De kunstenaar als Sjamaan
Toril Rygh
‘Ik ben op reis in een onbekend landschap, zonder kaart. Mijn werkstukken zijn getuigen.
De toeschouwer kan ik niet meer aanreiken dan de verbeelding, meer wil ik ook niet. Vanaf een bepaald punt moet de reis alleen ondernomen worden. Ik wil de toeschouwer slechts gidsen naar een gebied van de geest. Welke richting hij daar kiest, is volkomen aan hemzelf.’
‘Ik zie mijn werk als gereedschap en niet zonder meer als produkt. Gereedschap benodigd om een breder inzicht te krijgen.’
‘Ik probeer een netwerk van waarden op te bouwen dat mijn bestaan betekenis kan geven. Deze poging is wellicht de enige rode draad in het gevarieerde spectrum van produkten. Ik ben niet geïnteresseerd in de vorm van de expressie maar in de expressie zelf.
Een uitgewerkte filosofie, religie of andere levensbeschouwing is geen uitkomst, maar ik vind er elementen die voor mij waarde hebben. Zij zijn mijn inspiratiebron; in het werkproces worden zij doorleefd. Het werk moet mij leiden, zodat het intuïtieve en onbewuste gedeeltelijk vrij spel krijgen. Het resultaat is daardoor een persoonlijke beleving en geen objectieve illustratie van een gevonden “waarheid”. Wel probeer ik het persoonlijke zodanig te beperken dat het werk voor iedereen een ingang heeft en in staat is archetypische ervaringen op te roepen.
Belangrijk bij het zoeken naar archetypische modellen is de bestudering van mythologieën en “primitieve” culturen. Daar vond ik een expressievorm voor behoeften, waarden en ervaringen waarmee ik mij kon identificeren. Het voornaamste gevolg was de acceptatie van mijn eigen behoefte aan ritueel en mysterie. Dit heeft zeker een duidelijk stempel op mijn werk gedrukt.
In mijn zoeken naar communicatie met een andere realiteit dan de bewuste heb ik een voorbeeld in de eeste kunstenaar: de Sjamaan. Ik gebruik zijn praktijken alleen als referentiepunt, ik kan mijzelf namelijk niet los zien van de informatie en werkelijkheid die mij omgeeft.’