Wystan Hugh Auden in 1953. Foto: Cecil Beaton (via Sotheby's te Londen).
[pagina 11]
[p. 11]
W.H. Auden
Gedicht
Uit het Engels vertaald door Menno van der Beek
Als ik het kon
De tijd zegt hoogstens: ja, dat dacht ik wel;
de tijd weet weinig; hoogstens, wat wij kwijt zijn;
als ik het kon, zou ik het je vertellen.
Moeten wij huilen als men ons een grap vertelt?
Moeten wij struikelende dansers blijven?
De tijd zegt hoogstens: ja, dat dacht ik wel;
de toekomst zal zich niet laten voorspellen,
zelfs niet - hoe lief ik jou ook heb - door mij;
als ik het kon, zou ik het je vertellen.
De wind waait ergens heen, dat weet ik wel
en blaadjes vallen; dat zal zinvol zijn;
de tijd zegt hoogstens: ja, dat dacht ik wel;
misschien groeien de rozen uit zichzelf
en wil het visioen werkelijk zijn;
als ik het kon, zou ik het je vertellen.
Wat, als de leeuw opstaat en weggaat? Stel,
de beek stroomt leeg, het leger zou verdwijnen;
zegt dan de tijd nog hoogstens: ja, dat dacht ik wel?
Als ik het kon, zou ik het je vertellen.
En als u kiezen mag, / en twijfelt, kies gerust riskant: / lees trouw uw krant, en bouw op God; / en leef per dag. (W.H. Auden, ‘Under Which Lyre’, 1946) - Honderd jaar geleden werd de Engelse wonderdichter Wystan Hugh Auden geboren. In Liter 45 stond daarom een vertaling van het lange prachtvers Horae Canonicae, en verder zal in ieder nummer tijdens dit gedenkjaar een gedicht van Auden in vertaling aan de lezers worden aangeboden, in samenwerking met liefhebber en kenner Johan Snel. Oorspronkelijke titel van dit gedicht: ‘But I Can't’ (oktober 1940), later door Auden vereenvoudigd tot ‘If I Could Tell You’.