Om eerlijk behandeld te worden?
Om beroemd te worden?
Om in hoge stapels rond een pilaar in een boekwinkel te liggen?
Om prijzen te winnen?
Om met je smoel op tv te komen?
Om gerecenseerd te worden?
Blijf op je tropische eiland en tel je zegeningen, zei ik tegen mezelf terwijl het zweet van mijn voorhoofd op het linoleum gutste.
Dus nu zit ik daar nog steeds, op dat eiland. Niet omdat ik dom ben, of bang of naïef, niet omdat ik het niet eens ben met alles wat er tot nu toe werd gezegd, maar omdat ik me wil bezighouden met datgene waar ik gelukkig van word: schrijven. Schrijven zonder te worden opgejaagd.
Wil ik een mooi inkomen hebben, dan schreef ik ieder kwartaal een nieuw boek, want zo lang ga je als kinderboekenschrijver tegenwoordig mee: een kwartaal. En nu kan ik de boekhandelaren wel de schuld geven, of de uitgever, of het publiek, of de schrijvers voor volwassenen, of Thijs Goverde, maar daar help ik niemand mee, en mezelf al helemaal niet. Behalve dan in de put. En zie er dan maar eens uit te komen. Als slak. De kindertjes van groep 7 kwamen terug in de klas. Ik schreef mijn naam onder die van Thijs op het bord en begon te vertellen. En leuk dat het werd! Ik beantwoordde daarna alle vragen die eigenlijk voor Thijs waren bedoeld. Ridders verving ik door rotjongens, paarden door koeien en het kwam helemaal goed. Ik weet zeker dat Thijs dat ook zou hebben gevonden. Alleen de juf, die kwam die ochtend niet meer over haar teleurstelling heen, maar ik zat daar toch niet voor haar?
Je hoort kinderboekenschrijvers wel eens getergd zeggen dat ze niet serieus worden genomen door volwassenen. Dat klopt, dat worden we ook niet. So what? Als ik maar serieus word genomen door de kinderen voor wie ik schrijf. En reken maar dat dat gebeurt. Wat kan mij al die volwassenen dan schelen? Wel eens op het boekenbal in maart geweest? Verschrikkelijk. Dat van oktober is honderd keer leuker. Lezingen houden voor volwassenen? Ik bibber bij voorbaat. Ik sta hier alleen, omdat ik mezelf heb voorgehouden dat het publiek hier in de zaal bestaat uit volwassenen met een kinderhart.
Schrijvers voor kinderen zijn van een andere soort dan schrijvers die schrijven voor volwassenen. We zijn familie, zelfs van hetzelfde geslacht, maar meer ook niet.
‘Mevrouw Laps, je bent een zoogdier,’ zei Stoffel, de broer van Woutertje Pieterse.