de zeventiende eeuw, over piraterij en
slavernij in het Caribisch gebied. ‘Ik ken geen vergelijkbaar Nederlands boek. We zoeken naar boeken die door hun thema, hun stem iets bijzonders voor de Nederlandse lezer te bieden hebben.’
De twee uitgevers vinden opvallend weinig van hun gading in landen als Frankrijk, Spanje of Italië. De Verenigde Staten, Engeland, Scandinavië en Duitsland vallen beter in de smaak. Postma: ‘Ieder land heeft een bepalende eigen smaakcultuur. De jeugdliteratuur die bijvoorbeeld in Frankrijk of Italië verschijnt is vaak nogal volwassen van toon, gestileerd, afstandelijk. Bij Lemniscaat willen wij een bepaalde directheid, een lekker verhaal waar je in kunt verdwijnen. Prentenboeken uit Frankrijk zijn technisch vaak indrukwekkend, maar ik word er niet altijd warm van. Engelse prentenboeken zijn meestal wat gezelliger. Kneuterig, realistisch, met warme kleuren. Dat valt in Nederland beter in de smaak. Onlangs hebben we overigens wel het van oorsprong Franse prentenboek Suzanne uitgegeven, geïllustreerd door François Roca. Zijn tekeningen zijn technisch knap, maar ook met gevoel gemaakt, dus ook geschikt voor Lemniscaat, vonden we.’
Dorweiler: ‘Buitenlandse prentenboekmakers moeten voor ons bijvoorbeeld een unieke herkenbare lijnvoering, techniek en beeldopzet hebben. Denk aan Rotraut Susanne Berner, Kitty Crowther en Wolf Erlbruch. Dat zijn allemaal illustratoren wier werk je in een oogopslag herkent, zelfs als ze voor veel andere illustratoren een grote voorbeeldfunctie hebben, zoals dat bij Erlbruch het geval is.’
Het is pas goed genoeg als het uniek is. Dat principe hanteren beide uitgevers, voor buitenlandse prentenboeken en verhalende boeken. Over de noodzaak van een bovengemiddelde schrijfstijl verschillen de meningen. Querido heeft het imago een literaire uitgeverij te zijn, voor Lemniscaat prevaleert ‘een verhaal waar je warm van wordt’ boven een uitzonderlijke stijl. Postma: ‘Het mag natuurlijk niet slecht geschreven of platvloers zijn, maar als het verhaal erg mooi is, weegt dat ook zwaar.’ Dorweiler is strenger: ‘Natuurlijk moeten ze uit-