Liter. Jaargang 6(2003)– [tijdschrift] Liter– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 15] [p. 15] Menno van der Beek Gedichten Wilhelm Tell Mijn vader legt een appel op een bijbel op mijn hoofd. Neemt zeven grote stappen bij mij vandaan. Dit zijn geen grappen meer: hij draait zich om en richt een pijl op mij. ‘Het kan niet anders. Dit is mijn nauwkeurigheid,’ zegt vader. ‘En het boek is voor de zekerheid.’ Een zucht. Hij zegt: ‘Ik miste je. Als je eens wist hoe jij op jouw beurt mij zal moeten missen.’ [pagina 16] [p. 16] Foto: Reuters. [pagina 17] [p. 17] Aanslag Staat een piano midden in het bos, wel klam, maar nog niet vals. Achtergelaten door onbekenden en gezien door een soldaat, die hier niets te zoeken heeft. Hij maakt zijn vingers los: hij vouwt zijn handen voor zijn borst. Hij strekt zijn armen, en een klein geluid van kraakbeen in de gewrichten breekt als dorre takken de stilte. De soldaat ontspant, en zakt iets door zijn knieën. Leunt zijn bovenbeen tegen het ding, en legt zijn vingers op de toetsen. Hij is een krijgsmachtonderdeel. Hij moet nog iets proberen goed te maken. Zoekt zonder zijn vrienden naar een stemmig lied waar alles in zit, en hij vindt het niet. Dit is een hinderlaag. Straks valt het schot - of dit is niets. Iets tussen hem en God. Menno van der Beek (1967) is computerprogrammeur en dichter. Bundels: Vergezocht (1999) en Waterdicht (2002). Vorige Volgende