Literatuur Zonder Leeftijd. Jaargang 20
(2006)– [tijdschrift] Literatuur zonder leeftijd– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 116]
| |
Hoe word jeGa naar voetnoot1. kinderboekenschrijver
| |
[pagina 117]
| |
Word wakker, ja! Hoor je moeder eens gillen, bidden noemt ze dat. Voel hoe de grond dreunt: granaten slaan in, vlug, onder de tafel! Kruip in de grond. Kijk eens hoe de lijmfabriek brandt! Vuur spuit uit de schoorsteenpijp, de lucht is zwart. De zon komt natuurlijk nooit meer terug.
Ren! Val op je knieën. Ruik rook, hoest, trap op glas, struikel over stenen. Leer dat bloed zwart kan zijn. Slaap op stoelen, in stro, tussen kistjes met peren.Ga naar voetnoot3. Eet pap, loop op klompjes. Loop op klompjes door de sneeuw. Ga naar de bewaarschool. Eerst zijn er zwarte zusters, dan soldaten.
Soldaten zijn leuker. 's Morgens lopen ze in hun hemden rond en laten bretels bungelen. Bij het scheren trekken ze rare gezichten in de spiegel. Ze steken hun tong eerst in de ene, dan in de andere wang. Als je lacht smeren ze met een kwast scheerschuim aan je neus. Zo leer je je neus optrekken. Ze geven je zacht wit brood met rode jam. Ze trekken hun windjack aan en zetten hun petje scheef. Rijd mee, in vrachtwagen, rupsvoertuig, jeep. Je leert Engels: yes, no, may be, Piccadilly, It's a long way to Tipperary.
Maak dat je een broer hebt die wat ouder is, die Zweitze heet en die lezen kan. Vraag of hij weer voorleest uit Van het westelijk front geen nieuws, of uit dat dikke zwarte boek. En dat doet hij dan.Ga naar voetnoot4.
Luister naar je moeder. Ze vertelt verhalen over een kachel in een bos, over Eenoogje, Tweeoogje en Drieoogje, over een paardenhoofd dat onder een poort wordt vastgespijkerd en toch praten kan. | |
[pagina 118]
| |
Daar staat een man waar je moeder Albert tegen zegt. Hij heeft zich niet geschoren. Hij heeft lange haren, schoenen waaruit tenen steken en een grote koffer met een touwtje eromheen. De man tekent een vliegtuig dat bommen gooit voor je. Dat is een manier waarop je een vader kunt krijgen. Zorg dat je een vader hebt die tekenen kan.
Stuur alles zo in de war dat je aan zee komt te wonen. Woon klein, tussen puin, wees arm, heb vlooien, krijg wormen, zorg dat je geen schurft krijgt. Loop niet in prikkeldraad, leer stenen gooien naar andere kinderen, ruil een helm tegen een bajonet. Maak veel vuur, denk dat vuur een levend wezen is dat eet, beweegt, kwaad is, sterft. Leg kwallen op hete stenen. Stel vast dat krabbenpootjes er snel afgaan. De kwallen zijn inmiddels dunne vliesjes geworden. Waar zouden hun zielen gebleven zijn? Help een hooiwagenpotenzwemwedstrijd organiseren. Pak zeesterren, kijk naar de tienduizend poortjes die, naar ze zeggen, op piemeltjes lijken. Droog de zeesterren in de zon. Zoek papier om vliegtuigen, vogels, zeesterren te tekenen. Papier wordt goedkoop na een overstroming. Het is dan wel wat door zeewater aangetast en golft wat als de zee, maar goed, kijk niet te nauw, let er maar niet op. Je denkt in het geheel niet aan kinderboeken. Zorg eerst maar dat er een overstroming is. Maak dat de wind goed staat, vanuit het noorden, zodat het water opgestuwd wordt en dan lekker de stad in loopt. Het liefst in de nacht. Sommigen denken dat het God is, die straft voor de zonde, die voor die overstroming zorgt. Weet echter dat het de Muze is, die blaast! Schrijf op wat er gebeurt: 3.30 uur water in de straat, 4.00 uur nog meer water, het licht valt uit, schrijven gaat niet meer. Verveel je op school. Oefen geduld. Leer met je hoofd ergens anders te zijn. Denk sterk aan de Sahara, aan de oerwouden van Afrika. Maak een brug van je handen, een huisje voor de bromvlieg die door de klas vliegt. Krijg daar straf voor. Kras een klein woordje in de bank. Krijg daar straf voor. Lees Huckleberry Finn, wat die deed toen hij zo oud was als jij. Tel de planken van de vloer. Teken de barsten in het plafond na. Teken landkaarten, laat rivieren kronkelen. Dompel een slakje in de inktpot, laat het over zo'n kaartje kruipen. Teken zeeën, engten, kapen, eilanden. Zet er namen bij als: Kop van Jutland, Vuurland, Grote Meid en Kleine Meid, Eet Smakelijk, Koninklijke Olie. Wil weg. Denk nog steeds niet aan kinderboekenschrijver worden. Daar heb je nog nooit van gehoord, dat dat kan. Lees liever over de binnenlanden van Afrika waar de hemel de kleur heeft van gedroogd bloed, waar gieren grote letters in de lucht schrijven, waar in de troebele rivieren nijlpaarden brullen. Bestudeer de krokodil, de Crocodylus Niloticus, de meest gevreesde van alle krokodillen, die alles eet wat hij maar te pakken kan krijgen, | |
[pagina 119]
| |
apen, langnekvogels, schildpadden, andere krokodillen, ja, mensen! Net als andere reptielen, zijn krokodillen niet in staat te kauwen. Vang salamanders. Er zitten er in bronputten die vol water staan. Stop ze in een zure-haringenpot,Ga naar voetnoot5. voed ze met muggenlarfjes en als die niet meer te vinden zijn, met een regenworm die je in stukjes snijdt. In het water van de pot zul je zien dat de stukjes wormevlees bleek worden. De salamanders krijgen ze soms niet meteen helemaal naar binnen en laten een stukje bleek wormevlees naar buiten steken. Zo heeft opa Hofman wel eens een sigarenpeukje hangen.
Snoep veel. Eet netjes. Doe je ogen toe als je de Hostie op je tong krijgt. Krijg Roeping. Je zegt de voetbalclub met de gele shirtjes en je vriendinnetjes gedag. Je zoekt een koffer, doet er onder andere een nagelborstel, een kleerborstel, een schoenborstel, een tandenborstel in - en dat zijn alleen nog maar de borstels. Je hebt geen haast. Bevind je jaren in studiehuizen. Zie toe dat je weinig hebt. Maak je kamer leeg en houd dat zo: ijzeren bed, kast met twee of drie metalen kleerhangertjes, stoel, kist met boeken, tafel met boekje onder de poot (bijvoorbeeld de Geestelijke oefeningen van Ignatius van Loyola of Under Milkwood van Dylan Thomas). Leg papier en pen klaar. Prullenmand. Tafeltje met waskom en lampetkan zonder oor. In de muur een spijker die een lange slagschaduw kan geven. Muggen... muggen sla je dood. Elke dag sla je er een paar dood als ze op de witgekalkte muur zitten. Voorzie de veegjes op de muur van nummer en datum. Houd het haar kort. Eet veel rabarber. Bij voorkeur drie maal per dag. Je kousen vertonen regelmatig gaten. Maas ze dicht. | |
[pagina 120]
| |
Je denkt daarbij niet aan verhaalstructuren. Je kijkt uit niet in je vingers te steken. Je zit bij het venster. Buiten sneeuwt het.
Het papier - je herinnert je toch wel dat je dat op tafel legde, natuurlijk wel - voorzie je van wat vraagtekens. Studeer theologie. Dat is het beste wat je kunt doen. Leer ficties opsmukken. Lees het gedicht van Paul Eluard: ‘Liberté’. Schrijf een brief, zeg dat het goed gaat. Stel vragen. Vraag je af waarom op het oor van de leraar uitgerekend twee haren groeien. Zie, hoe de zon door zijn oor schijnt! Lees alles over Père Ubu. Bedenk de geschiedenis van de stropdas. Lees Alice in Wonderland van Lewis Carroll en daarna Finnegans Wake van Joyce en omgekeerd. Zoek het kortste vers van de Bijbel op.Ga naar voetnoot6. Zing met John BloemGa naar voetnoot7. de klaagliederen van de Profeet Jeremias, doe dat weer in de nacht, dat hoort zo.
Vast veertig dagen Zwijg dertig dagen
Lees Lear. Lees zijn gedicht: The Jumblies. Dat is zeker geen nonsens. Trek de stoute schoenen aan, de Zevenmijlslaarzen, ga ‘ter zee in een zeef’. Schrijf: Er was eens. En nogmaals: Er was eens. Al spoe- | |
[pagina 121]
| |
dig heb je dan, voordat je er erg in hebt: Er was eens een Waseens. De pen zoekt blijkbaar haar weg op papier. Dingen, rare wezens, bomen komen tot leven. De maan komt op, stijgt, zzzzzzzzz, spat als een zeepbel uiteen. Dat is schrikken. Op papier kan alles, zoals in je hoofd. Voordat je het echt weet staan er verhalen op papier. Ga maar door. Je hebt niets beters te doen. Het ene verhaal roept het andere op. Pas op! Dit gaat nooit meer stoppen. Hang een van de keukenrecepten van Edward Lear boven je bed:
To make an amblongus pie Take 4 pounds (say 41/2 pounds) of fresh Amblongusses, and put them in a small pipkin. Cover them with water and boil them for 8 hours incessantly, after which add 2 pins of new milk, and proceed to boil for 4 hours more. When you have ascertained that the Amblongusses are quite soft, take them out and place them in a wide pan, taking care to shake them well previously. Grate some nutmeg over the surface, and cover them carefully with powdered gingerbread, curry-powder, and a sufficient quantity of Cayenne pepper. Remove the pan into the next room, and place it on the floor. Bring it back again, and let it simmer for three quarters of an hour. Shake the pan violently till all the Amblongusses have become of a pale purple colour. Then, having prepared the paste, insert the whole carefully, adding at the same time a small pigeon, 2 slices of beef, 4 cauliflowers, and any number of oysters. Watch patiently till the crust begins to rise, and add a pinch of salt from time to time. Serve up in a clean dish, and throw the whole out of window as fast as possible.
Leef ernaar. En probeer dan maar eens missionaris te worden, wedden dat het mislukt. Kapelaan dan maar. Je hoofd staat er niet naar. Manipuleer met liturgisch vaatwerk. Kijk, hoe mensen doodgaan, ze vloeken wat, spugen een beetje. Spreek mensen toe, maar houd het asjeblieft kort, asjeblieft zeg! Als je ziet dat ze wegdromen, als bijvoorbeeld de ogen wat glazig worden, laat je gewoon wat stukken weg. Of je versnelt het tempo wat. | |
[pagina 122]
| |
Kap ermee! Pak je koffer! Wegwezen! Ga op reis. Neem pen en inkt mee. In het vliegtuig, ergens boven de roze Sahara, loopt het potje inkt leeg in je koffer. Het verhalen schrijven gaat blijkbaar gewoon door. Bekijk Hartje Afrika. Laat je baard staan. Beklim een rots bij een groot meer. Libellen gaan met je mee, rondom je hangen donkerblauwe wolken. Bliksems slaan in het meer. De wind blaast papyruseilandjes weg. Vergelijk de wolken met olifanten. De regen die opeens valt, met het water van olifanten. Probeer alles met alles te vergelijken. Zoek het onvergelijkelijke. Schrijf een brief aan iemand die je leuk vindt. Houd je kamer leeg. Jaag kakkerlakken weg. Geef eerst een klein trapje tegen de miljoenpoten, ze krullen zich dan zo tot een spiraaltje en laten zich dan gemakkelijk wegrollen. Schrijf meer brieven. Constateer dat je geld haast op is. Pak je koffer. Scheer je baard af. Vlieg terug. Er is iemand die je komt halen. Dat komt door die briefschrijverij natuurlijk. Er is een boek verschenen dat jouw naam draagt. Je krijgt er 325 gulden voor. Dat is niet niks. Het is een kinderboek. Zo word je wel kinderboekenschrijver. Voordat je het echt beseft is het zover. Geen moedertjelief die er iets aan kan doen. En, de pen houdt de wond open. Bloed kan inkt zijn. | |
[pagina 123]
| |
Dat weet de P.C. Hooftstichting ook. Weet derhalve dat er in Nederland een P.C. Hooftstichting is die je in de gaten houdt. Schrik daarom niet als je gebeld wordt, wees eerder blij. Het is een achtenswaardige Stichting die mensen lauwert. Denk daarom vanaf nu niet meer te veel aan vroeger. Zet je in postuur. Knoop je jasje dicht. Schiet op! Spreek een dankwoord uit.Ga naar voetnoot8. Ze weten het nu toch allemaal.Ga naar voetnoot9. |
|