Liter. Jaargang 17(2014)– [tijdschrift] Liter– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 43] [p. 43] Anton Ent Gedichten Symposium Naar Groningen om te horen of de ziel bestaat Zij weegt eenentwintig gram heet balzaal, holte, reis en labyrint Een spreker tovert met terugkeer naar het einde dat in de moederschoot begint De ziel bezint zich, pelgrimeert of drinkt zich in gezelschap dood Zes lezingen over wat ik hier op zolder zeker weet als ik haar gedichten lees De ziel is een mezzosopraan die gisteren de Hohe Messe zong en nu appels haalt op het winkelplein [pagina 44] [p. 44] Wit op wit Op het moment dat ritme en klank haar vervoeren roept ze: vervoering? een hogere woning wordt niet gebouwd Ik ben dat huis. In mij overnacht ze zonder angst voor het kwaad van de straat De ziel stemt in met mijn wil en weet zich gedragen onder mijn dak Zij rent van kelder naar zolder en kan haar geluk niet op Soms kijkt ze naar buiten verrukt over het uitzicht opgetogen over het inzicht dat ik met haar samenval [pagina 45] [p. 45] Klacht op klacht Hoe luider zij klaagt hoe meer ik besta Genees mij schept een genezer Ze heeft geen vermoeden welke volheid zich uitstrekt aan de overzijde van de rivier Ze verlangt naar mij, opgaan wil ze, elke nacht weer Haar klacht maakt jacht op de waarheid Angst voor kwaad van de straat drijft haar Zonder mij schreeuwt ze haar longen uit Goed zo meisje blijf jij maar hopen en lopen met onze nacht in gedachten Leg je na zonsondergang neer in het gras en voer je geest weg naar mijn huis [pagina 46] [p. 46] Geel op geel Tegenstanders houden de ziel op afstand tasten begeerten hoog tussen ons op Zij hoort de grappen van een scherpe tong waar ze uitbundig om moet lachen totdat ze ziet wie het slachtoffer is Vijanden loeren overal, vooral in de media die ze mijdt als een stookolievervuild strand Zij trekt door het zand naar het duinhuis waar ze in mijn nabijheid wil wonen Vorige Volgende