Dingeman van Wijnen
Niet getreurd!
‘Waarom gaan christelijke romans zo vaak over de ellende in de wereld? Waarom al die zwaarmoedigheid?’
Die vraag stelde Marc Schaeffer mij enige tijd geleden, tijdens een interview voor het boekhandelsblad Note. Het antwoord heeft het verhaal niet gehaald. Het was overigens een aarzelend, zoekend antwoord.
Ik verwees naar de Prediker uit de Bijbel. Die zegt: ‘Het is beter dat je naar een huis vol rouw gaat dan naar een huis vol feestrumoer...’ Het is mijn ervaring dat veel christenen met meer geestelijke vreugde thuiskomen van een rouwbijeenkomst dan van een vrolijk feest. Zeker in een cultuur waarin lachen de hoogste deugd lijkt te zijn, is het advies van Prediker iets om bij stil te staan.
Schaeffer stelde zijn vraag vanwege het verschijnen van een aantal vertaalde ‘christelijke’ romans in de afgelopen jaren. Een van die romans is Het rode paard van de Italiaan Eugenio Corti. Het wordt een zwaarmoedig boek genoemd. Christelijke literatuur, over de triestheid van ons bestaan.
Dat is het niet. Misschien is het niet eens literatuur. En wat is precies een christelijk boek?
Discussie over deze vragen bewijst dat erover te twisten valt. En zulke twisten beginnen in het hoofd van de uitgever, die erover nadenkt of hij een boek wil uitgeven. Het rode paard (Il cavallo rosso), de titel verwijst naar een fragment uit het Bijbelboek Openbaringen, heeft veel lezers geraakt. Veel Italianen, dat is begrijpelijk: het verhaal gaat over hen, over Italië in de twintigste eeuw. Veel Nederlandse lezers ook, omdat ze in het boek vragen terugvonden die ook nu nog relevant zijn.
Een ding is zeker: Eugenio Corti kan schrijven. Maar Het rode paard is in zekere zin ook anti-literair. Een boek waarin de schrijver allerlei dingen doet, die we sinds de negentiende eeuw niet meer doen - en ook toen eigenlijk al niet meer. Zichzelf als spreker ten tonele voeren. Vooruitblikken geven: ‘Ambrogio wist toen nog niet...’ Gewoon een verhaal vertellen, zonder technische hoogstandjes.
Zijn doel is: laten zien welke schade de grote ideologieën van de twintigste eeuw hebben aangericht. Corti wil waarschuwen. Maar hij doet dat in een vorm die de lezer meeneemt, en ook voor het boek inneemt. Het rode paard gaat over afschuwelijke zaken en toch slaat het je niet lam. De kou slaat je niet om het hart.