mand die het bekende verhaal wil vertellen over de trek van platteland naar stad, van God naar afhaalsushi.’ Dit model bevredigt Bram niet. Hij wil meer te weten komen. Vandaar dat hij zich, als enige niet-theoloog, aansluit bij een ‘werkgezelschap’ van theologen en later in de roman besluit zijn vriend Paul, dominee op Flakkee, diepgaand te interviewen. Niet als journalist, maar om over hem te kunnen schrijven. Literaire nonfictie.
De thematiek van Van der Graaff doet denken aan de recent verschenen roman Hoor nu mijn stem (2017) van Franca Treur. Toch lopen de verhalen flink uiteen. Hoewel beide schrijvers terugkeren naar het platteland en de christelijke kring waar zij hun jeugd hebben doorgebracht, is er een hemelsbreed verschil in de manier waarop ze terugblikken. Gina heeft zich ontworsteld en keert terug omdat de situatie dat van haar vraagt. Bram kiest er zelf voor om het christendom dat hij bewust heeft achtergelaten beter te leren begrijpen. Zijn vader laat zich plotseling (over)dopen en een vriend van hem wordt vrijwillig dominee, nota bene op het eiland dat hij zelf met een zucht van verlichting achter zich gelaten heeft. Wat zoeken deze mensen die hem na staan in de kerk? Hij wil tijdelijk terug naar het eiland. ‘Niet om me te warmen aan nostalgie of om afstand te nemen, laat staan wraak, maar om dichterbij te komen.’ Het is weinig vernieuwend om een klassieke ontworstelingsroman te schrijven - wat Van der Graaff doet is gedurfd, authentiek en overtuigend. Het is waar dat kerken leeglopen, maar tegelijkertijd zijn er ook mensen die er voor het eerst of nog altijd hun heil zoeken. Wat drijft deze mensen? Deze zoektocht om de ander te begrijpen en zelf antwoorden te krijgen op prangende vragen inspireert.
De roman van Van der Graaff leest prettig en zorgt ervoor dat je af en toe de pen pakt om iets te noteren op je ‘nog-te-lezenlijstje’. Simone Weil bijvoorbeeld, een filosofe, zo je wilt mystica, die op de drempel van de kerk blijft staan. Net zoals Van der Graaff? Hij krijgt antwoorden, maar niet alles is voor hem afdoende. De hunkering naar het bovennatuurlijke blijft, in de vorm van een intense hoop. ‘Misschien hoop ik toch dat er iets schuilgaat onder alles wat er hier nog altijd heilig wordt genoemd.’
Maarten van der Graaff, Wormen en Engelen. Uitgeverij Atlas Contact, Amsterdam 2017, 272 blz., €19,99.
Els Meeuse