culturen en drie religies. Voormalige negerslaven uit Amerika, die na de afschaffing van de slavernij terugkeerden, speelden een doorslaggevende rol bij de vorming van de nieuwe staat. Sherif: ‘Zij waren christenen tot in hun diepste vezels. De slavernij heeft hen daarbij geholpen. Ze vereenzelvigden zich met het volk Israël, die immers ook uit een slavenhuis verlost werden.’
Maar Liberia was niet onbevolkt. Er woonden Afrikaanse stammen die tot de islam bekeerd waren, en daarbij nog sterk vasthielden aan elementen uit de oude natuurgodsdienst. Ze baden tot bomen, rotsen en rivieren. Sherif: ‘Daar kwam een enorme schok bij: de inheemse negers handelden nog steeds in slaven. De Portugezen waren weer bezig, en de Zuid-Amerikanen ook.’
In Sherifs boek speelt de zendeling Edward Richards de hoofdrol. Hij is ooit door een Amerikaanse plantagehouder gebombardeerd tot voorganger in de plantagekerk. Na zijn vrijlating is hij theologie gaan studeren, en toen dat land op eigen benen ging staan vertrok hij als zendeling naar Liberia. Hij komt terecht in een islamitisch-animistisch dorp, waar hij zich eerst moet aanpassen. Sherif beschrijft het ontstaan van een mengcultuur die rust op drie zuilen: de christelijke taal en cultuur, de animistische riten en het islamitische geloof.
Dat is een vertekening van de Liberiaanse werkelijkheid, erkent Sherif. ‘Het waren er maar enkelen die aandrongen op samenwerking. De dominante christelijk-Amerikaanse groep, die feitelijk de macht in handen kreeg, dwong meestal een bekering af. Een dominee als Edward Richards was in het echt een zonderling geweest.’ Sherif, wiens familie tot de inheemse bevolking behoort, betitelt de dominantie van de Amerikaans-christelijke groep als een ‘misverstand’, dat duurde tot 1980. ‘Toen kwam er voor het eerst iemand uit de inheemse bevolking aan de macht.’
Sherif schrijft in de familietraditie. ‘Mijn schrijven is een onderwijzen. Wat ik heb meegemaakt wil ik met anderen delen, als een manier om dingen te verwerken. Het is een soort therapie.’ Vandaar dat in zijn nieuwste boek, Het koninkrijk van Sebah, herinneringen een doorslaggevende rol spelen. Het land van de vaders was een literaire verbeelding van grondig historisch onderzoek, de nieuwe roman is een bezinning op de vraag hoe betrouwbaar herinneringen zijn.
De wortel van dit boek is een ervaring uit 2000. Toen bezocht Vamba Sherif op uitnodiging van de vpro zijn geboorteland. Het was een schok. ‘Ik leefde de hele tijd in een droom, om niet te zeggen een nachtmerrie. Ik was verbaasd door de veranderingen. Huizen zijn er niet meer. Hele straten zijn anders. De oorlog, al dat bloedvergieten heeft de fundamenten van het land veranderd. De mensen zijn ook veranderd.’ Sherif kende zijn land als een welvarend oord, een plek waar vluchtelingen en gelukzoekers een nieuw bestaan konden opbouwen. Alles is kapot.