Lutherse Bijbel (1648)
(2009)–Anoniem Lutherse bijbel (1648)– Auteursrechtelijk beschermd
[Folio 38v]
| |
VOOR-REDEN over den Propheet BARUCH. D.M.L.DIt Boeck is seer slecht, wie dat oock gelijck de goede Baruch zijn magh: want ’t en is niet waer-schijnlijck, dat S. Ieremias dienaer, die oock Baruch heet (dien oock dese Send-brief toe-geschreven wort) niet en soude hooger ende rijcker in den geest zijn, dan dese Baruch is; so en treft oock het getal der jaren met de Historien niet in: also dat ick hem schier met het derde ende vierde Boeck Esra hadde laten henen loopen. Ga naar margenoot+Want deselve twee Boecken Esra en hebben wy geensins willen verduytschen: dewijle daer niet met allen in is, dat men niet veel beter in Esopus ofte slechter Boecken soude vinden konnen. Te geswijgen, dat in ’t vierde Boeck daer-en-boven enckel droomen zijn, gelijck S. Hieronymus wel selfs seyt, ende Lyra niet en heeft willen uyt-leggen; daer-toe in ’t Griecx niet gevonden en worden. Het sal ende magse vertalen wieder wil; doch in ’t getal van dese Boecken niet mengen. Baruch laten wy mede henen loopen onder desen hoop: dewijle hy tegen de afgoderye soo hart schrijft, ende Mosis Wet voor-houdt |
|