Lust en Gratie. Jaargang 5(1988)– [tijdschrift] Lust en Gratie– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 71] [p. 71] joanne werners Gedichten O, mijn muze zandkorrels trillen onder het kompas kelken gaan open om de roos van genot koersen naar vliegende gevels waar geen touw aan vast is te knopen krankzinnig als een dwarse vriendin meedrijvend op een donderwolk jouw bestaan voelt geen grond onder de voeten de aarde valt stil mijn scherp schip vermindert vaart legt aan bij het baken van een gehavende zij is als de naaktheid van de zeilen zo grauw ach kijk, haar ogen zijn hemelsblauw het anker lacht trots droomachtig vleugelen aan de wind kelken druppelen handen schaduwen vaag vormt zich een schets jouw landschap krijgt gezicht vanaf het vooronder laten wij de touwen vieren als het wuivende loof der beuken aan een uitgestorven laan ONZE WERELD KRIJGT KRACHT [pagina 72] [p. 72] mijn hoofd als een sluimerrol op bed luister ik naar de vleinamen uit jouw zachtrood omrande mond mijn romp vangt jouw door de zon omkranste borsten voert ze mee naar het zacht paarse landschap waarin een vergeten spelonk zuchtend in de wind van verlangen haar zijden draden tot een web knoopt; de wind gaat liggen op de rots der struikeling bestegen door amazones die pantomime spelen uit de doos van Pandora [pagina 73] [p. 73] HAD IK MAAR DE KRACHT OM JE TE HATEN zelfs de aardschokken zijn beter te verdragen dan jouw gespletenheid als vals voorwendsel om mij te lokken in een krater waarvan het vocht en het vuur mij zo dierbaar zijn zoveel woorden spuugde je uit zoveel woorden je zei zoveel dat ik niet wilde horen je maakte geen indruk op me met je valse tongen HAD IK MAAR DE KRACHT OM JE TE HATEN leugens als deze vervagen niet zoals seizoenen ze komen terug als de stank van vuilnisbelten in jouw eigen openingen jouw eigen openingen dan is het te laat om te huilen als een wolf in schaapskleren zelfs een olifantenhuid zal jou niet kunnen redden wanneer aardedonker en asfaltgrauw de r waarheid bij daglicht wordt afgedwongen HAD IK MAAR DE KRACHT OM JE TE HATEN heus de aardschokken zij beter te verdragen dan jouw valse voorwendsel mij te lokken naar mijn diepste gevoel mijn diepste gevoel - en alles te wenden alles te wenden - jouw land van boze tongen maakt geen indruk op me maakt geen indruk op me heus de gladheid van jouw gepolijste leugens is geslepen op de weerspiegeling van jouw zijn HAD IK MAAR DE KRACHT OM JE TE HATEN [pagina 74] [p. 74] als winden waaien om de rotsen en de Rose Vlinder zich vastklampt aan de Divi Divi dan voel ik jouw twijfels als smeltend zout in een open wond als golven galopperen op het strand en de paarden zich verschansen achter Westpoint dan hoor ik jouw stem als een oildrum in de symfonieën van Bach als palmbomen groeien naar omhoog en jouw mond de zoveelste sigaret verrookt dan zie ik de lucht grauw worden als een lekkend vat olie op het Sabastrand Vorige Volgende