| |
| |
| |
Genres
Toneel
|
Coster, Marina |
114. |
Dat is nou de magie van theater. Erik of het klein insectenboek op het toneel. |
|
1994 (29) 57-61 |
|
|
Bespreking van het spel van verteller/acteur Peter Drost, die met liefde vijftien figuren tot leven bracht in het tot een kindertheaterstuk bewerkte Erik of het klein insectenboek. |
|
|
Duin, Lieke van |
115. |
De zeven vadertjes stelen de show. Een toneelbewerking van Theater Terra. |
|
1994 (29) 45-46 |
|
|
Poppentheatergroep Theater Terra heeft van De zeven vadertjes van Pija Lindenbaum een sterke voorstelling gemaakt, een voorbeeld van hoe een prentenboek tot een zelfstandige toneelcreatie kan worden bewerkt. |
|
116. |
Wijnand Stomp en de kunst van een liegbeest. |
|
1997 (41) 93-104 |
|
|
Uitwerking van de brochure ter gelegenheid van het tienjarig jubileum van theatermaker Wijnand Stomp. Een overzicht van produkties van het beeldend verteltheater van Stomp met daarin telkens terugkerend de Anansiverhalen. |
|
|
Eiselin, Judith |
117. |
De prinses op de planken. |
|
1994 (29) 90-94 |
|
|
De vraag of het verhaal van Lutje Matte en Hanna (uit De prinses van de moestuin van Annemie en Margriet Heymans) zich ook op de planken zou kunnen afspelen, houdt regisseuse Anny van Hoof en toneelschrijfster Pauline Mol hevig bezig. ‘Het plan zit steeds in |
| |
| |
|
mijn hoofd, ik zou het echt heel graag doen. Maar niet met twee regisseurs. (...) bij het bewerken voor toneel moet je het doen met één kapitein op het schip!’ |
|
|
Frederik, Victor |
118. |
De relatie tussen de jeugdliteratuur en het jeugdtheater. |
|
1992 (23) 61-70 |
|
|
Frederik geeft de overeenkomst aan bij de ontwikkeling van de jeugdliteratuur en het jeugdtheater in de 70-er en 80-er jaren. Vervolgens gaat hij in op de verschillen tussen deze twee vormen van jeugdcultuur en tenslotte bespreekt hij in het kader van het festival Stuk-lezen hoe literatuur bewerkt kan worden voor theater en omgekeerd. |
|
|
Hazenbos, Els |
119. |
Literatuur op de planken. Een pleister op de wonde of een aanvulling? |
|
1994 (29) 95-107 |
|
|
Aan jeugdboekenschrijvers, critici en boekverkopers werd gevraagd hun fascinatie voor een bepaald boek onder woorden te brengen, ‘een boek dat het op de planken goed zou doen’. Aan het woord komen: Jacques Vriens, Peter van den Hoven, Wim Hofman, Joke Linders, Rindert Kromhout, Ellen de Groot, Karel Eijkman en Victor Frederik. |
|
|
Jordan, Marjan |
120. |
Toneelschrijversproject Stuk-lezen. |
|
1994 (29) 77-85 |
|
|
Zeven jeugdboekenauteurs van het Utrechts Toneelschrijversproject waagden zich via workshops aan het schrijven van een eenacter voor kinderen. Na een korte inleiding over het project worden alle voorstellingen, opgevoerd op het tweede theaterfestival, kort besproken. |
|
|
Käss, Marja |
121. |
Een Schip met Rode Zeilen. Kinderen bekijken een toneelvoorstelling. |
|
1994 (29) 86-89 |
| |
| |
|
Verslag van een bezoek, samen met kinderen, aan de repetitie van de eenacter Een schip met rode zeilen van Veronica Hazelhoff voor het tweede theaterfestival Stuk-lezen in november 1993 te Utrecht. |
|
122. |
Repelsteel als opera. |
|
1994 (32) 59-71 |
|
|
Imme Dros schreef een prachtige theatertekst, geïnspireerd door het bizarre sprookje van de gebroeders Grimm. Bernard van Beurden zette de tekst op muziek. Marja Käss had een gesprek met de makers van de opera Repelsteel. |
|
123. |
Steeds weer expres verdwalen. Een gesprek met Margriet Heymans. |
|
1993 (27) 71-80 |
|
|
Ter ondersteuning van de toernee van Theatergroep Teneeter met Berthe, Berthe, het toneelstuk van het boek Lieveling, boterbloem van Margriet Heymans, een gesprek met de schrijfster/illustratrice. ‘Het boek is toch, zeker als je het zowel tekent als schrijft, een soort theater zonder ruimte. Ik ben degene die ook het decor ontwerpt.’ |
|
|
Linders, Joke |
124. |
Een forumgesprek n.a.v. de opvoering van Berthe, Berthe. |
|
1993 (27) 81-90 |
|
|
Verslag van een forumgesprek onder leiding van Harry Bekkering over vragen als ‘wat maakt een boek tot een goed kinderboek of een goed toneelstuk’ naar aanleiding van de opvoering van Berthe, Berthe, een toneelstuk gebaseerd op het boek Lieveling, boterbloem van Margriet Heymans. Deelnemers aan het forumgesprek: Ted van Lieshout, Imme Dros, Joke Linders, Anne de Vries en Rinus Knobel. |
|
|
Mathijsen, Marita |
125. |
Fidessa: de geharnaste droom. |
|
1994 (29) 21-26 |
|
|
Introductie tot de multi-interpretabele symboliek van het honderd jaar oude sprookje Fidessa van Louis Couperus, dat tot kindervoorstelling is omgewerkt. |
| |
| |
|
Meijer, Dennis & Joke Linders |
126. |
Jeugdtheater en jeugdliteratuur. Een overzicht van de stand van zaken. |
|
1994 (29) 5-19 |
|
|
Betoog over de artistieke ontwikkelingen in het jeugdtheater. Parallel aan dit betoog vat Joke Linders vergelijkbare ‘professionele’ ontwikkelingen in de jeugdliteratuur van de laatste twee decennia samen. |
|
|
Os, Quirin van |
127. |
De man van La Mancha op het toneel. Een bewerking door Stella Den Haag. |
|
1994 (29) 71-76 |
|
|
De theaterbewerking van Cervantes' meesterwerk De vernuftige edelman Don Quijote van La Mancha is een zeer vrije geworden, waarbij het eigenlijk gaat om twee mannen die Don Quijote naspelen, want in feite is Sancho Panza de baas. |
|
|
Schaap, Annet & Sylvia Valkenburg |
128. |
Hajaa klief beng dood. Theatergroep Saga bewerkt Couperus' Fidessa tot een kindervoorstelling. |
|
1994 (29) 27-34 |
|
|
Tekstschrijver en regisseur beschrijven de totstandkoming van de kindervoorstelling van Louis Couperus' sprookje Fidessa. ‘Men kan Fidessa lezen als een allegorie over ontwikkelende seksualiteit of een symbolisch verhaal over kuisheid en trouw, maar wie zich in het verhaal laat meevoeren door de taal en de beelden, komt terecht in een wereld die wonderlijk en sprookjesachtig is.’ |
|
|