Lust en Gratie. Jaargang 9
(1992)– [tijdschrift] Lust en Gratie– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 66]
| |
Brieven van Marina Tsvetajeva aan Aleksandr Visjnjak
| |
[pagina 67]
| |
Zij beschrijft het verlangen naar een kind als het enige kwetsbare punt in de liefde tussen vrouwen. Er komt een dag waarop de geliefde weggaat om dit noodlottige verlangen in te lossen en om als ‘een wrak schipbreuk [te] lijden in de armen van de eerste de beste’. In 1983 verschijnt er in Milaan bij uitgeverij Serena Vitale een Frans-Italiaanse uitgave met Lettre à l'Amazone èn de brieven aan Aleksandr Visjnjak die Marina Tsvetajeva vanuit het Russisch in het Frans had bewerkt en die zij in 1933 (dus een jaar na het schrijven van de brief aan de Amazone) vergeefs aan enige uitgevers had aangeboden. De joodse Aleksandr Visjnjak was redacteur en uitgever van het Berlijnse filiaal van uitgeverij Helikon, Moskou. Na hun ontmoeting in 1922 in Berlijn waar Tsvetajeva naar toe was vertrokken om zich in de emigratie te herenigen met haar man, schrijft zij hem tien brieven waarvan hij er later negen aan de afzendster terugstuurt. De Russische originelen bevinden zich in het Tsvetajeva-archief te Moskou dat in het jaar 2000 geopend mag worden. De vier brieven die in Lust & Gratie staan betreffen een voorpublikatie. In oktober verschijnen alle brieven onder de titel Negen brieven met een achtergehouden tiende en een ontvangen elfde bij uitgeverij Pegasus in de vertaling van Jan Robert Braat. De vertaler heeft zich gebaseerd op de Franse uitgave (1985). In vergelijking met de brief aan de Amazone zijn de liefdesbrieven aan Aleksandr Visjnjak veel minder beschouwend. Het wezen van Visjnjak heeft Tsvetajeva geïnspireerd om hunkerend en hartstochtelijk te schrijven. Haar zinnen zijn een explosie van gevoelens; meeslepend en raadselachtig, waaruit niet alleen een absolute liefde voor de geadresseerde spreekt, maar ook een passie voor Tsvetajeva's eigen ziel en de krachten van het woord. ‘Van mijn pijn zult u niets weten. Er zal zelfs geen leegte zijn, want ik heb in uw leven geen plaats bezet. Wat de “leegte van de ziel” betreft - hoe leger ze is hoe beter ze zich vult. Alleen fysieke leegte telt. Het leeg staan van deze stoel. Er komt in uw leven nooit een stoel waarop ik mis.’ Zij werd afgewezen en brengt via een prachtige associatieve reeks van woorden die onvergetelijke beelden oproepen (bij voorbeeld de zin ‘u verweekt me als een pels’) gevoelens van verlatenheid en kracht op de lezers over. Voor Tsvetajeva was het alles of niets. Iemand die zoveel eist, kan misschien alleen maar teleurgesteld worden. Ook de brief aan de Amazone eindigde in eenzaamheid: ‘Treurwilg! Treurende wilg! Wilg, lichaam en ziel van de vrouw! Treurende nek van de wilg. Grijze haartooi voor het gezicht gekamd, | |
[pagina 68]
| |
om niets te hoeven zien. (...) Lucht en water, bergen en bomen zijn ons gegeven om de menselijke ziel te begrijpen, die zo diep verborgen ligt. Als ik een treurwilg zie wanhopen, begrijp ik Sappho.’ Marina Svetajeva, uit Tsvetaeva, a Pictorial Biography (Ardis, Michigan 1980)
|
|