is een avond om in te wonen. Vorige Volgende