Willem Jan Otten / John Donne
Heilig sonnet XIV
Gerichte gedichten [5] - naar ‘Holy Sonnet XIV’ (‘Batter my heart’) van John Donne
- In ‘Gerichte gedichten’ bloemleest Willem Jan Otten werk uit de wereldliteratuur waarin een ‘u’ wordt aangesproken -
Teister mijn hart, driepersoonsgod; want U
Beukt op mij in, en blaast, en wrijft, uit op mijn herstel,
Dat ik mij richte, rijze, sta - werp mij omver, verstel
Uw macht, breek, brandschat mij, en maak mij nieuw.
Ik hoor, als een bezette stad, een ander toe, en ik verkeer,
Opdat u binnendringt, in barenswee. Mijn rationaliteit,
Uw landvoogdes, moet mij verdedigen, maar blijkt altijd
Geknecht, ik ben te zwak, verradershart, steeds weer en weer.
Toch heb ik U zo lief, ach, hield u ook van mij,
Maar ik ben aan Uw vijand uitgehuwd, aan zijn genot,
Scheur mij los, of hak in mij de knoop in twee.
Neem mij in U op, werp mij in Uw diepst cachot,
Breng mij in verslaving, nooit kom ik anders vrij.
Alleen door U verkracht word ik nog schoon, o God.
|
|