Liter. Jaargang 2
(1999)– [tijdschrift] Liter– Auteursrechtelijk beschermdChristelijk literair tijdschrift
[pagina 11]
| |
Henk Knol
| |
[pagina 12]
| |
ZielendorpGa naar eind* (fragment)I Vakwerkhuis
Taal zoekt de plek waar jij bent weggemaakt;
jouw vindplaats blijkt een kunstig onderdak.
Dit huis: gewitte wanden uit het lood
in samenhang met balken die als dode
zwarte aders in de huid zijn uitgezakt.
Taal wekt gevoel dat ik ben kwijtgeraakt;
vlechtwerk van lange tenen met een laag
bestreken: witkalk die geesten buiten houdt.
Een gevel die tot op vandaag vertrouwend
overeind staat, door taal verguld geschraagd:
Er hütet deine Ausfahrt und Heimfahrt.
Letters staan uitgewerkt in hout verstard;
het schoonschrift van Gods hand die jou bewaarde?
Vreest niet. Taal wroet in grond met bloed gehard.
| |
[pagina 13]
| |
II Veldhuizerbos
Hier durf ik met je voor de dag te komen,
kom maar, dan doen we of het vroeger was:
de schommel met daarin jouw naam gekrast
hangt klaar, er branden kaarsen in de bomen
en er staan wel duizend pluizebollen
als olielampjes in het zwarte gras,
net brokjes witbrood dat zo kostbaar was
dat het verzameld werd: twaalf manden vol.
Ik draag je zoekend rond, je weegt mij zwaar:
je hebt geen naam en jouw verkoold gezicht
schroeit als dit niet te harden kleine licht;
een reep katoen verbergt je weggeschoren haar.
En zeul met jou onder een vuile lucht
langs Steneveld en Bijsterveld naar huis terug.
| |
[pagina 14]
| |
Een vaderlandse geschiedenisTwaalf dagen zwanger ging Zlata, weduwe uit het
noorden bij Doboj. Het was een zoon. Vijftien was hij:
gedwongen toe te kijken hoe hij werd omgelegd,
zocht zij hem 's nachts en vond zijn hoofd tussen de lijken.
Stopte het terug onder haar hart, een warme trui erover,
zeulde op alle dagen door dove bossen tot aan Travnik,
waar zij het maar in vreemde grond begroef.
Tot op de huidige dag.
Henk Knol (1955) werkt in de jeugdhulpverlening. Poëzie: Toch maar de tuin geruimd (1990), Ander hooglied (1994). |
|