Maatstaf. Jaargang 1(1953-1954)– [tijdschrift] Maatstaf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 611] [p. 611] Maurice Gilliams Sterven te Antwerpen De stenen engel aan de Cathedraal heft zijn balans te middernacht voor die bezwijken. Het heir der luizen kraakt. De katten zijken in kromme gangen waar geen tocht door jaagt. Gelegerd op de terpen van het zwijgen, ten voeten uit onder een schors van slaap, het strottenbloed gestremd, de schedel kaal geplukt, stinken de Hanen van het lijden. Hier gaan de kralen van de rozenkrans verloren; van huid en haar geen raadsel overblijft waar ledigheid in ledigheid wil wonen. Het huis van kamers en de stad van straten: o laat de klok met rust. Telt goud, drinkt wijn. Het vuil rot ondergronds. Bidt niet voor het geraamte. Vorige Volgende