Maatstaf. Jaargang 2(1954-1955)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 580] [p. 580] M. Croiset [Gedichten] Schrijven pas als ik in de pols kan prikken van een driejarig kind drie jaar moet het zijn een meisje en onze woorden moet het spreken in haar eigen taal krullen van schaduw moet het hebben over haar verwonderd voorhoofd pas als ik dat liefste kind Evelientje moet het heten op mijn knie kan nemen en inplaats van uit haar verzenboek te lezen een nieuwe kroontjespen te voorschijn halen kan het polsje pakken en het koper prikken in het vlees als Evelientje dan haar mondje omkrult tot een tuit en schreit zoals ik nooit een kind heb horen doen als ik dan een blad als dit voor mij kan leggen en schrijven en weer mijn pen kan dopen in het bloed [pagina 581] [p. 581] en schrijven door het schreien heen van het liefste kind in doodsangst eerst dan weet ik dat schrijven nodig is daarom vloek ik elk papier en zegen Evelientje dat bijna vier jaar is dat haar sandaaltjes zelf al onder haar bedje zet zou zij met haar armpjes onder het laken slapen [pagina 582] [p. 582] Hier daar in de glazen van mijn boekenkast spiegelen voorbijvliegende vogels van boven naar onder overdwars langs de ruggen van mijn boeken als ik naar het venster kijk duiken vogels in het puntdak aan de overkant schieten tussen de gordijnen en de schoorsteen door of verdwijnen op mij af ik probeer nu in de kast en naar het venster tegelijk te kijken onmogelijk ik zie ze hier of daar en tussen het wisselen van mijn blik vliegen ze uit de kast naar buiten van buiten in de kast van spiegelbeeld tot vogels van vogels tot spiegelbeeld Vorige Volgende