‘Ik denk, dus ik ben niet’
Literatuur en filosofie zijn al sinds Plato verwikkeld in een passionele haat-liefde verhouding. Hoe graag sommige puristen literatuur en filosofie ook gescheiden willen houden, Lust & Gratie schuwt de vervuiling niet en presenteert een serie artikelen onder het motto van Hannah Arendt, die op haar beurt Paul Valéry citeert: Ik denk, dus ik ben niet. In deze serie zal het al dan niet vergeten of veronachtzaamde gedachtengoed van vrouwelijke denkers belicht worden. Deze vrouwelijke denkers zijn zelden ‘vakfilosofen’ in de zin dat zij zich tot de systematische wijsbegeerte beperken. Vaak scherpen zij hun filosofische pen aan literaire genres als romans, toneelstukken, aforismen, essays, verhalen en literaire kritieken. De voorbeelden zijn door de eeuwen heen te vinden. Van Hildegard von Bingen in de dertiende en Christine de Pisan in de vijftiende eeuw, van Ann Conway in de zestiende, zeventiende en Madame de Staél in de achttiende eeuw, tot aan schrijfsters als Carry van Bruggen, Simone de Beauvoir, Hélène Cixous en Ingeborg Bachmann in deze eeuw. Zij bewegen zich allen op de grens van filosofie en literatuur. Daarom vallen zij dikwijls tussen wal en schip en ontbreken om die reden in de canonieke filosofische geschiedschrijving, terwijl de literaire kritiek niet voorziet in een systematische aandacht voor hun denken. Lust & Gratie wil in deze leemte voorzien De serie wordt geopend door de filosofe en schrijfster M. Februari die, geassisteerd door Virginia Woolf - eveneens schrijfster en filosofe - het werk van Carol Gilligan verheldert.