Het spel met verwijzingen naar bijbelverhalen levert, vind ik, in de meeste gevallen geen extra betekenis op. De hoofdstukken waarin Winterson medische literatuur transponeert naar een liefdesgedicht doen dat wel, die laten zien op welke wijze zij het Hooglied probeert te overtreffen: zij bezingt niet alleen de buitenkant, maar ook de binnenkant van het lichaam.
Het zal wellicht met mijn oude bijbelkennis te maken hebben dat Wintersons werk mij zo treft, maar er is ook iets met haar verteltechnieken. Jeanette heeft tenslotte al van jongs af aan zo beeldend weten te vertellen dat de kinderen op school er nachtmerries van kregen. ‘Jij hebt over de Hel gepraat met jonge kinderen’, verwijten twee mevrouwen haar op een gegeven moment. ‘Ik had alle anderen verteld over de verschrikkingen van de Duivel en het lot van de verdoemden. (...) Je kon toch beter nu over de Hel horen dan er later in branden!’
Jeanette leert het daadwerkelijke preken via een Actiemap, ontworpen door de Marketing-Afdeling van de Charismatische Beweging, waarin haar moeder actief was. In deze map wordt uiteengezet ‘dat mensen verschillend zijn en verschillende benaderingen nodig hebben. Je moest zorgen dat de verlossing ze aansprak, ze geestelijk wat zei. Dus als je mensen aan zee ging opzoeken, gebruikte je metaforen van de zee om de boodschap over te brengen. En heel belangrijk bij persoonlijke gesprekken was, dat je zo snel mogelijk doorhad wat ze het liefste wilden in het leven en waarvoor ze het bangst waren. Daardoor werd de boodschap onmiddellijk relevant.’ Frontaal opent zij in Op het lichaam geschreven de aanval op de angsten van de hedendaagse ontwikkelde mens, op wat nu blijkbaar als de hel wordt beschouwd: ‘de clichés van de liefde’. Weg met het kalme liefdesleven.
Niet alleen de overleveringen en de verteltechniek zijn gebleven, uit Op het lichaam geschreven blijkt dat God ook moreel in haar hoofd blijft spoken. Hij blijft haar ijkpunt. Wanneer de ‘ik’ zich met haar Louise in een gelukzalig isolement bevindt, ervaart ze God. ‘Temper de lichten. We zijn buiten de tijd. Aan de rand van een zwart gat waar we niet voor- of achteruit kunnen. Misschien bevindt God zich daar, en in dat geval zal God het hoe en waarom van ontrouw begrijpen.’ Knippert hier de blijde boodschap ‘God is Liefde’ boven de stad?
Aan het eind van Sinaasappels en demonen had Winterson zichzelf al gepromoveerd tot profeet, een prediker die buiten de bestaande structuren opereert. Als ze in de kerk had kunnen blijven, realiseerde ze zich, zou alles anders gelopen zijn. ‘Ik had priester kunnen worden in plaats van profeet.