| |
| |
| |
‘Vorm en stijl zijn belangrijker dan de inhoud’
Het beleid van Querido
Joke Linders
Met Pluk van de Petteflet van Annie M.G. Schmidt (1971), Total Loss, weetjewel van Miep Diekmann (1973) en Met de poppen gooien van Guus Kuijer (1975) bouwde uitgeverij Querido (opgericht in 1915) een kinderboekenfonds op dat van Tine van Buul de slogan ‘Querido ziet kinderen voor vol aan’ meekreeg. Zij was degene die ervoor pleitte kinderboeken met dezelfde zorg te omringen als de boeken die Querido voor volwassenen uitgeeft. Dat betekent dat originaliteit, in uiterlijk én in tekst, op de voorgrond moet staan, dat stijl en vorm belangrijk zijn, dat de gemeenplaats gemeden dient te worden en het experiment niet geschuwd, en dat auteurs zoveel mogelijk worden gevolgd en gestimuleerd in hun artistieke ontwikkeling. ‘En daar staan we nog steeds voor’, zegt Queridohoofdredacteur
Een van de eerste boeken van het Querido-kinderfonds
Jacques Dohmen. ‘De liefde voor de tekst is belangrijker dan het onderwerp van een boek. We denken niet in markten en projecten. Wij zijn geïnteresseerd in literatuur voor kinderen als genre binnen de literatuur. Met lectuur, die er natuurlijk ook moet zijn, houden we ons niet bezig.’ Dohmen noemt het een veelgemaakte vergissing te denken dat alle kinderboeken tot de literatuur zouden behoren. ‘Dat komt natuurlijk door de term “kinderliteratuur”, maar het is onzin. Er zijn een heleboel boe- | |
| |
ken voor kinderen die niets met literatuur te maken hebben, net zoals er een heleboel boeken voor volwassenen zijn die niets literairs hebben.’
| |
Auteurs met eigen stem
Jacques Dohmen (1947) is al twintig jaar (hoofd)redacteur bij Querido. Hij studeerde rechten en criminologie in Nijmegen, was daar even wetenschappelijk medewerker, maar stuurde een open sollicitatie naar Querido, omdat hij liever iets met boeken wilde. Daar hadden ze net Jan Kuiper aangenomen waarmee alle redactieplaatsen naast Reinold Kuipers en Tine van Buul bezet waren. ‘Zo belandde ik bij uitgeverij Bruna waar ik al spoedig de buitenlandse literatuur ging redigeren.’ Als redacteur moest hij voorstellen doen voor de aankoop van boeken en vertalers inschakelen, zowel op het gebied van literatuur voor volwassenen (Morrison, Baldwin, Handke, Pasolini) als voor kinderboeken (Ungerer, De Brunhoff). Die bekendheid met het internationale uitgeverscircuit bleek een voorsprong toen Ary Langbroek in 1979 het directeursstokje van Kuipers overnam en er een redacteur nodig was die literatuur voor volwassenen en literatuur voor kinderen kon combineren. ‘Reinold Kuipers had mijn brief bewaard! De auteurs zijn toen “verdeeld” over Jan en mij. Ik kreeg er als specialiteit de kinderboeken bij en Jan de poëzie.’
Vier jaar geleden, toen het bedrijf werd opgesplitst in Querido Kinderboek en Querido Groot Fonds, koos Dohmen definitief voor het kinderboek. ‘Hoewel ik dat jammer vind voor mijn betrokkenheid bij de literatuur voor volwassenen, is de noodzaak om álles bij te houden, kleiner geworden. Daardoor is het werk iets overzichtelijker geworden en heb ik meer tijd voor de kinderboekenauteurs.’
Wie zijn lievelingsauteur is, vindt hij moeilijk te zeggen. ‘Ik heb altijd een zwak gehad voor typisch Engelse auteurs als Nina Bawden en Barbara Willard, maar wat Toon Tellegen of Bart Moeyaert doen is, ook internationaal gezien, heel bijzonder. Laat ik zeggen dat we een duidelijke voorkeur hebben voor auteurs met een eigen stem, met iets bijzonders. Vorm en stijl zijn belangrijker dan de inhoud. Of zoals Ary vroeger zei: voor mijn part gaat het over het drinken van een kopje thee, als het maar goed en bijzonder geschreven is.’
Die voorkeur voor de vorm is bij kinderboeken een netelig punt, beseft Dohmen, ‘want kinderen willen het liefst een verhaal. Die zoeken spanning en emotie. Door kinderboeken op de markt te zetten die én goed en bijzonder geschreven zijn én interessant, hopen we een aantal kinderen liefde voor de taal bij te brengen. Dat kun je zien als een bescheiden missie. Niet dat we de pretentie hebben dat dat voor alle kinderen zal lukken. Het is al mooi als je er een paar mee kunt nemen.’
| |
| |
De zorg voor vorm en stijl zal een van de redenen zijn waarom zoveel auteurs die evenveel belang hechten aan de vorm als aan de inhoud van hun werk in de loop der jaren naar Querido zijn overgestapt, denkt Dohmen. ‘Dat geldt voor Joke van Leeuwen, maar ook voor Margriet Heymans, Imme Dros, Veronica Hazelhoff, Wim Hofman, Bart Moeyaert of Anton Quintana. Die hebben we echt niet bij andere uitgevers weggehaald. Met uitzondering wellicht van Wim Hofman zijn ze uit eigen beweging naar ons gekomen. Omdat ze waarde hechten aan onze uitgeeffilosofie; omdat wij kinderboeken op dezelfde zorgvuldige wijze behandelen als boeken voor volwassenen; omdat wij “spelen met taal, het uitbenen van de taal tot op het bot” belangrijk vinden; omdat we investeren in experimenten met poëzie en theater. En nu het oorspronkelijke Nederlandstalige fonds, ook dankzij de toestroom uit Vlaanderen, zo groot is, zoeken we in het buitenland alleen nog het soort boeken dat we hier niet of nauwelijks hebben. Die van Peter Pohl en Aidan Chambers, van Roberto Piumini of Anna Höglund, van Wolf Erlbruch en Rotraut Susanne Berner. Want ook van illustratoren verwachten we iets bijzonders, iets extra's.’
| |
Intensieve procedure
De dag dat Els van Eeden (1946) bij Querido binnenstapte, ligt nog verder terug in de tijd. Op 1 februari 1975 werd ze secretaresse van Reinold Kuipers. ‘Voor die tijd had ik van alles gedaan, waaronder een cursus journalistiek. Mijn hele familie zit in de boeken en dat maakte de uitgeverij voor mij tot een aantrekkelijk werkgebied.’ Als directie-assistent van Ary Langbroek werd ze overal bij betrokken en Tine van Buul drong erop aan dat ze meelas en haar mening gaf. ‘Het eerste boek dat ze me te lezen gaf, was Met de poppen gooien van Guus Kuijer. De kneepjes van het uitgeversvak heb ik geleerd van Ary en spoedig vormde alles over de rechten van een boek mijn specialiteit.’
Toen Langbroek haar begin 1996 vroeg of ze uitgeefster wilde worden van het kinderboekenfonds, moest ze daar lang over nadenken. ‘Ik heb er met heel veel mensen over gesproken. Het leek me erg leuk, en dat blijkt het ook te zijn, maar ik ben een tamelijk eigenzinnig type en dan werkt het alleen als alle medewerkers - er zijn er nu acht - zich in zo'n benoeming kunnen vinden. Met iemand van mijn temperament is dat niet vanzelfsprekend.’
Sinds de splitsing in 1997 wordt het uitgavenbeleid voor kinderboeken bepaald door het driemanschap van uitgever Van Eeden, hoofdredacteur Dohmen en redacteur Vlaanderen Nelleke Berns. Ieder manuscript waarover een uitgeefbeslissing is genomen, wordt in de redactievergadering besproken. De behandelend redacteur voorziet het van commentaar en neemt dat met de auteur door. Drie of vier opeenvolgende versies zijn geen uitzondering. Pas als
| |
| |
de tekst definitief is vastgesteld, wordt het manuscript door een bureauredacteur (ook in vaste dienst) doorgevlooid op logica en consequentie van taal, stijl, woordkeus, zinsbouw. Daarna kijkt de behandelende redacteur er nog eens naar en gaat alles terug naar de auteur die het laatste woord heeft. Dat is een intensieve procedure die lang niet alle uitgeverijen hanteren. Als de redactie afgerond is, kan een boek naar de zetter en wordt de productie in gang gezet.
Om al die handelingen en stappen te coördineren is er een ‘traffic manager’. Die moet ervoor zorgen dat iedereen, ook de illustrator en de ontwerper van het omslag, op tijd klaar is. Barbara van Dongen Torman zorgt sinds jaar en dag voor de vormgeving en Alphons Peters voor de promotie. Lange dienstverbanden horen bij de traditie van dit uitgeefconcern. Querido als geheel, dat wil zeggen Querido Volwassenen, Querido Kinderboek en Nijgh en Van Ditmar, staat onder leiding van Langbroek. Voor het gehele ‘huis’ is er een afdeling productie die de contacten met zetters, drukkers, binders en papierleveranciers onderhoudt, drie vaste vertegenwoordigers, een afdeling verkoop met een marketingmanager die het hele verkoop- en promotieapparaat coördineert en een afdeling administratie. Op haar beurt maakt Em. Querido's Uitgeverij B.V. weer deel uit van een groter geheel, dat van De Weekbladpers waartoe ook De Bezige Bij, de Arbeiderspers en tijdschriften als Opzij, Vrij Nederland en Voetbal International behoren.
| |
Evenwicht in de aanbieding
De veranderingen in de organisatie hebben niet geleid tot wijzigingen in de uitgeeffilosofie. ‘Integendeel’, zegt Dohmen, ‘die kan in deze constructie nog beter tot zijn recht komen. Al is natuurlijk ook waar dat experimenten alleen maar mogelijk zijn zolang er sprake is van een interne subsidieregeling. Aanvankelijk vormde Annie M.G. Schmidt het fundament van de kinderboekenuitgeverij. Inmiddels is dat versterkt met goed verkopende auteurs als Guus Kuijer, Toon Tellegen en Imme Dros.’ Van Eeden voegt daaraan toe: ‘Zolang je redelijk draait en je je begroting haalt, is er een redelijke vrijheid om te opereren. In 1999 liep de verkoop van het kinderboek met tien procent terug. Daar schrik je van. Tot bleek dat dat over de hele linie zo was en het dus niets met ons van doen had. Dat was een hele geruststelling. Dit jaar springen we er weer goed uit.’
De uitgever is met name verantwoordelijk voor het evenwicht in de aanbieding, vertelt Van Eeden. ‘Er moeten altijd boeken tussen zitten waarvan je bijna zeker weet dat die goed zullen verkopen. Daarmee kun je andere, risicovollere boeken financieren. Dat betekent dat je altijd plannen moet hebben voor goedkope edities of acties. Je moet het bestaande fonds op een verstandige manier exploiteren zoals dat heet. Je kunt nieuwe uitgaven bedenken of bepaalde
| |
| |
acties voeren, aandacht besteden aan merchandising of promotie via internet. Als je maar blijft luisteren naar wat de boekhandel te melden heeft. Die staat het dichtst bij de consument en levert regelmatig cijfermateriaal. In een gezond bedrijf dient de omzet jaarlijks toe te nemen, simpel en alleen omdat de lonen stijgen, maar dat betekent niet per se dat je meer titels moet produceren. Meer omzet uit minder boeken is een stuk aantrekkelijker.’
En dat lukt met een goed en verantwoord uitgeefbeleid waarbij je je publiek weet te vergroten. De laatste jaren publiceert Querido Kinderboek zo'n vijftig à zestig titels per jaar. Van Eeden: ‘Toen ik hier kwam, waren dat er tien. De omvang van het fonds is dus behoorlijk gegroeid. Dat kan ook niet anders vanwege de verscheidenheid aan lezers: jonge kinderen en adolescenten, beginnende lezers en ervaren lezers van tien, liefhebbers van het prentenboek en van verhalende romans, volwassenen die kinderboeken lezen et cetera. De kinderboekenmarkt is in feite erg versnipperd. Er zijn minder kinderen dan volwassenen, maar ze lezen in een bepaalde periode van hun leven juist weer erg veel. Als uitgever moet je daar allemaal rekening mee houden. Je zou kunnen zeggen dat ik dus altijd lees en oordeel met die commerciële aspecten in mijn achterhoofd.’ En dan kun je best moeilijke en experimentele boeken uitgeven, en Van Eeden noemt Voor jou mijn lief van Jacques Prévert als voorbeeld, ‘maar dat veronderstelt extra zorg voor de titel, een prikkelend omslag en de juiste informatie op de flap.’
Het leuke van dit vak, zegt Van Eeden, is dat je zo ontzettend veel kunt en moet lezen, dat je daar dan met andere lezers over kunt praten en er nog voor betaald wordt ook. ‘Minstens even spannend is als alles in elkaar blijkt te passen. Als een boek na eindeloos wikken en wegen precies zo is geworden als je in je hoofd had en iedereen, auteur, illustrator, vormgever, uitgever, boekverkoper én lezer, er gelukkig mee kan zijn.’
‘Hoewel we de commerciële kant niet uit het oog verliezen, houden we vast aan onze uitgangspunten, die van kwaliteit en originaliteit’, benadrukt Dohmen. In dat opzicht worden kinderboeken en boeken voor volwassenen volstrekt gelijkwaardig behandeld. ‘Beide groepen lezers proberen we te bereiken met boeken die er toe doen. Kinderen zijn soms wat behoudender in hun voorkeuren en dat maakt het moeilijk. Aan de andere kant staan ze vaker open voor het nieuwe en het onverwachte. Natuurlijk valt in de redactie ook wel eens de kreet “wat moet een kind daarmee? Of “dat kun je een kind niet aan doen!”, maar in feite weten we zo weinig over het lezen van kinderen. Je hoeft kinderen heus niet steeds onder een glazen stolp te houden, zoals Anne Provoost terecht zegt. Een zekere confrontatie met de hardheid van het bestaan, mag best, maar er is ook een ondergrens. We noemen hem Anna is overduidelijk een zwart boek en
| |
| |
Uitgebreide promotie voor Skellig
toch vonden we dat we het moesten uitgeven. Met dat soort vragen houden we ons voortdurend bezig, een kwestie van grenzen verleggen. Soms heb je een miskleun, soms haalt de tijd je in.’
| |
Nieuwe auteurs
Aan actieve werving van auteurs hoeft Querido niet heel veel te doen. De aanvoer van de eigen auteurs is groot. Tussen de manuscripten die over de post komen, zit slechts een heel enkele keer iets, vertelt Dohmen. ‘Martha Heesen was zo'n verrassing en Edward van de Vendel. Maar de meeste nieuwe auteurs komen op advies en voorspraak van onze eigen auteurs. Een enkele keer krijgen we een tip van mensen die schrijfcursussen geven.’ Indertijd hebben ze ook wel geput uit De Blauw Geruite Kiel (Wiel Kusters), uit Mik Mak (Jaap de Vries) of St Kitts van de Bovenwindse (Anne Vegter en Geerten Ten Bosch). ‘Maar die podia zijn allemaal weer verdwenen en ook onze eigen pogingen tot
| |
| |
het creëren van een platform voor beginnend talent, Holle Bolle Gijs en Lik, zijn mislukt. Het is domweg erg moeilijk om een blad uit te geven waarin verschillende soorten teksten voor verschillende soorten lezers staan.’ Op dit moment is er alleen nog de Boekie boekie-krant en daar schrijven bijna alleen Queridoauteurs in, dus dat levert geen nieuwe auteurs op.
‘We hanteren het principe dat we auteurs uitgeven en geen boeken’, vertelt Dohmen. ‘Dat betekent dat elke nieuwe auteur in principe een garantie inhoudt voor de lange duur. Wel moeten auteurs die hier uitgegeven willen worden, er tegen kunnen dat ze streng geredigeerd en beoordeeld worden. Sommigen gedijen daarbij, anderen haken om die reden af.’
Ook Van Eeden bevestigt dat er weinig podia zijn waar geworven kan worden. ‘Maar door onze aanwezigheid bij symposia en prijsuitreikingen, ook als we die prijs niet gekregen hebben, en het organiseren van feestelijke bijeenkomsten proberen we een sfeer te scheppen waarbij auteurs - ook zij die niet bij Querido publiceren - zich prettig voelen. Een enkele keer lees je wel eens iets waarvan je denkt: dat zou wat kunnen zijn. Die verhaaltjes van Martin Brill op de kinderpagina van het NRC bijvoorbeeld. Daar ga je dan natuurlijk achteraan. Maar in het algemeen is er voldoende aanbod, al moeten we natuurlijk niet arrogant worden en wel het initiatief blijven houden. Jacques zou ontzettend graag een eigen literair kindertijdschrift willen hebben. Dat is al jaren een hartenwens van hem, maar het zit er domweg niet in. Je kunt wel een podium oprichten, maar wat heb je daar aan als de zaal leeg blijft en de gordijnen dicht? Dat kost alleen maar geld.’
Dan stopt Van Eeden liever geld en tijd in de promotie van een boek. Zoals Skellig van David Almond. ‘Daar waren we hier allemaal stuk van. Tegelijkertijd waren we bang dat Almond ontvangen zou worden als de zoveelste buitenlandse auteur. Kijk maar wat er met Margaret Mahy is gebeurd, een absolute topauteur waar we allemaal in geloofden. En toch hebben haar boeken het in Nederland nooit echt goed gedaan. Om dat te voorkomen hebben we voor Skellig een bijzondere promotie-actie opgezet. Alle boekhandelaren en recensenten kregen van tevoren een compleet leesexemplaar toegestuurd. We lieten speciale raambiljetten maken en hebben ruim geadverteerd.’ Dat werkte: bij aanbieding zijn er 3629 exemplaren verkocht. ‘Dat is opmerkelijk veel voor een nieuwe auteur, maar zoiets kun je niet te vaak doen. Dan raakt de boekhandelaar overspannen.’
Juist vanwege de slogan ‘Querido ziet kinderen voor vol aan’ geldt ook voor het kinderboek dat de inhoud het uiterlijk en de groep lezers (leeftijd) bepaalt en niet andersom. De overtuiging dat ‘auteurs gevolgd dienen te worden in hun artistieke ontwikkeling’ leidt ertoe dat Querido een markt zoekt voor haar auteurs in plaats van auteurs voor de markt. |
|