Literatuur Zonder Leeftijd. Jaargang 27
(2013)– [tijdschrift] Literatuur zonder leeftijd– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 119]
| |
‘In mijn dromen ben ik nog steeds in Texel’
| |
[pagina 120]
| |
en de duinen. In de nacht nadat hij heeft besloten om met Wubbe naar de school in Den Helder te gaan, wordt hij wakker van de storm. Hij gaat naar buiten en lopend langs school denkt hij terug aan het begin van zijn vriendschap met Wubbe Witte. ‘Herinneringen verdrongen zich achter mijn ogen en schoven als de wolken door elkaar heen.’Ga naar voetnoot3 Op de eerste schooldag vochten Wubbe en Daan met elkaar en daarna waren ze onafscheidelijk. De angst over wat hem te wachten staat aan de overkant, wordt versterkt door de storm. Maar de gedachte dat hij op de nieuwe school samen met Wubbe begint en dat zij altijd samen zullen zijn brengt hem tot rust. Met alle jongens uit zijn klas zwemt Daan iedere dag even in de havenmond. Dat is de plek waar ze kunnen duiken vanaf de steigers. Tijdens een van die zwempartijen breekt een vechtpartij uit, omdat de andere jongens niet kunnen begrijpen dat Daan naar het lyceum gaat. Die van List hebben het hoog in hun bol, menen ze. Na het knokpartijtje roepen andere jongens Daan en Wubbe achterna dat ze elkaar morgen weer zullen treffen bij de havenmond. Daarmee geven ze aan dat het niet veel te betekenen had. Maar de ogen van Daan zijn open gegaan. Hij weet nu hoe er op het eiland over hem en zijn familie wordt gedacht. Hij bekijkt het eiland met andere ogen. Wat zo veilig en vertrouwd is, heeft een keerzijde. ‘Dat dorp. Die mensen daar. Waarom konden ze zich niet met hun eigen zaken bemoeien! (...). Waren mensen overal zo gauw klaar met hun mening en hun oordeel?’Ga naar voetnoot4 Tegelijkertijd weet Daan dat het eiland ook alles heeft waar hij van houdt en is het ergens anders wel beter? Die zomer gebeurt er veel in Daans leven. Hij krijgt elke dag tekenles van het geitewijf in het huis dat ze deelt met een konijn, een geit en een hond. Het is het smerigste huisje van het eiland en de eilanders halen hun neus op voor de excentrieke vrouw. Daan raakt gesteld op de vrouw en haar lessen. Soms raakt hij erg gefrustreerd, omdat ze nooit zegt dat wat hij maakt mooi is. Hij mag er zijn naam ook nog niet onder zetten. Van haar leert hij dat je als je echt goed in iets wilt worden, je ervoor moet werken en niet te snel moet opgeven. Op een dag vindt Daan haar op de grond in haar huisje. Ze wordt naar een ziekenhuis in Den Helder gebracht. | |
[pagina 121]
| |
Daan weet nog net op tijd een aantal tekeningen en de etsplaten te redden. Als hij haar vlak voor haar dood opzoekt, maakt hij een tekening voor haar, van de zee, de regen en de bazaltblokken. Het geitewijf kan hem nog net duidelijk maken dat hij onder die tekening zijn naam mag zetten. Zij heeft hem gevormd tot een tekenaar die goed genoeg is om zijn werk te signeren. Als de zomervakantie om is gaan Wubbe en Daan met de boot naar Den Helder. De dag ervoor hadden Daan en zijn vrienden nog ruzie gehad met een groep jongens uit Den Burg over de plek waar ze bramen wilden plukken. Nu varen ze met zijn allen op de veerboot naar de overkant. Na schooltijd breekt er een strijd los tussen de Tesselaars en de overkanters. Nadat de strijd beslist is in het voordeel van de Tesselaars, fietsen de jongens uit Den Helder weg, een paar zwaaien en roepen tot morgen. Terwijl we ons nu druk maken over het jongetjesgedrag, is het een verademing te lezen hoe de scheld- en vechtpartijtjes er gewoon bijhoren. Ze vinden bijna terloops plaats en meestal leggen ze de basis voor een vriendschap of een normale omgang met elkaar. Niemand maakt zich er druk om, ze hebben niet veel te betekenen. De school valt Daan na enige tijd mee. Op de lagere school had hij moeite, omdat hij thuis Nederlands sprak en de meester en de kinderen dialect. Wubbe heeft het nu moeilijk, de jongen die goed was in taal, wordt telkens aangesproken op zijn dialect. Daan heeft minder last van het stotteren. Als een tekening van Daan, die op de achterkant van een tekenopdracht stond, opgehangen wordt in school, hoort hij er helemaal bij. De leraren en leerlingen merken Daan op, hij is iemand geworden die iets heel goed kan. Daan wordt voor het eerst verliefd. Een grote onrust drijft hem tot fietsen tegen de wind in, heel ver te zwemmen en veel naar de lucht te kijken. ‘Ik zag de wolken schuiven langs de lucht, urenlang en ik dacht: zo schuiven ook in mijn hoofd niet uit te spreken, steeds veranderende gedachten voor alles langs, door alles heen en ik kan het niet stoppen.’Ga naar voetnoot5 Na een feestje brengt hij Martje naar huis en zoent haar op haar lippen. De liefde is op slag over. Maar nog geen twee weken later krijgt hij ruzie met Jetta | |
[pagina 122]
| |
Geerts en de onrust begint opnieuw. Iedere avond wandelt Daan over de dijk en kijkt naar de lichtjes van Den Helder, waar Jetta is. Op een avond loopt Jetta, die bij een vriendin op het eiland logeert, opeens op de dijk. Een gezamenlijke lachbui is het begin van hun liefde. Als Daan het geitewijf voor haar dood in het ziekenhuis bezoekt, wachten Wubbe en Jetta hem op bij de boot. ‘De lucht boven zee was pikzwart, de golven hadden koppen. (...) Het zag ernaar uit dat de zomer voorgoed voorbij was.’Ga naar voetnoot6 In dit eerste deel over Daan is Texel prominent aanwezig. Het staat symbool voor de veilige omgeving waarin de eerste levensjaren worden doorgebracht. De dagelijkse afstand die over zee moet worden afgelegd naar school zijn de eerste stappen die Daan zet op een pad dat hem van het eiland weg zal voeren. De zee, de stormen, de lucht en het licht zijn op een eiland altijd in de directe omgeving aanwezig en lijken door Daan zeer intens te worden waargenomen. ‘De zon begon onder te gaan. Boven de zee veranderde het licht elk ogenblik. Van zoiets kan ik wel moedeloos worden.’Ga naar voetnoot7 Wubbe Witte vindt dat onzin. Niet zelden weerspiegelen de elementen de gemoedstoestand van Daan.
Lange maanden, het tweede boek over Daan, begint met een briefje dat Daan tijdens een repetitie op zijn bank gegooid krijgt. Er staat in dat Jetta Geerts het gemeenschappelijk bezit genoemd wordt. Daan is in alle staten. Jetta is al vier jaar zijn vriendin. Samen met Wubbe vormt ze een buffer tussen Daan en de buitenwereld. Hij mag dan stotteren en sociaal wat onhandig zijn, hij heeft wel mooi verkering met het mooiste meisje van Den Helder. Het briefje is aanleiding om haar op te zoeken, ze gaat niet meer naar het lyceum, maar volgt de kweekschool. Daan maakt het uit met Jetta. Op de boot terug praat hij met Wubbe. Wubbe heeft al verschillende meisjes gehad, maar zegt al vanaf de lagere school dat er maar één meisje is waar hij echt om geeft en dat is | |
[pagina 123]
| |
Klaartje, het zusje van Daan. Daan vindt dat maar niets. Wubbe en hij krijgen ruzie en die ruzie houdt weken aan. In De zomer van dat jaar was Daan vooral onzeker over zichzelf. Hij moest erachter komen wie hij was en waar zijn talenten lagen. In Lange maanden bestaat de zoektocht van Daan voornamelijk uit het ontdekken hoe hij zich verhoudt tot meisjes en vrouwen. Nu Daan ruzie heeft met Wubbe, kan hij alleen nog maar met Kees praten. Kees is een paar jaar ouder en homoseksueel. Hij kan voor zijn ouders en de eilanders niet uitkomen voor zijn geaardheid. Doodongelukkig is Kees als zijn vriend, die getrouwd is, het uitmaakt. Daan durft met hem wel te praten over zijn onzekerheid op het gebied van meisjes en vrijen. ‘Niet normaal...! Ach, Daan, wat zullen we nou hebben. Je weet zelf wel beter. Kom nou, je moet niet alles maar geloven wat anderen zeggen. Denk je nou echt dat die jongen van Bruin en Pietje van der Meer zulke mannetjesputters zijn? (...) Goed, je bent misschien niet haantje-pik de voorste, maar je bent er gewoon nog niet aan toe of je hebt de ware nog niet gevonden.’Ga naar voetnoot8 Hoewel Daan na zijn schooltijd van zijn vader niet naar de academie mag om schilder te worden, zorgt zijn moeder ervoor dat hij weer les krijgt. Dit keer van een schilder die op het eiland is komen wonen. Met tegenzin begint Daan zijn lessen, maar als hij de vriendin van Veerkamp ontmoet, komt dat anders te liggen. Welmoed is jaren jonger dan Veerkamp. Daan wordt op slag verliefd op haar. Er komt een eind aan hun zeer kortstondige relatie als zij naar haar huis in Amsterdam vertrekt, waar haar varende echtgenoot binnenkort zal terugkeren. Veerkamp laat Daan kennismaken met het werk van andere schilders en dan ontstaat bij Daan het besef dat dingen op zich niets zijn dan ‘de plaats die je ze zelf gaf in de ruimte en in het licht maakte ze tot wat ze voor jou betekenden. Je tilde iets op uit de tijd en gaf het een eigen leven door de manier van kijken en van weergeven.’Ga naar voetnoot9 Tijdens ouwe sunderklaas, het Texelse carnaval, is Daan op zoek naar Welmoed. De mensen gaan verkleed en Daan kust een meisje in de ver- | |
[pagina 124]
| |
onderstelling dat het Welmoed is. Hij weet dat zij het niet is, maar de mond die hij kust is tegelijk vreemd en dierbaar. Hij kan het meisje niet terug vinden. De volgende dag gaat Daan niet naar school, maar naar Amsterdam. Hij komt bij Welmoed en merkt dat zij hem wel ontvangt, maar alweer in beslag wordt genomen door een nieuwe liefde. Ze laat hem de stad zien en het Stedelijk Museum. Wanneer zij boodschappen doet, gaat de bel. Wubbe komt Daan ophalen. Welmoed had Veerkamp gebeld, die had Klaartje verteld waar Daan zat. Zij heeft Wubbe gestuurd. Het veilige vangnet van het eiland werkt. Voordat Wubbe en Daan naar Texel vertrekken, praten zij hun ruzie uit.
Texel, de zee, de lucht en het licht, ze zijn ook in dit deel aanwezig, maar in mindere mate dan in het eerste boek. Je kunt ook niet zeggen dat Texel slechts het decor is van de handeling. Daarvoor zit het eiland teveel in het hoofd van Daan, en het hoofd van Daan is de eigenlijke plaats van handeling in dit deel van het verhaal. Het gaat om zijn twijfel aan zichzelf, zijn verliefdheden, de ontwikkeling van zijn kunstenaarschap en over de tijdelijk verbroken band met Wubbe. Daan wordt zelfstandiger en komt losser te staan van Texel. Het kan geen toeval zijn dat hij juist verliefd wordt op Welmoed en Jetta, allebei horend bij de overkant.
Je kunt zeggen dat Texel schittert door afwezigheid in het derde boek, Ongelukkig verliefd. Het boek speelt zich namelijk bijna geheel in Amsterdam af. Toch is het eiland nadrukkelijk aanwezig. Daan is in dit deel hard bezig om afstand te nemen van alles wat met het eiland te maken heeft. En juist die pogingen om los te komen van zijn achtergrond, zorgen ervoor dat Texel altijd op de achtergrond aanwezig is. Het is de veilige haven, waarmee Daan altijd verbonden zal blijven. Wubbe, Daan en een aantal andere vrienden zijn klaar met de middelbare school en vertrekken voor een vervolgstudie naar Amsterdam. Zelfverzekerd stappen ze op de boot, zij gaan de wereld | |
[pagina 125]
| |
veroveren. ‘Dat kleine kale, winderige pesteiland kon naar Wieringen drijven, het hoorde niet meer bij ons.’Ga naar voetnoot10 Wubbe gaat geen Nederlands studeren om journalist te worden, maar politieke en sociale wetenschappen. Zo blijft hij toch trouw aan het ideaal dat hij van jongs af aan koestert, journalist worden. Daan heeft zich over laten halen door zijn vader om Nederlands te gaan studeren, een opleiding aan de kunstacademie brengt nu eenmaal geen brood op de plank. Ieder hoofdstuk van Ongelukkig verliefd wordt voorafgegaan door een (niet verstuurde) brief aan ‘R’. Later blijkt dit Reina Bor te zijn, het meisje waarvan de moeder van Daan al jaren zegt dat zij zo geschikt is voor Daan. In de brieven geeft Daan lucht aan zijn woede over het besluit van Reina om niet samen met hem in Amsterdam te gaan studeren, maar in Leiden. Hij ziet hierin een gebrek aan liefde van haar kant. De stijl, waarin de brieven zijn geschreven, weerspiegelt Daans ongestructureerde gedachten. Hij gebruikt geen hoofdletters aan het begin van de zinnen. Eén van die brieven is niet aan Reina gericht, maar aan ‘L’. Liliane is het nieuwe onderwerp van zijn verliefde dromen. Ze is de zus van Icarus, een student waarmee Daan bevriend raakt. Daan probeert in Amsterdam groots en meeslepend te leven. Hij neemt afstand van Texel en van de vrienden van het eiland. Maar, ‘Het was duidelijk, ik paste niet bij groots en meeslepend levende jongens. Ik was niet ad rem en ik kende de wereld niet, kwam van het platste platteland dat er bestond, van een dorp aan de dijk, waar mensen elkaar niet binnen- of uit lieten, maar onaangediend elkaars huis inliepen, elkaar tegen de wind in schreeuwend gedag zeiden, waar iedereen iedereen kende van geslacht op geslacht. Ik viel uit de toon, durfde mijn mond niet open te doen, ging door voor de saaiste student sinds de tweede wereldoorlog.’Ga naar voetnoot11 Wubbe ziet hij nauwelijks meer. Hij wordt lid van het corps, maar geen enkel dispuut nodigt hem uit om zich bij aan te sluiten. De eerste tijd na de ontgroening durft hij niet terug naar Texel met zijn kale kop. Daarna gaat hij af en toe, maar als hij Icarus ontmoet krijgt hij het te druk. Icarus, een stinkend rijke, markante figuur die hem op sleeptouw neemt, zorgt ervoor dat Daan bij zijn dispuut komt. Daan maakt een portret van Liliane en ver- | |
[pagina 126]
| |
dient daarmee een compleet nieuwe garderobe. De aanvankelijke weerzin tegen Liliane maakt plaats voor een heftige verliefdheid. Zij zet Daan al snel weer aan de kant voor een nieuwe verovering. Daan blijft wanhopig naar haar verlangen. Onverwacht bezoekt Reina Daan op zijn kamer. Dan pas krijgt de lezer alle informatie over de week waarin zij en Daan hun grote liefde beleefden. Vlak voor hun examen, tijdens de voorbereidingen voor een eindrevue, horen Daan en zijn vrienden dat Kees Hartman is verongelukt. Daan zoekt Reina op, omdat zij ook veel contact had met Kees, die terwijl hijzelf worstelde met het feit dat hij homo was en met zijn ongelukkige liefdes, altijd luisterde naar de liefdesproblemen van anderen. In hun gezamenlijk verdriet om Kees, vinden Daan en Reina elkaar. Zij blijkt degene te zijn waarnaar Daan sinds oude sunderklaas op zoek is. Daan beseft pas als Reina hem op zijn studentenkamer bezoekt, dat zij de liefde van zijn leven is. Samen met Wubbe reist hij naar Texel, waar Reina hem moreel zal steunen als hij zijn vader gaat vertellen dat hij naar de kunstacademie gaat. Staand op de boot bedenkt hij: ‘Al zou ik over alle zeven zeeën gaan en de mooiste plaatsen van de wereld zien, al zou ik rijk en beroemd worden en ateliers en huizen hebben in New York en Rome en Parijs, al zou ik honderd jaar worden, ouder dan honderd jaar, al zou er niemand meer op het dorp wonen die mij nog kende, elke reis zal een omweg zijn naar hier en dat zal niet veranderen zo lang ik leef.’Ga naar voetnoot12
Daan is volwassen geworden en eindelijk thuisgekomen. De lezer groeit in de drie boeken als het ware met Daan mee, het eerste deel is voor 10+, het tweede voor 13+ en het laatste deel voor 15+. Het is jammer dat De zomer van dat jaar niet meer verkrijgbaar is. De uitgever zou het net als de andere delen als e-boek op de markt kunnen brengen. Het kan zijn dat de doelgroep te jong geacht wordt voor een e-boek uitgave, maar het is vreemd dat van de trilogie alleen deel twee en drie op die manier te lezen zijn. Deze prachtige boeken verdienen het om telkens een nieuw publiek te vinden, de groei naar volwassenheid en zelfstandigheid, het zoeken | |
[pagina 127]
| |
naar hoe je je verhoudt tot de wereld om je heen zijn universeel en van alle tijden. Dros zegt dat ze in haar puberteitsromans haar eigen ervaringen en die van haar kinderen heeft verwerkt.Ga naar voetnoot13 Toch is het bijna onmogelijk om tijdens het lezen van de Daan List verhalen niet een gelijkenis te zien tussen haar levenspartner, Harrie Geelen, en Daan. Beiden steken wat postuur betreft ver boven andere mensen uit en beiden zijn getalenteerde tekenaars. Geelen is weliswaar in Limburg geboren, maar ook hij heeft een tijd Nederlands gestudeerd.
Apart van de Daan List boeken staat het zich eveneens op Texel afspelende beeldschone verhaal Dag soldaat, dag mooie soldaat.Ga naar voetnoot14 Het is het einde van de oorlog. Op Texel zijn Duitse soldaten. De hoofdpersoon, die ongeveer zes jaar is, is vlak voor de oorlog geboren, maar zij weet niet beter dan dat er bombardementen op Den Helder zijn en dat er altijd soldaten door de straten van het dorp lopen. In de winter zijn er andere soldaten aangekomen, een groep Georgiërs, die door de Duitsers gedwongen worden om mee te vechten. Deze groep komt in verzet en dan wordt er ook in het dorp gevochten. ‘Er was opeens een heel andere oorlog uitgebroken, midden in de gewone oorlog.’Ga naar voetnoot15 Het kleine meisje ziet elke dag een vrolijke lange soldaat langskomen, die zingend over de dijk loopt. Voor haar zijn deze soldaten zachter en mooier dan de Duitse soldaten, waar ze bang voor is. Tijdens de gevechten slapen opa en oma bij het meisje in huis. Tot na de bevrijding duren de gevechten. Als de Canadezen komen, kunnen de overlevende opstandelingen eindelijk per boot op weg gaan naar hun vaderland. Van de 800 Georgiërs zijn er 476 omgekomen. Het meisje wil onmiddellijk naar de haven om te zien of haar soldaat nog in leven is. Ze mag niet naar de haven en dan zit er niets anders op dan uit het dakraam naar de boot en zijn opvarenden te zwaaien met een poppenlakentje, naar de zingende solda- | |
[pagina 128]
| |
ten die de haven uitvaren. Ze zal nooit weten of haar mooie soldaat op de uitvarende boot zit. Deze poëtische novelle berust op jeugdherinneringen van Dros. Zij heeft in dit verhaal een stuk van de Texelse geschiedenis beschreven, gezien vanuit de ogen van een kind, dat heel goed weet wat er om haar heen gebeurt. Met dit verhaal krijgen de opstandelingen niet alleen een gezicht en een stem, maar ook een indrukwekkend monument in woorden.
De jeugdherinneringen in Dag soldaat, dag mooie soldaat kunnen zich nergens anders afspelen dan op Texel. Toch heeft Dros in deze novelle zich niet alleen beperkt tot het weergeven van de historische gebeurtenissen. Ze geeft ook een beeld van het eiland, met het dorp, de dijken en de bewoners. Ook in de trilogie van Daan List kun je Texel niet zomaar vervangen door een willekeurige plaats in Nederland, dan haal je de kern uit het verhaal. Het eiland speelt een grote rol in het leven van Daan List, het is zeker niet louter een decor. De afgeslotenheid van de rest van Nederland, wordt geaccentueerd door de afstand die met de boot moet worden afgelegd. Als je opgroeit, moet je het eiland verlaten om uiteindelijk je vleugels in die andere wereld van het vasteland te kunnen uitslaan. Maar hoe verder Daan fysiek verwijderd raakt van het eiland en zijn bewoners, hoe sterker zijn band met het eiland wordt. De drie verhalen laten samen het proces van het volwassen worden zien. De wortels van Daan zitten diep verankerd in zijn persoonlijkheid en die wortels liggen op Texel. Waar Daan ook gaat, Texel zit in hem. Waarschijnlijk heeft Imme Dros een soortgelijk proces doorlopen. Stap voor stap verder van huis, heeft ook zij die oersterke band, waardoor ze in haar dromen nog steeds in Texel is. Dit heeft zijn neerslag gekregen in het verhaal van Daan, dat zeker tot de beste adolescenten literatuur van Nederland gerekend mag worden. |
|