die begint op het Franse platteland mondt uit in een aangrijpend coming of ageverhaal in het Parijs van de Verlichting.
In Het zwijgen van de vossen van Mario van Brakel worden de levens van drie getourmenteerde pubers met elkaar verbonden door de zeer indringend beschreven natuur.
Woorden worden beelden, beelden krijgen woorden in De schilder, de duif en de dingen, waarin Paul de Moor een zeldzaam inzicht biedt in de wording van een kunstenaar, in dit geval Roger Raveel. De Moor maakte ook indruk met De wei van koe, een boek voor kinderen die net kunnen lezen. In eenvoudige bewoordingen biedt hij poëtische observaties en kleine verrassingen.
De boeken waarin schrijvers nadrukkelijker contact zoeken met de doelgroep, hadden dit jaar opvallend veel diepgang. Een goed voorbeeld is Landjepik van Derk Visser, een toegankelijk en levensecht verhaal aan de scherpe rand van de multiculturele samenleving. Het boek is een verademing omdat Visser zijn personages niet met fluwelen handschoenen aanpakt, maar hen en de lezer, confronteert met een rauwe wereld.
Dit is geen dagboek van Erna Sassen is ondanks de aangrijpende thema's een ontzettend grappig boek. Het is zelfs een van de zeldzame boeken waarbij de jury enkele malen hardop moest lachen door de droogkomische toon. Het is ronduit dapper om zo grappig te durven zijn over zaken als zelfdoding en depressie. Personages worden in een paar zinnen tot leven gebracht, vaak met een verrassende wending.
Het prentenboek van Daan Remmerts de Vries en Philip Hopman is niet meteen toegankelijk voor jonge kinderen, maar schrijver en tekenaar verleiden de lezers en kijkers op een geraffineerde wijze om hun wereld binnen te treden. Voordat jij er was biedt een heel origineel scheppingsverhaal, dat kinderen laat nadenken over hun eigen oorsprong. De manier van vertellen is spannend, want wie is de ‘jij’ die wordt aangesproken en wie is de verteller? Een vader? God? De schitterende illustraties verschuiven steeds meer van tekeningen naar foto's en sluiten daardoor naadloos aan bij het verhaal, waarin steeds duidelijk wordt wat echt is en wat verbeelding. In vormgeving wordt dit boek hooguit overtroffen door Het neusje van de zalm met prachtige illustraties van Wendy Panders.
Een boek dat wordt gevreten door de doelgroep van lezers van twaalf jaar en ouder is Tiffany Dop van Tjibbe Veldkamp. Dit is een ontzettend grappig en goed geschreven verhaal over een white trash-milieu dat alle clichés vermijdt. Een origineel gegeven - namelijk een meisje van 13 jaar dat een baby wil - wordt heel erg goed en met veel humor uitgewerkt. Veldkamp schrijft lichtvoetig over een onderwerp dat makkelijk zwaar kan worden: moeder die de hoer speelt en geld